Algemene info bij het reisverslag.
Reisverslag Wandeltochten in Midden-Zweden
Dalarna (Grövelsjön – Fulufjället) – Härjedalen en Jämtland (Storulvan)
Streek: Dalarna (Grövelsjön – Fulufjället) – Härjedalen en Jämtland (Storulvan)
Traject: Wandeltrektochten in de buurt van Grövelsjön en Storulvan. Dagwandelingen in Fulufjallet
Periode: 08/07/09 t/m 26/07/09
Reisgezelschap: solo
Transport: heen en terug: met de wagen via Nederland, Duitsland en Denemarken naar Zweden.
Bruggen: wie zowel de Storebaelt als de Oresund brug gebruikt, rijdt 200 km rond in vergelijking tot ongeveer elke combinatie van veerboten. Vergelijk de tarieven voor het door U gebruikte type voertuig via www.storebaelt.dk en www.oresund.com .
Veerboten: Vanuit Jutland naar Zweden: zie www.stenaline.com . De overvaart tussen Grena en Varberg is goedkoper dan Fredrikshaven – Göteborg.
Vanuit Duitsland naar Zweden: www.scandlines.dk (nadeel 2 korte overvaarten te reserveren en ook duurder dan de langere overvaart tussen Jutland en Zweden.
Openbaar vervoer: Met Ryanair naar een luchthaven vlak bij Stockholm. Grovelsjön kan je bereiken met een dagelijkse bus vanaf het station van Stockholm.
Logies:
Berghutten:
- voorseizoen (18/6 tot 12/7): ca 20 tot 22,5 €
- hoogseizoen (13/7 tot 20/9: ca 24 tot 27 €
Fjallstations:
- Grovelsjon : vanaf 23€
- Blahmarren: vanaf 25,5€
- Helags: vanaf 34,5€
- Storulvan: vanaf 14€
- Sylarna: vanaf 14€
Jeugdherbergen: 11,50 tot 27€ afhankelijk van ligging en geboden comfort.
Nota: genoemde prijzen met lidkaart Vlaamse Jeugdherbergcentrale, zonder +9,25€/dag
Reservaties via www.svenskaturistforeningen.se
Reizen kost: van 0 tot 70 € per dag (voor overnachting, ontbijt en avondmaal)
Diesel:
- Zweden: van 0,95 tot 1,16 € (Zweedse kroon verloor ¼ van zijn waarde)
- Denemarken: ca 1,17 €
- Duitsland: ca 1,11 €
- Nederland: ca 1,07 €
- België: ca 1,00 € (officieel)
Alcohol: 2 tot 3 maal zo duur als in België.
De rest: goedkoper dan vroeger, maar nog steeds duidelijk duurder dan bij ons
Betalingswijze:
- cash
- Visa (wordt heden aanvaard in alle berghutten en jeugdherbergen)
Reisliteratuur:
- Lonely Planet Scandinavian & Baltic Europe on a Shoestring
- Rough Guide Zweden
- Upptäck Sverige Bo Hos STF (Zweedse Jeugdherbergcentrale)
Stafkaarten: Landmäteriet Fjällkarta (Schaal: 1/100.000)
- W2: Fulufjället – Sälen (niet echt noodzakelijk, gezien je in de Naturrum van Fulufjället een gratis stafkaart kan krijgen van het park zelf)
- W1: Grövelsjon – Lofsdalen
- Z8: Helags – Funäsdalen – Rogen
- Z6: Storlien – Ljungdalen
Wandelen in Midden-Zweden:
Inleiding:
Uitrusting en voeding:
Kledij op het lichaam:
Ikzelf gebruik: Corcoran/Matterhorn Footwear, huidig model Men’s 1949 van wat ondertussen omgedoopt is tot de Carolina Shoe Company, (schachthoogte ca 20cm.) (https://www.carolinashoe.com/1949 , Leverancier van het Amerikaans Leger)
Alternatieven:
- Bighorn winterlaarzen van Sorel.
- Meindel schoenen met verhoogde schacht (jacht)
- Löwa Military (ruime keuze in modellen met verhoogde schacht en Gore-tex voering)
Omdat mijn huidig paar nieuwe zolen behoefde en de Gore-tex voering ook al wat over haar hoogtepunt heen was, keek ik reeds enige tijd uit naar een nieuw paar. Gezien dit niet lukte via iemand in actieve dienst van het Belgische leger, ben ik op zoek gegaan naar een leverancier in de V.S.
