Bocchettaweg

Algemene info bij het reisverslag.

Reisverslag Via Ferrata trektocht Brenta Dolomieten

De Bocchettaweg

Overzicht Noord

 

Overzicht Zuid

Streek: Brenta Dolomieten

Traject:Via Ferrata trektochten in de buurt van Madonna di Campiglio (De Bocchettaweg)

Periode: 22/08/09 t/m 28/08/09

Reisgezelschap: twee initiators bergwandelen en één minderjarige met staptalent

Transport: heen en terug: met de wagen via Duitsland en Oostenrijk naar Italië.

Tol: 

  • Oostenrijk: autowegenvignet 10 dagen: 7,60€
  • Brennerpas: 8,00€
  • Italie: Brenner tot San Michele: 8,20€

Openbaar vervoer:

Heen en terug:

  •  Eurolines Brussel – Verona (32€ mits besteld via internet minimum 75 dagen voor vertrek.) Van Verona per trein naar Trento
  • Wie liever vliegt, kan met Ryanair tot Treviso (vlak bij Venetië).

Logies:

  • Berghut tijdens de tocht (37 € HP ppn).
  • Refugio Vallesinella: 45€ HP ppn

Reizen kost:

  1. Diesel:
  • Duitsland: ca 1,17 €
  • Oostenrijk: ca 1,04 €
  • Italië: ca 1,17€
  1. 50cl bier: 4 à 6 €
  2. 50cl wijn: 5 à 6€
  3. Spaghetti: 6,50€
  4. 2 spiegeleieren met brood: 6,00€
  5. Minestrone: 6,50€
  6. Mineraal water 1L: 2€

Nota: alle hutten vermelden dat hun kraantjeswater niet drinkbaar is; dus koop flessenwater of gebruik Micropur.

Betalingswijze:

  • Cash
  • Bancontact (opgelet: slechts beschikbaar bij start en aankomst, dus niet tijdens de voettocht)
  • Visa (opgelet, wordt moeilijk aanvaard, gezien de kleine bedragen.
  • Cash afhalen met Visa duur.

Reisliteratuur:

  • Klettersteig-Atlas Italien Band 1, Italien West (Uitgeverij Shall-Verlag www.schall-verlag.at )
  • Lonely Planet Italy

Stafkaart: Freytag & Berndt WKS 17 “Brenta – Madonna di Campiglio – Presanella”

Internet:

Fysieke voorbereiding:

Hoe beter je fysieke conditie bij het vertrek, hoe groter de kans is, dat je van je reis zal kunnen genieten. Misschien heeft het bij mij met het toenemen der jaren te maken, maar ik geraak steeds meer overtuigd van de noodzaak van  een goede fysieke voorbereiding. Wandelen in de Ardennen is goed, maar het gevoel van een klim of afdaling van 1000m non-stop kan je er toch niet evenaren. Een bij de Klim- & Bergsportfederatie gewaardeerde kuitenbijter is het GR traject Bouillon-Vresse, waar je qua stijgings- en dalingsmeters aardig in de buurt komt.

Voor deze reis ben ik 7 kg afgevallen, om de simpele reden dat je niet alleen elke kilo uitrusting die je meedraagt moet torsen, maar ook elke kilo overgewicht. En dus heb ik mijn BMI tot onder de 25 gebracht en die zal daar vanaf heden ook blijven.

Klettersteig techniek:

–         Zorg dat beide musketons op de kabel zijn ingeklikt bij verticale passages. Wanneer je een bevestigingspunt van de kabel dient te passeren, ben je dus een ogenblik slechts met één musketon ingeklikt (kritisch moment). Bij een maximale val op één musketon, bestaat er een risico van breuk (hoofdzakelijk van de carabines, gezien die minder sterk zijn dan de bandsling van de moderne Klettersteigset, Berg und Steigen, Öav). Bij horizontale traversen volstaat één ingeklikte musketon en wissel je van musketon ter hoogte van een bevestgingspunt van de kabel, gezien de belasting bij een val op een horizontaal stuk kleiner is. In klare taal: bij een verticale passage val je tot aan het volgende bevestigingspunt van de kabel plus de lengte van je Klettersteigset om de schok te absorberen. Bij een horizontale passage val je enkel op de lengte van je Klettersteigset plus eventuele rek en speling van de kabel.

–         Werk snel, maar zorgvuldig. Hoe langer je je in de kritische passages bevindt, hoe langer je je spieren belast. Niets is zo vervelend als een file in de kritische passages, waardoor je dient te wachten in oncomfortabele posities. Kijk dus vooruit en wacht op een meer comfortabele positie, indien de volgende passage niet vrij is.

–         Haak bij over hang van de ladder je arm over een sport, terwijl je je musketons één per één voorbij een bevestigingspunt brengt. Bij zeer technische routes wordt het gebruik van een derde musketon aangeraden, die je kort tegen het inbindpunt van je gordel aanbrengt, en inpikt op de kabel of een sport, om alzo beide handen vrij te hebben of je armspieren tijdelijk te ontlasten.

–         Overbelast geen ladders of kabels. In principe mag zich slechts één persoon inpikken op een sectie kabel tussen twee bevestigingspunten.

–         Maak zelf geen Klettersteigset: knopen zijn zwakke punten en minder sterk dan de bevestigingen of stiksels gebruikt door producenten van gekeurd bergsportmateriaal. Koop een recente Klettersteigset. Oude sets vertonen soms productiewijzen, waarvan men achteraf bij tests heeft vastgesteld dat deze onvoldoende sterk zijn bij uitzonderlijke vormen van belasting. (Productiedatum staat steeds ergens vermeld op de verpakking of het label van het product zelf.)