Grootste probleem daarbij is dat de meeste aanbieders niet buiten de V.S. willen verschepen. De enige aanbieders die ik vond die dat wel doen zijn:
Harry’s Army Surplus : de enige aanbieder, die ik vond buiten het Amazon platform. Deze werkt via het Globalshopex platform. Hier zijn de douanekosten al inbegrepen
Amazon.com : Prijs: 265$ +75$ Verzendingskosten + douanekosten (zie hieronder)
De Belgische douane vindt het nodig om daar nog eens 21% btw aan toe te voegen en 12€ administratiekosten. Je mag dan nog van geluk spreken als de kost van de goederen net onder de 150€ blijft, want daarboven stijgen de administratiekosten naar 30€ (en dat voor minder dan 1 minuut werk… goed gerekend Belgische Staat :-()
In verhouding tot mijn vorig paar is het leder van het huidig paar soepeler en de zool vooral veel dikker en meer geprofileerd. Ook de voering verzwaarde iets en de schacht verhoogde met zowat 1cm. Het gewicht nam met 100gr per schoen toe. De toegenomen soepelheid resulteert in een verkorte inlooptijd. Omdat ik smalle voeten heb koost ik bij mijn huidige bestelling voor een smalle leest (N). Dit spaart een paar sokken uit ;-).
- stel sokken: minimaal 2 van goede kwaliteit (lusjesweefsel langs de binnenzijde en in materialen gaande van wol tot Coolmax). Overweeg een paar “Bugsox Adventure” (16,95€) sokken van Tropicare (www.careplus.nl) die bewerkt zijn tegen muggen en teken (nog geen persoonlijke ervaring mee.)
- trekkersbroek: lang, bij voorkeur in een waterafstotende en/of sneldrogende kwaliteit en met rekkers aan de onderzijde van de pijpen.
- synthetisch ondergoed: slip (mijn voorkeur gaat naar de microvezel van Nur Die) en T-shirt met lange of korte mouwen ( te koop: soms in Aldi, altijd in Decathlon of de klassieke buitensportzaken)
- lichte fleece
- zonnehoedje (houdt ook de muggen uit je haar, vooral als je nog wat muggenolie (50% DEET van Tropicare, verkrijgbaar bij apotheek en buitensportaak) op de zweetband doet.)
Kledij in de rugzak:
- zware fleece, liefst met windstopper (ook reeds te koop in Aldi)
- Gore-tex jas met kap of regenhoed (Outdoor Research). (Gore-tex geniet nog steeds de voorkeur, maar wie afgeschrikt wordt door de hoge aanschafprijs kan voor redelijke alternatieven terecht bij Decathlon)
- een gletsjerbril of skibril met hoge filteringgraad, vooral als bescherming tegen hagel, zonnecrème (beschermingsfactor 20 of hoger) en eventueel lippenzalf met beschermingsfactor)
- reserve synthetisch T-shirt, slip en onderbroek met lange pijpen.
- stel reserve sokken
Andere uitrusting:
- plastic waadsandalen (voor wie bergschoenen van een normale schachthoogte gebruikt
- telescopische wandelstokken (ontlasten de knieën bij het dalen, houden je ook recht in de modder). Koop bij voorkeur stokken van de merken Leki, Komperdell, Black Diamond of Decathlon als goedkoper alternatief. Besteed aandacht aan het materiaal van de handgrepen (geen hard plastic) en mijd vooral stokken met een gesp in de polslus. Bij langdurig gebruik gaat die gesp irriteren.
- 2 kleine handdoekjes van 50 x 30 cm, bij voorkeur in microvezel (droogt sneller en geeft minder geur af, wanneer hij niet goed gedroogd kan worden. Reeds verkrijgbaar bij Aldi)
- 1 washandje met een klein busje douchezeep en shampoo, een reistandenborstel met kleine tube tandpasta (een bijna lege tube sparen voor op reis kan ook), een stick scheerzeep en wegwerpmesjes of reisscheerapparaat op batterijen.
- een paar pakjes papieren zakdoekjes, doet dubbel dienst als toiletpapier
- drinkbusje met een inhoud van 0,5 liter.
- zakmes
- micro zak- of hoofdlamp om het toilet te vinden in het donker (maar erg donker wordt het hier niet, vooral rond 21 juni).
- waterfilter van Care Plus/Sawyer met bijbehorende drinkzak (http://www.hiking.be/care-plus-water-filter-review/ ). Op 25 jaar zonder slechts één maal pech gehad, maar toch…
- persoonlijke apotheek: rekverband, steriele doekjes, ontsmettingsmiddel, wondpleisters, schaartje, sporttape, Compeed, Ibuprofen, Dafalgan, Rinomar (tegen neusloop) Imodium (Generisch: Loperadomine tegen diarree (als het reeds te laat is 😦 ), Enterol of Antedia (preventief ter voorkoming van diaree 🙂 ).