–         Behandel je materiaal met zorg. Je leven hangt ervan af.

–         Draag je helm.

–         Zorg dat je voldoende gegeten hebt, alvorens je een kritische passage aanvat. Zorg voor een paar krachtrepen binnen handbereik. Zorg voor drinken binnen handbereik. (Camelback of soortgelijk drinksysteem). Voeg eventueel een isotoon poeder toe aan je drinkwater.

–         Overschat je eigen kunnen niet. Bouw geleidelijk op.

Uitrusting en voeding:

Kledij op het lichaam:

– schoenen: bergschoenen van het type B tot C (La Sportiva Evo Trek) bij voorkeur van een gekend merk en liefst in combinatie met een onderlaag in Gore-tex.

– stel sokken: bij voorkeur 2 van goede kwaliteit (lusjesweefsel langs de binnenzijde en in materialen gaande van wol tot Coolmax)

– zomerklimbroek (Mammut met Schoeller Dryskin).

– synthetisch ondergoed: slip (mijn voorkeur gaat naar de microvezel van Nur Die) en T-shirt met lange of korte mouwen ( te koop: soms in Aldi, altijd in Decathlon of de klassieke buitensportzaken)

– lichte fleece

– zonnehoedje (als je je klimhelm niet draagt)

– baseballpet, zweetband of bandana voor onder de klimhelm

Kledij in de rugzak:

– zware fleece, liefst met windstopper (ook reeds te koop in Aldi)

– Gore-tex jas met kap of regenhoed (Outdoor Research). (Gore-tex geniet nog steeds de voorkeur, maar wie afgeschrikt wordt door de hoge aanschafprijs kan voor redelijke alternatieven terecht bij Decathlon)

– een zonnebril met hoge filteringgraad, zonnecrème (beschermingsfactor 20 of hoger) en eventueel lippenzalf met beschermingsfactor)

– reserve synthetisch T-shirt en slip

– stel reserve sokken

– lichte droge reserve kledij voor in de hut en eventuele hutten pantoffels (zowel in de Pedrotti als in de 12 Apostelen is een speciale kast met plastic badslippers te vinden. In de andere hutten loop je gewoon op je sokken op de gladde houten vloeren. Dat spaart weer minstens 450gr uit en voor zo een reis telt alles.)

Andere uitrusting:

– telescopische wandelstokken (ontlasten de knieën bij het dalen) Koop bij voorkeur stokken van de merken Leki, Komperdell of Decathlon als goedkoper alternatief. Besteed aandacht aan het materiaal van de handgrepen (geen hard plastic) en mijd vooral stokken met een gesp in de polslus. Bij langdurig gebruik gaat die gesp irriteren.

– rugzak van ca. 60 liter (Quecha Symbium 60 van Decathlon) Ondanks dat er bij die rugzak een regenhoes zit, steek ik toch nog altijd alles in plasticzakken gesloten met metaalclip. Kleine zaken en dagrantsoenen gaan in diepvrieszakken van Aldi.

– een zijde slaapzak (AS Adventure)

– 1 handdoek van 50 x 30 cm, bij voorkeur in microvezel (droogt sneller en geeft minder geur af, wanneer hij niet goed gedroogd kan worden. Reeds verkrijgbaar bij Aldi)

– 1 washandje met een klein busje douchezeep en shampoo, een reistandenborstel met kleine tube tandpasta (een bijna lege tube sparen voor op reis kan ook), een stick scheerzeep en wegwerpmesjes of reisscheerapparaat op batterijen.

– een paar pakjes papieren zakdoekjes, doet dubbel dienst als toiletpapier

–  bij voorkeur een drinkzak met slang met een gezamenlijke inhoud van 2 à 3 liter (reken zeker in de zomer niet te veel op water onderweg)

– zakmes

– micro zak- of hoofdlamp om het toilet te vinden in het donker

– persoonlijke apotheek: rekverband, steriele doekjes, ontsmettingsmiddel, wondpleisters, schaartje, sporttape, Compeed, Ibuprofen, Dafalgan, Rinomar (tegen neusloop) Imodium (generisch: Loperadomine tegen diaree)

– reserve plasticzakken

– naald en draad

– tube handwaszeep (1 voor 2 personen)

– GSM (dekking niet overal verzekerd) of Thuraya satelliettelefoon voor wie het kan of wil betalen.

– oriëntatiemiddelen: stafkaarten (zie hoger), kompas en/of GPS.

Technische uitrusting:

– Klettersteigset van Mammut in Y-vorm met elastische bandweefsels en type Salewa Attack carrabinnes musketons (worden ook al nagemaakt door Mammut of Camp). Vermijdt screw-lock of twist-lock musketons  gezien die vermoeiend en traag zijn in het gebruik, wat leidt tot incorrect gebruik

– Integraalgordel van Camp.

– stijgijzers: (hadden ze mee, maar niet gebruikt) (Grivel New-matic Air Tech light)

Voeding:

Volgens de voedingsleer zou je voeding een verhouding van 15% proteïnen, 30% vet en 55% koolhydraten moeten bevatten Voor sommige sporten gaat men zelfs tot 70% koolhydraten.

Hou echter rekening met het feit dat vet meer calorieën bevat voor eenzelfde gewicht voeding.

Mijn menu is zodanig samengesteld dat ik in principe alles wat ik onderweg moet eten, los uit de hand kan eten. Dit is handig bij slechte weersomstandigheden en spaart bovendien gewicht uit aan verpakkingsmaterialen, besteken, enz…

Mijn dagrantsoen voor onderweg stop ik per dag in een afzonderlijke plastic zak. Als het dan regent, steek ik die zak op de plaats waar ik anders mijn regenjas steek, zodat de rugzak niet telkens open moet, wanneer je je energiepeil wat wilt aanvullen.

Ikzelf weeg ca. 76 kg. Wie zwaarder is, zal in verhouding iets meer nodig hebben.

Een menu moet voldoende gevarieerd zijn en moet uiteraard voor jou aanvaardbaar zijn.

Weet echter dat ik thuis ook wel iets anders eet dan dit.

Veel sportvoeding vermeldt reeds de samenstelling. Indien je deze niet terugvindt op de verpakking, zal je gebruik moeten maken van een algemene lijst met de samenstelling van voedingsmiddelen. Die vind je terug in een boek over dieetleer in de bibliotheek of op het internet.  Als je weet dat 1gr proteïnen of eiwitten overeenkomt met 17 kJ of 4kcal, 1 gr vet met 38 kJ of 9 kcal en 1 gr koolhydraten met 17 kJ of 4 kcal, dan kan je zelf aan de slag.

Naam: Gr.: Proteïnen: Koolhydraten: Vet: KJ:
Muesli reep Aldi 75 5,2% 52,20% 9,00% 1313,25
Energie Bar 80 3,9% 56,72% 7,52% 1308,08
Chocolade noten 120 9,84% 41,72% 13,57% 1374,65
Snickers (Foré) 60 5,7% 34,80% 15,00% 1243,20
Totaal: 335 7,39% 56,75% 13,60% 5239,18

De chocolade is meestal van Ritter Sport (Makro). Alternatieven vind je ook bij Lidl of Aldi .

Energy Bars vind je soms bij Aldi, maar in elk geval vind je die van Isostar bij Makro of sportzaken. Foré (namaak Snickers) vind je bij Aldi. Koop harde Muesli repen en geen zachte, want daar blijft niet veel van over na een verblijf in je rugzak. Of je moet ze in een doos steken en dat weegt weer extra.

Heenreis:

Door Duitsland tot Ulm en Kempten. Vervolgens via de Fernpass richting Innsbruck. Wie niet op 7,60€ (voor 2 x 30 km) kijkt gaat dan zo snel mogelijk op de Autosnelweg. De anderen moeten tot Innsbruck-Zuid, waar je geen wegenvignet meer hoeft, maar waar je wel 8€ zal moeten betalen voor de Brennerpass. Voor het Italiaanse stuk autosnelweg betaal ,8,20€ voor ca 160 km tot San-Michele. Dan via Mezzocorona, Cles, Male en Dimaro naar Madonna di Campiglio.

Hier afslag zuid nemen en dat bij de eerste splitsing schuin rechts nemen tot een T-splitsing. Hier rechts over een brugje en dan steeds rechtdoor tot borden (verboden voor alle verkeer van 07.00 tot 18.00 u en een bord dat een doodlopende weg aangeeft. Tussen de genoemde uren is dit een tolweg tot aan de Refugio Vallesinella. In tegenstelling tot de normale late eeturen in Italië kan je hier slechts eten tot de in de hutten gebruikelijke 20.00 uur.

Foto’s:

www.flickr.com/photos/40773113@N03/sets/72157622214453774/

Inleiding:

Deze tocht is niet zeer lang en ook de dagtrajecten zijn niet extreem lang, maar toch valt deze tocht in de aller zwaarste categorie. Er wordt een absolute beheersing van staptechnieken over alle terrein vereist (rots, grind, sneeuw) en een goede vertrouwdheid met de omgang met staalkabel zekeringen en Klettersteig- of via ferrata-uitrusting. Het gevaar van deze tocht schuilt hem niet in de gezekerde stukken, maar in de ongezekerde tussenin.

Dag 1: Rifugio Vallesinella (1513m) – kruising der paden (ca 1600m) – Madonna di Campiglio (1514m) – Lift Campo Carlo Magno (1646m) (ca 1u30’) – Passo del Groste (2372m)  – Via delle Bocchette – Sentiero Benini (2910m)  – Sentiero Dallagiacoma  (2741m) – Rifugio dell Tuckett-Q.Sella (2271m) (5u30’ samen 7u00’)

Dag 1 Rifugio Vallesinella (1513m) – Lift

Dag 1 Rifugio Vallesinella (1513m) – Lift

Refugio Vallesinella

Refugio Vallesinella

Een van de goedkoopste overnachtingpunten in de buurt van Madonna di Campiglio is de Rifugio Vallesinella. (GPS 001) Voor 45€ heb je hier halfpension, wat duidelijk duurder is dan in Oostenrijk. Nadelen: wat uitgeleefd (krakende bedden, mottenballengeur, eten OK, drank duurder dan in de hutten) Voordelen: centraal gelegen en gratis parking als je laat aankomt.

Ontbijten kan je hier vanaf 07.00 u. In alle hutten tref je hier het traditionele ontbijt van brood en zoetigheid, daar waar je in Oostenrijk ook nog vlees of kaas krijgt voor minder geld. Meestal krijg je ook nog zeer weinig brood, maar wij hebben systematisch bijgevraagd, zodat je toch een beetje kan blijven lopen op je ontbijt.