- reserve plasticzakken
- naald en draad
- tube handwaszeep (1 voor 2 personen)
- GSM (dekking niet overal verzekerd) of Thuraya satelliettelefoon voor wie het kan of wil betalen. (Dekking ook na te zien op het internet www thuraya.com)
- oriëntatiemiddelen: stafkaarten (zie hoger), kompas en/of GPS.
Andere uitrusting specifiek voor de tentrekkers:
- 3 tot 4-seizoens tent van een gekend merk, bestand tegen winden tot 100 km/h en lichte sneeuwlast. (Heden gebruik ik een Hilleberg Akto met footprint (1,85 kg) (Avventura 450€ Engelse internet shops: vanaf 370€)
- Onderzeil of footprint met een schotelvodje voor schoonmaak
- Een slaapzak met een comforttemperatuur van zeker -5°C (Slaapzak Carinthia bags (20 jaar oud Extreem -16°C, 1,6 kg)
- Waterdichte compressiezak (Sea to Summit, Large) voor slaapzak, zeker indien je die buiten op de rugzak draagt (De Waele Camping Relax Lochristi) (28€).
- Slaapmat 8mm of Thermarest Neoair R(51 x 183 x 6,3cm) (410gr) (Decathlon 125€)
- Trangia alcoholbrander, methanol (brandt zuiverder dan de ethanol verkrijgbaar in Scandinavië), koffielepeltje (meer heb je niet nodig om een gevriesdroogde maaltijd te eten.) Verkrijgbaar via http://www.campz.be/outdoor-uitrusting/camping.html .
- Zakmes, lucifers in een filmblikje met de zijkant van het doosje erin, een schuursponsje, een schotelvodje en wat afwaszeep.
- rugzak van ca. 80 liter. Ikzelf gebruik nog steeds een 20 jaar oude frame rugzak van Bergans, die nog steeds gemaakt wordt (www.bergans.com) . Binnenin steek ik toch nog altijd alles in plasticzakken gesloten met metaalclip. Kleine zaken en dagrantsoenen gaan in diepvrieszakken van Aldi. Bergans heeft rugzakken in waterdichte stof met rolsluiting, maar die wegen ca 4 kg.
Andere uitrusting specifiek voor de huttentrekkers:
- rugzak van ca 60L
- lakenzak type jeugdherberg eventueel in zijd
- lucifers
Voeding:
Volgens de voedingsleer zou je voeding een verhouding van 15% proteïnen, 30% vet en 55% koolhydraten moeten bevatten Voor sommige sporten gaat men zelfs tot 70% koolhydraten.
Hou echter rekening met het feit dat vet meer calorieën bevat voor eenzelfde gewicht voeding.
Mijn menu is zodanig samengesteld dat ik in principe alles wat ik onderweg moet eten, los uit de hand kan eten. Dit is handig bij slechte weersomstandigheden en spaart bovendien gewicht uit aan verpakkingsmaterialen, besteken, enz…
Mijn dagrantsoen voor onderweg stop ik per dag in een afzonderlijke plastic zak. Als het dan regent, steek ik die zak op de plaats waar ik anders mijn regenjas steek, zodat de rugzak niet telkens open moet, wanneer je je energiepeil wat wilt aanvullen.
Ikzelf weeg ca. 80 kg. Wie zwaarder is, zal in verhouding iets meer nodig hebben.
Een menu moet voldoende gevarieerd zijn en moet uiteraard voor jou aanvaardbaar zijn.
Weet echter dat ik thuis ook wel iets anders eet dan dit.
Veel sportvoeding vermeldt reeds de samenstelling. Indien je deze niet terugvindt op de verpakking, zal je gebruik moeten maken van een algemene lijst met de samenstelling van voedingsmiddelen. Die vind je terug in een boek over dieetleer in de bibliotheek of op het internet. Als je weet dat 1gr proteïnen of eiwitten overeenkomt met 17 kJ of 4kcal, 1 gr vet met 38 kJ of 9 kcal en 1 gr koolhydraten met 17 kJ of 4 kcal, dan kan je zelf aan de slag.