Achter de hut (GPS 002) vind je een pad dat je naar Madonna leidt. Er wordt 40’ opgegeven, maar reken met een volle rugzak maar op 1u. je kan ook langs de weg lopen, maar dan zal je enorm veel tegemoetkomend verkeer hebben. Het pad stijgt tot een knooppunt van paden (ca 1600m – GPS 003), waarna je lange tijd op ongeveer gelijke hoogte loopt om dan vanaf GPS 004 af te dalen richting Madonna. Bij GPS 005 kan je al een eerste keer afdalen naar de weg. Wij zijn nog wat verder gelopen achter de eerste huizen tot GPS 006 om bij GPS 007 de weg te bereiken. Vervolgens liepen we richting de eerste zichtbare gondelbaan bij GPS 010, maar dat is niet de juiste.

Dag 1 Lift – Rifugio dell Tuckett-Q.Sella (2271m)

Dag 1 Lift – Rifugio dell Tuckett-Q.Sella (2271m)

Passo del Groste

Eigenlijk moet je het pad achter de huizen blijven volgen om dan op een hogere weg te komen dan de eerst genoemde hoofdweg, om boven het basisstation van de genoemde gondelbaan uit te komen en dan de weg te volgen tot in een bocht SS 239 (weg naar Dimaro) en dan deze te volgen tot het basisstation van de kabelbaan naar de Passo del Groste .

Wij betaalden 10,00€ voor de rit naar boven. In het tussenstation moet je niet uitstappen, maar in het gondeltje blijven zitten tot het bovenstation. Hier vind je het traditionele zonneterras met cafetaria.

Cima del Groste

De pijlen naar het pad 305 zijn niet erg duidelijk. Loop over de steenvlakte naar het bovenstation van de skilift, rechts van je. Daar vind je de Refugio Groste (buiten gebruik) en een duidelijk gemarkeerd pad, tot GPS 016, zijnde het kruispunt van paden 331 en 305. Bij GPS 017 vind je de klimroute naar de top van de Cima del Groste (2901m). Ondanks dat het maar één uur naar de top is en de route als eenvoudig beschreven wordt, zou ik ze toch niet combineren als je dit uitvoert in het kader van een meerdaagse toch. Het is zo al voldoende lastig. Bij GPS 018 vind je een kort stukje kabel van één meter en daarna tot de volgende pas niets meer. Je kan hier eventueel al inbinden, maar als je graag stokken gebruikt kan je dat nog tot het eerste hoogste punt op de route. Vandaar daal je gezekerd af tot de Bocchetta dei Camosci (2771m).

Bocchetta dei Camosci

Vandaar gaat het weer deels gezekerd omhoog in een schuine band in de flank van de oostwand van de Campanille dei Camosci. (Foto 005, 007 en 009) tot de Bocchetta Alta dei Camosci (2859m). GPS 019 is het hoogste punt en een goede plaats om wat calorieën in te slaan. Daarop volg je de route omlaag, vervolgens terug omhoog om het hoogste punt van de route te bereiken (2910m). Vervolgens daal je definitief af,  eerst over rots. Wanneer je op het eerste sneeuwveld terecht komt, is het tijd om de stokken weer boven te halen.

Dan gaat het verder over sneeuw en steenslagvelden tot aan de afslag (GPS 020 – 2741m) van de Sentiero Bruno Dallagiacoma. Opnieuw een goede plaats om wat te rusten. 

Sneeuwveld voor splitsing Sentiero Bruno Dallagiacoma

Je hebt hier zicht op de Cima Brente (3151m) en het gebergte waardoor de Bocchette Alte verloopt (de hoogste en moeilijkste van de routes in de Brenta).

Of je hier je klettersteiguitrusting uitdoet als je wil afdalen naar de Rifugio Tuckett (2271 m), is een punt van persoonlijke appreciatie. Weet echter dat er in de afdaling van 470m nog kabelzekeringen zijn, die je moeten helpen bij het afklimmen. Let goed op dat je de tekens volgt en niet op het ongemarkeerde pad geraakt aan de voorzijde van de Castelleto Superiore, maar wel degelijk de gemarkeerde route volgt die langs de achterzijde afdaalt.

Vedretta die Brenta Inferiore

GPS 020 is de splitsing met de route over de Vedretta die Brenta Inferiore, naar de Bocca di Tuckett. Opgelet: deze route over de gletsjer is vrij steil en in de afdaling enkel aan te raden indien men in het bezit is van een ijspickel.

Tevens vind je aan de een paar meter lager gelegen splitsing het pad naar de  Rifugio Alimonta (Sentiero Sosat)

De Rifugio Tuckett is prachtig gelegen. Wie op lager slaapt, slaapt in het bijgebouw, de Rifugio Q. Sella.

Rifugio Tuckett

Half-pension bij verblijf op lager kost de hier gebruikelijke 37€ voor leden van een bergsportvereniging. Voor het avondeten is er een ruime keuze. Het ontbijt is zoals reeds beschreven van een Italiaanse magerte. Ook hier weer een opvallende mottenballengeur op het lager. Er is een douche tegen betaling.

 

Dag 2: Rifugio dell Tuckett-Q. Sella (2271m) – Sentiero Sosat (ca 2450 – 2405m) – Rifugio Alimonta (2600m)  (4u00’)- Sentiero Bocchette Centrale (2749m) – Rifugio Pedrotti–Tosa (2491m) (3u30’ samen 7u30’)

Dag 2 Rifugio dell Tuckett-Q.Sella (2271m) – Rifugio Pedrotti–Tosa (2491m)

Dag 2 Rifugio dell Tuckett-Q.Sella (2271m) – Rifugio Pedrotti–Tosa (2491m)

Ontbijt vanaf 7.00 uur.

Ladder van 15m

Je keert terug in de richting van waaruit je gisteren kwam en loopt tot aan GPS 021. Hier ga je naar rechts en bij de volgende splitsing opnieuw rechts. Vervolgens maak je een bocht in wijzerzin rond de kom van het dal om aan de overzijde terug te keren in de richting van de Rifugio Tuckett. Het pad begint dan een ruime bocht naar links door een gebied met veel blokken. Hierdoor ontstaat een zigzag parcours. We liepen dit traject in de wolken, waardoor we niet veel van het landschap konden genieten. Bij GPS 025 wordt er ingebonden en worden de stokken weggestoken. Hier begint er een serie van ladders, zonder veel technische moeilijkheden. Aan de ladder van 15m was er een kleine file, omdat er voor ons een groep met een gids zat. Dit betreffen meestal onervaren mensen, waardoor alles wat langer duurt, maar van grote opstoppingen hebben we geen last gehad ondanks het mooie weer. In de kloof aan de voet van de ladder van 15m ligt er een steen geklemd in de kloof, die een soort brug vormt naar de voet van de ladder. Daarna komt er een lang horizontaal stuk. Verder passeer je een zone, waar de overspanning zo laag is dat je op handen en voeten moet kruipen.

Rifugio Alimonta

Onder ons konden wij door de wolken de Rifugio Brentei zien. Dan volgde er nog één afklimzone met een kleine ladder, waarna je kan uitbinden vlak na GPS 026. Vervolgens blijf je min of meer op gelijke hoogte tot we samenkomen met de normale weg naar de Rifugio Alimonta (GPS 027). Vervolgens klimt het pad tot de splitsing (GPS 028) met de toegangsweg tot de Sentiero Bocchetta Alte. Het traject hiervan is volledig herlegd. Opgelet: het gedeelte van de Sentiero Bocchetta Alte tot aan de Bocca di Armi is afgesloten.

Vanaf dit punt volgt er nog een korte klim tot de Rifugio Alimonta (GPS 029).

Als je hier naar het dagtoilet gaat neem je best zelf toiletpapier mee. De hut is ook de duurste omdat de uitbating in privé handen is.

Ladders vanaf de Bocca di Armi

Je vindt hier ook geen wegwijzer. Er is ook maar één pad en de wit-rode markeringen vind je op de rotsen. De Bocca di Armi zie je bij helder weer liggen vanaf de hut. Ook zie je het spoor door de sneeuw op het sneeuwveld. Het traject verloopt diagonaal door de sneeuw en is daardoor niet te steil. Eenmaal op de Bocca di Armi dien je je stokken weg te steken om een reeks verticale ladders aan te pakken (GPS 030). Van een randkloof heb je hier geen last. Eenmaal boven heb je een mooie terugblik op de gletsjer en de Rifugio Alimonta en de rotsen onder je.

Na de ladders volgt een lang horizontaal stuk met gezekerde banden (foto 030). Men bevindt zich hier aan de noordzijde van de Torre Di Brenta. Na een bocht krijg je voor het eerst zicht op de Campanille Basso of Guglia (2883m).

Bij GPS 031 neem je maar beter een kleine rust- en maaltijdpauze, want hier zijn de mooie banden voorbij en komen er heel veel ongezekerde stukken. Uiteindelijk kom je echt op de Bocca aan de voet van de Guglia (GPS 032). Vanaf hier daal je in totaal 150m tot de Bocchetta del Campanile Basso. Veel stukken zijn ongezekerd. Je daalt af door zeer steil “wandelgebied” , op een ondergrond van fijne steenslag afgewisseld met een aantal gezekerd stukken, soms op onlogische plaatsen. De vermoeidheid begint te spelen en dus moet je bij de pinken blijven om geen uitschuivers te maken. Sneeuw heb ik hier niet echt gezien, maar het was dan ook een bewuste keuze om zo laat mogelijk in het seizoen te komen, om de sneeuw maximaal de tijd te geven om weg te smelten.

Rifugio Pedrotti

Aan de Bocchetta del Campanile Basso wissel je van kant en krijg je zicht op de sneeuwvlakte die naar de Rifugio Brentei afdaalt Hier moet je soms gebukt lopen vanwege de laag overhangende rotsen. Het is hier gelukkig weer iets simpeler en uiteindelijk daal je af tot op de sneeuw. Hier vind je tegen de rotsen een klein bordje dat je omhoog wijst in de sneeuw naar de Bocca di Brenta. Vanaf hier daal je langs de achterzijde af tot een pad dat horizontaal tot aan de Rifugio Pedrotti leidt.

Rifugio Pedrotti: 37€ halfpension, badslippers als binnenhuisschoeisel in de hut beschikbaar. Beperkte keuze in zowel voorgerecht als hoofdschotel.

Kamers op derde verdieping erg donker met muren van hout. Tevens vochtproblemen in het gebouw

 Dag 3: Rifugio Pedrotti–Tosa (2491m) – Bocca di Tosa (2882m) – Vedretta d’Ambienz (2757m) – Bocca d’Ambiez (2870m) – Vedra d’Agola (2810m) – Bocca de Camosci (2784m) – Rifugio 12 Apostoli (2486m) (6u20’)

Dag 3 Rifugio Pedrotti–Tosa (2491m) – Rifugio 12 Apostoli (2486m)

Dag 3 Rifugio Pedrotti–Tosa (2491m) – Rifugio 12 Apostoli (2486m)