Naam: | Gr.: | Proteïnen: | Koolhydraten: | Vet: | Cal: | KJ: |
Peperkoek | 80 | 2,40 | 58,40 | 0,80 | 250,40 | 1064,00 |
Energie Bar | 80 | 4,40 | 57,80 | 7,40 | 134,00 | 1324,00 |
Chocolade noten | 80 | 6,80 | 39,40 | 29,00 | 445,60 | 1856,00 |
Snickers (Foré) | 100 | 9,50 | 58,00 | 26,00 | 504,00 | 2110,00 |
Salami | 100 | 29,50 | 2,00 | 28,20 | 380,00 | 1579,00 |
Emmental | 100 | 28,80 | 0,0 | 28,00 | 377,00 | 1583,00 |
Vriesdroog | 220 | 24,20 | 103,40 | 57.20 | 1039,00 | 4349,00 |
Totaal: | 760 | 106(17,6%) | 319(53,0%) | 177 (29,4%) | 3130,00 | 13865,00 |
De chocolade is meestal van Ritter Sport (Makro). Alternatieven vind je ook bij Lidl of Aldi .
Energy Bars vind je soms bij Aldi, maar in elk geval vind je die van Isostar bij Makro of sportzaken. Foré (namaak Snickers) vind je bij Aldi. Koop harde Muesli repen en geen zachte, want daar blijft niet veel van over na een verblijf in je rugzak. Of je moet ze in een doos steken en dat weegt weer extra. Ik heb die heden vervangen door peperkoek (Aldi), individueel verpakt per 2 sneden.
Korte dagwandeling Rundhogen richting Blahammarens:
Op de E14, zowat 20 km voor de grens met Noorwegen is een parking aangeduid. Hij ligt ca 500m van de baan af. De verder weg naar het gehucht (2 huizen) is afgesloten door en slagboom.
Je vindt hier een infobord en een wegwijzer naar Blahammarens Fjallstation (GPS 71).
Overdag is er hier wat passage van wandelaars en eventuele bewoners. s’Nachts is de eenzaamheid absoluut. Je kan hier rustig je voertuig achterlaten, tenzij je een zeer exclusief voertuig bezit.
Je loopt de weg voorbij de slagboom in en een weinig verder vind je wegwijzers naar rechts. Negeer deze tenzij je naar Storvallen wil. Blijkbaar beschouwen de eigenaars van de huizen de weg als hun eigendom en zijn ze er ook in geslaagd om de mensen die de routes markeren voor hun kar te spannen. Maar wie hier al eerder geweest is, negeert deze tekens en volgt gewoon de weg. Wanneer je rechts een schuur ziet (GPS 75), volg je de weg die naar rechts afslaat. De weg maakt dan een ruime bocht naar links en rechts tot je weer de oorspronkelijke richting volgt (GPS 74). Pas ter hoogte van de afslag naar Ulvatjarn (GPS 73) vind je opnieuw de aanduidingen van de winterroutes. Vooral voor de mensen die deze richting uit willen is de omweg die men je hier laat maken langs de markeringen schandalig.
Verder volg je simpelweg de weg tot aan de brug (GPS 72). Je vind hier sporen van quads.
Voor de brug vind je kano’s die op de oever van de rivier liggen. De rivier Enan heeft hier blijkbaar zo weinig verval dat hij meerachtige eigenschappen krijgt.
Aan de overzijde van de rivier gaat de weg over in een pad en begint de klim van 400m naar Blahammarens Fjallstation. Gezien de weersomstandigheden zwaar aan het veranderen waren ben ik teruggekeerd naar de parking.
Voorspel van een meerdaagse trektocht vanuit Storulvan Fjallstation:
Vanaf de parking van Rundhogen keerde ik terug richting Are en Ostersund tot aan de afslag naar Handöl en Storulvan Fjallstation. De weg naar Handöl is geasfalteerd. Vanaf de afslag naar Storulvan verdwijnt het asfalt. De weg naar Storulvan is volledig heraangelegd. Naar het aantal ton grind dat hier is aangevoerd, heb je het raden. De laag is zo dik dat ik enkel maar kan veronderstellen dat men na het zomerseizoen de weg zal asfalteren.
Aan het einde van de weg vind je de parking van het Blahammarens Fjallstation. Op de parking staat een betaalautomaat voor niet-klanten van het Fjallstation a rato van 30 SEK/d of 150 SEK/w en dat zet hier wel een beetje de toon. Toen ik hier aankwam was het fjallstation nog niet officieel open en was het hier nog relatief rustig op aan en af vliegende helikopters na. Het weer was barslecht en zou pas de volgende dag verbeteren.
Na een volle dag regen, was het de volgende dag zwaar overtrokken, maar droog. Volgens de voorspelling die ik op dat ogenblik had, zou de dag daarna het weer veel verbeteren met zon en wolken.