Ladder 130 sporten

Vanaf de hut loop je in de richting van de kapel. Hier ga je naar links en maak je een bocht in tegenwijzerzin langs de rotswand tot aan en ladder in de wand, die je beklimt. Boven vind je een pad dat eerst daalt tot aan GPS 056. Vervolgens begint de stijging Je maakt een bocht en passeert aan de voet van de Cima Tossa.  Hier vind je een 2degraads klim richting top van de Cima Tosa, die je best niet combineert met de tocht van vandaag en die je bovendien ook beter niet uitvoert met een meerdaagse rugzak. Aan GPS 036 zit je op de Selle de Tosa, waar je rustig nog wat kan eten, het landschap kan bewonderen en jezelf kan inbinden. Daarna zit je snel in de wand en passeer je een hangbruggetje (GPS 037). Vervolgens bereik je de Bocca di Tosa (GPS 038) om vandaar via een reeks ladders. Bovenaan de ladder heb je een prachtig overzicht over de te volgen route. De langste ladder heeft zowat 130 sporten. Alzo daal je tot de Vedretta d’Ambienz. Hier krijg je te maken met een echte randkloof.

Op weg naar Bocca d’Ambienz

In de kloof zie je een ladder en een wegwijzer die zowat 4 meter onder het huidige sneeuwniveau reikt. Met wat bergtouw heeft men een horizontale traverse uitgebouwd, zodat je tot op de sneeuw kan. De steuntjes voor handen en voeten zijn wat aan de kleine kant voor bergschoenen en aangezien het touw niet erg strak zit, is de afklim wat heikel. Eenmaal op de sneeuw dien je onmiddellijk de stokken uit te halen, want het eerste deel van het spoor loopt vlak langs de randkloof.  Onder de oorspronkelijke route vind je een reeks wegwijzers. Wat verder vind je een rode vaan met de aanduiding van het padnummer 358 naar de Rifugio Agostini. Op weg naar de 12 Apostel hut loop je evenwijdig langs de rotswand en de rand van de gletsjer. Langs het spoor staan bordjes met de aanduiding “XII”, die soms niet in de juiste richting aangeven, gezien de spijlen kunnen draaien in de sneeuw. Aanvankelijk loopt het pad vrij horizontaal, maar onder de Bocca d’Ambienz gaat het steil omhoog. Op foto’s in de klettersteiggids ligt er veel minder sneeuw op deze helling. Aan het einde van het sneeuwveld vind je de staalkabel (GPS 039), maar hij is niet goed zichtbaar, gezien hij afgewend zit van het sneeuwveld.

Lange ladder

De Klettersteig naar de Bocca d’Ambienz is vrij luchtig, maar goed gezekerd. Van op de pas heb je een goed zicht op zowel de Vedretta d’Ambienz  als de Vedra d’Agola. Eenmaal je weg van de pas bent en in de afdaal Klettersteig zit, krijg je een volledig zicht op het vervolg van de route. Dan volgt er opnieuw een lange ladder om tot op de sneeuw te geraken. Eenmaal op de sneeuw heb je een goed terugzicht op de Bocca d’Ambienz. Eenmaal op de sneeuw moet je eerst horizontaal over een rotsmassa, vervolgens een afklim over rots en dan de sneeuw op. Het eerste stuk is vrij steil, maar het wordt langzaam vlakker, om dan weer steiler te worden vlak onder de Bocca de Camosci (GPS 041). Vanaf de pas zie je reeds de hut, met een mooi zicht op de omgeving en loop je via een toeristenpad tot aan de hut (GPS 042).

Rifugio 12 Apostoli

 Rifugio 12 Apostoli: kleinste hut, vernieuwd interieur in de slaapruimtes, huttenschoeisel aanwezig om de nieuwe houten vloeren op de bovenverdieping te beschermen, zwakste op het gebied van eten, enige hut waar ik s’ochtends geen munt of kamille thee kon krijgen ondanks dat ze het wel hadden.  37€ H/P, minst goede wijn. ’s Avonds bijbetaald voor extra brood!

 Korte wandeling naar een oorlogskerkhof uitgehouwen in de rotsen.

Dag 4: Rifugio 12 Apostoli (2486m) – Bocca Due Denti (2859m) – Rifugio Agostini (2410m) – Forcolotta di Noghera (2423m) – splitsing Palmieri Bassa/Alti (ca 2300m) – Rifugio Pedrotti-Tosa (2491m) (5u00’)

Dag 4 Rifugio 12 Apostoli (2486m) – Rifugio Pedrotti-Tosa (2491m)

Dag 4 Rifugio 12 Apostoli (2486m) – Rifugio Pedrotti-Tosa (2491m)

Pas met de Twee Tanden

Als je weet dat de naam van de eerste pas zich vertaalt als de “Pas met de Twee Tanden”, dan wordt het gemakkelijker om hem te vinden in het landschap. Vanaf de toegangsdeur loop je in de richting van een wandelboom (GPS 043) die slechts een 70-tal meter verwijderd is van de hut. Daar vind je een splitsing, waarbij je voor de Rifugio Agostini naar links gaat. Aanvankelijk loop je over platen en steengruis, maar hogerop neemt de hoeveelheid sneeuw toe, waardoor je de tekens in het landschap minder goed ziet en je je moet oriënteren op de sporen in de sneeuw. Gezien wij de eersten zijn die die dag in die richting omhoog gaan en er nog steeds toeristen zijn die blijkbaar niet willen inzien dat als ze per se willen skiën ze moeten uitstappen uit het spoor, is het opnieuw gedeeltelijk sporen geblazen. Vooral het laatste sneeuwveld is vrij steil. GPS 044 en 045 zijn het begin van de finale klim over de rotsen naar de Bocca Due Denti (GPS 046) Na zowat een uur bereik je de Bocca Due Denti. Na een laatste terugblik, doen we onze Klettersteig-uitrusting aan (GPS 047) en beginnen we aan de spectaculaire afdaling richting Rifugio Agostini.

Spectaculaire afdaling richting Rifugio Agostini

Je overbrugt een hoogteverschil van 160m in een opeenvolging van bijna uitsluitend ladders, waarbij de laatste ruim 300 sporten telt (waarvan 2 gebroken). Wie tijd heeft om te kijken, vindt op de rotsen mooie plantjes. Ondanks dat we zeer vroeg vertrokken waren, kwamen we aan de voet van de eerste reeks ladders reeds dezelfde gids met drie gasten tegen, die we ook aan de lange ladder op de Sentiero Sosat waren tegengekomen. Vooral bij de vrouwelijke deelneemster, kon je de angst in de ogen aflezen, waardoor ze abnormaal traag bewoog en de zaak blokkeerde voor ons, ondanks dat wij een niet gezekerde standplaats hadden ingenomen in afwachting van haar passage. Net voor de laatste lange ladder kwamen we twee vrouwelijke klimsters tegen, waarbij er één in slaagde om haar fototoestel te laten vallen en ze terug diende af te dalen. Onderaan de ladders vonden we nog een groep met gids, waarbij ik de gids met pek en veren zou willen instrijken omwille van zijn handelswijze. Vooreerst waren sommige deelnemers van zijn groep voorzien van een harnas met één enkel touw zonder valbreking en een musketon zonder schroef of twist-lock. Bovendien bond hij de deelnemers onderling in, maar hield hij het inbindtouw zelf gewoon los in de hand!!!!

Rifugio Agostini

Onderaan kan je jezelf uitbinden.(GPS 048) In de afdaling vind je nog een kort stukje met staalkabelzekering, maar dat mag geen probleem vormen. Vlak voor de Rifugio Agostini vind je nog een wegwijzer (GPS 049) om bij GPS 050 na in totaal een uur, de hut zelf te bereiken.

 Ik kocht hier een glazen fles mineraalwater  om uit te gieten in mijn drinkzak, maar die bleek maar 93cl te bevatten i.p.v. de gebruikelijke 100 cl. Vanaf de hut heb je een mooi zicht op het circus van de Vedretta d’Ambienz met de Cima Tosa (foto’s 076 & 077).

 De hut verlaat je via de jeepweg om in een haarspeldbocht bij GPS 51 verder te gaan in dezelfde richting via een pad. Het pad verloopt rustig. Enkel bij de beddingen van droge rivieren gaat het wat moeilijker, net als onder de top van de Passo Forcolatta (GPS 52). Net voorbij deze pas vind je een splitsing, waarbij je het pad naar het dal als zeer vaag mag beschouwen. Je loopt nu door een zone met wat gras, maar zonder koeien tot waar de helling abrupt eindigt en je letterlijk om het hoekje gaat. Vanaf dit punt kan je bij helder weer reeds de Rifugio Pedrotti zien liggen. De situatie op de kaart stemt hier niet helemaal overeen met de werkelijkheid. Bij GPS 053 vind je een gemarkeerd pad naar het dal en pas bij GPS 54 vind je de splitsing tussen de Palmieri Alto en Bassa. Bij de Bassa dien je veel meer meters af te dalen om die vervolgens weer te winnen. De Alto tracht meer op gelijke hoogte te blijven en verloopt daardoor wat rommelig Alles is wel goed aangeduid en hier en daar vind je wat kabelzekeringen. Het pad loopt door tot in de kom onder de Cima Tosa en Margherita (GPS 055). Bij GPS 056 kom je terug op het pad van de Bocca di Tossa om alzo terug te klimmen naar de Refugio Pedrotti-Tosa (GPS 035) (3u vanaf Agostini)

Refugio Pedrotti: zie hoger.

Dag 5: Rifugio Pedrotti-Tosa (2491m) – Bocca de Tuckett (2648m) – Sentiero Dallagiacoma  (2741m) – Rifugio dell Tuckett-Q.Sella (2271m)  – Rifugio Casinei (1825m) –  Rifugio Vallesinella (1513m) (5u45’)

Dag 5 Rifugio Pedrotti-Tosa (2491m) – Rifugio Vallesinella (1513m)

Dag 5 Rifugio Pedrotti-Tosa (2491m) – Rifugio Vallesinella (1513m)

Bloemenpracht tussen het grind

Vanuit de toegangsdeur van de hut loop je in de richting van de helikopterlandingsplaats en dan volg je de tekens bergaf. Eerst passeer je in de buurt van wat op de kaart aangeduid wordt als de Rifugio Tosa (foto 081). Een weinig verder zie je aan de overzijde van het dal het pad lopen. Bij GPS 057 moet je links het pad verlaten. Hier staat geen wegwijzer, maar enkel een verwijzing die op de rotsen is geschilderd. Bovendien staat deze verwijzing nog naar het dal gericht, waardoor je, als je niet goed oplet, zo voorbij de afslag loopt. Het Sentiero Osvaldo Orsi daalt eerst af tot in de kom via een spleet in de rotsen. Eenmaal beneden volgt een (aanvankelijk) vrij gemakkelijk pad met een mooie terugblik op de Refugio Pedrotti. Aan de overzijde loopt het licht stijgend tot aan GPS 058, waar het letterlijk achter de hoek verdwijnt. Achter de hoek vind je een prachtig panorama op de Cime Brenta Alta en vervolgens op de Guglia.

Torre Guglia

Aan de voet van de Guglia vind je direct naast het pad ook een grote diversiteit van planten, die tussen het grind groeien. Vervolgens kom je op het zadel van de Busa del Castelaz (GPS 059), waar je een gedenkplaat vindt voor de persoon naar wie dit pad is genoemd. Dit is een goede plaats om wat te rusten en in te binden. Vervolgens volgen er twee zones met horizontale kabelzekeringen in een galerij, waarbij vooral de passages door de droge rivierbeddingen wat heikel zijn. Na de galerijen volgt er na een tijdje een ongezekerde afklimzone, waar ik toch eventjes mijn stokken heb verkleind om aan de voet ervan ze weer te verlengen. Dan volgt namelijk een lang traject waarbij het pad verloopt door een helling van fijn grind en een aantal kleine, maar relatief steile sneeuwvelden, die je horizontaal dient te traverseren. Uiteindelijk kom je aan de voet van de Bocca del Tuckett, waar je een splitsing (GPS 060) vindt met het pad naar het dal. Na een rustpauze, vat je de klim aan naar de Bocca. Je begint met een sneeuwveld. Ook hier diende ik als eerste passant van de dag te sporen omdat er gisteren afdalers waren die het niet nodig vonden om uit te stappen uit het spoor om hun skikunstjes te vertonen. Wat volgt is een pad dat lastig is om te klimmen en dus zeer heikel om af te dalen. Net onder de Bocca vind je een kabel tegen de wand, maar die hangt vrij hoog en dus moet je ofwel hoog tegen de wand traverseren, ofwel ongezekerd in de geul blijven. Ik vermoed dat de kabel vooral voorzien is, als hier nog sneeuw ligt, hoog op het pad.

Bocchetta Alta

En dan ben je op de beroemde of beruchte Bocca del Tuckett. Naar links vind je hier de Via Bocchette Alta, de hoogste en moeilijkste route, waarvoor men minimum 4u15’ voorziet in de gids, maar tel er nog maar een uurtje of twee bij als je met een meerdaagse rugzak onderweg bent. Gezien één van mijn reisgenoten de 70 ruim voorbij is en hij al de hele tocht last had van spierpijn, heb we dit stukje letterlijk links laten liggen, met de gedachte dat we geluk gehad hebben met het weer, dat alles goed verlopen is gedurende de afgelopen vijf dagen en dat het nog altijd plezierig moet blijven voor alle deelnemers.

Maar dan ben je boven en nog steeds niet beneden. Wie de verschillende foto’s van de Bocca del Tuckett bekeek vanaf de Rifugio del Tuckett, als vanop de Bocca zelf weet dat het ding behoorlijk steil is. In de gids wordt afdaling ook niet gestimuleerd. Ik had al op voorhand voor mezelf beslist dat ik het ding niet zou afdalen, enerzijds omdat ik geen ijspickel bijhad, maar anderzijds omdat er een veiliger alternatief is door vanaf de Bocca gedurende een half uurtje een stukje van de Via Bocchetta naar rechts op te klimmen via een paar ladders, traversen en twee stukjes “wandelgebied” tot aan de splitsing met de  Sentiero Bruno Dallagiacoma (GPS 020 – 2741m), om dan dit pad af te dalen zoals beschreven in dag 1 tot aan de Rifugio Tuckett (GPS 022).

Rifugio Tuckett

Wanneer je hier rond de middag aankomt op een zonnige dag, zit het hier vol van dagjesmensen. Na een maaltijd en drankpauze van een uur zijn we dan afgedaald via de normale toegangsweg tot de hut (317). Net onder de hut vind je nog een wegwijzer (GPS 062) met de aanduidingen: Rifugio Vallesinella 1u40 en Rifugio Casinei (GPS 063).

Het eerste deel tot aan de Rifugio Casinei is een relatief goed beloopbaar Dolomieten pad met grindbedekking, tussen de toenemende bomen. Vanaf de Rifugio Casinei verloopt het pad over bosgrond, die op zijn plaats gehouden wordt door houten balken, waardoor je de laatste 300m afdaalt over trappen en als laatste deel van een afdaling van 1230m is dat lastig voor de knieën. Het gebruik van stokken is aan te raden om de schokken wat op te vangen. Eventueel kan je overwegen om vanaf de Rifugio Casinei af te dalen via het pad  317B (1u00’ ipv 40’), via de Malga Vallesinella di Sopra, daar ik vermoed dat dit pad langzamer afdaalt en dus vriendelijker is voor de kniegewrichten.

We hebben opnieuw onze intrek genomen in de Rifugio Vallesinella en zijn de volgende dag terug naar huis gekeerd.

Eindconclusie:

Vooreerst wil ik zeggen dat ik de Brenta Dolomieten zowat van het mooiste vond dat ik al gezien heb in Europese berglandschappen. Het kan de vergelijking doorstaan met de Sarek-berggroep op een stralende zomerdag.

Net zoals je voor het Sarek Nationaal Park een aantal specifieke vaardigheden moet bezitten,  is dit ook het geval voor de Brenta Dolomieten. Het gaat hier over staptechniek op alle soorten terrein, inclusief los grind en sneeuw in steile hellingen, elementaire klimtechniek en zelfzekeringstechniek met behulp van een Klettersteigset. Bovendien moet je enige kennis hebben van meteo daar dit gebied notoir gevoelig is voor onweer en je wil niet op een Klettersteig zitten in een onweer.

Pas je reisplannen aan in functie van het weer, je fysieke conditie en je kunde. Zelfoverschatting leidt tot ongelukken. Ga in de bergen, maar kom vooral terug (levend!).

 

Coördinatenlijst:

 

Advertentie

Commentaar? Vragen? Reacties, altijd welkom.

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.