En dus zette ik aan met de wind in de rug, richting Gasenstugorna via Tjallingen. Je verlaat het Fjallstation (GPS 76), daalt af naar de brug en aan de overzijde vind je een massa wegwijzers (GPS 77). Naar links vind je de wegwijzer naar de Gasenstugorna via Tjallingen (20 km of 22km op de kaart). Het eerste deel is vlak en vrij drassig, maar je loopt maximaal over heuvelrugjes en zo niet over planken. Zo gaat het probleemloos tot aan de brug over de Handolan (GPS 78) Hier vind je ook kampeerplekjes. Aan de overzijde vind je snel de grindweg (GPS 79) naar Tjallingen. Hij is relatief smal, maar vrij goed berijdbaar, zelfs voor niet verlaagde personenauto’s. Het stuk via de grindweg is misschien wat saai, maar je schiet snel op.
- Laat je aan het einde van de weg niet verleiden om de winterroute te volgen en rechtstreeks de beek over te steken, maar volg de verftekens naar links tot aan een waadplaats (GPS 81), waar je in het voorjaar met gewone bergschoenen problemen kan hebben qua schachthoogte. Vervolgens volg je de tekens een kort stukje steil bergop, waarna er een splitsing volgt tussen het winterspoor en zomerspoor. Het zomerspoor wordt in eerste instantie aangeduid door paaltjes van ca 1m met een rood dwarslatje.
Je bereikt de brug over de Tjallingan (GPS 82). Na de brug zijn er een paar sporen naar links, maar je moet rechtdoor. Wanneer je de rivier nadert, zie je een oud rechtstreeks spoor vanuit Tjallingen, dat zich bij het gemarkeerde pad voegt.
- Verder is het pad probleemloos te volgen. Soms splitst het pad zich wel eens, maar ze komen steeds weer samen. Het begin van het ongemarkeerde pad naar Sjtantja is goed zichtbaar.
Omwille van de vele sneeuw in de hoger gelegen delen, waren er op dit deel veel kleine groepjes rendieren met jongen te zien. Ze waren heel schichtig.
Vlak voor de Gasanhut is er een zeer drassig stukje. Er liggen planken klaar om hier te leggen, dus er is verbetering in zicht voor de nabije toekomst.
Aan de rusthut van Gasan (GPS 83) vind je een picknicktafel, droogtoilet en vuilbak. Je kan hier gemakkelijk een tentje zetten. In de hut kan je maximaal met 4 niet te brede personen slapen. Officieel mag het niet, maar in het voor- en naseizoen en bij slecht weer gebeurt het vaak.
Na Gasan ga je kort steil omhoog en dan traverseer je schuin de helling op. Het winterspoor loopt rechts van je om zo iets minder steil omhoog te gaan. Later komen beide sporen terug samen om vervolgens relatief dicht bij elkaar in de buurt te blijven.
Vlak voor de hut loopt het pad over een keienveld. Hier is het pad wat moeilijk te volgen.
De hutten zelf liggen in een kleine kom, waar heel veel sneeuw blijft liggen. Van het gebouw bij de wegwijzers is de rechter helft steeds open, zelfs als de hut niet bemand is. Er is gas en brandhout beschikbaar, maar je wordt wel verwacht om de normale vergoeding te betalen.
In de hut ontmoette ik een Zweed, die mij meedeelde dat het morgen even hard zou waaien en daarbij nog zou regenen. Ik zou dus moeten afwachten.
Na de hut kwam ik in een zone met veel restsneeuw. Gezien het weer en het beperkt aantal mensen hier in de bergen, waren er ook geen duidelijke sporen over de sneeuw. De sporen sneeuwen namelijk gewoon terug dicht. Een bijkomend nadeel is, dat men hier niet de gewoonte heeft om aan de overzijde van een sneeuwveld een groter verfteken aan te breng en alzo de oriëntatie te vergemakkelijken. En dus is het zoeken naar het juiste spoor. Bovendien volgt het winterspoor hier een totaal ander traject, waardoor je dat ook niet kan gebruiken als referentie.
De schuilhut zelf ligt aan het winterspoor en dus iets onder het zomerspoor. Je moet dus een beetje afdalen van het zomerspoor om de hut te bereiken.
De hut zelf is van het bekende type met slaapplaats voor 4 smalle personen een droogtoilet en vuilbak. Aan de toegangsdeur hangt een thermometer die op dat ogenblik 0°C aangeeft. Niet echt weer om een tentje neer te zetten en dus installeer ik mij in de hut. Bij goed weer is er hier wel mogelijkheid om een tentje neer te zetten.
Eenmaal de relatieve duisternis is ingevallen begint het gezien de temperatuur te hagelen i.p.v. te regenen. De temperatuur daalt gedurende de nacht tot -4°C. Gezien de wind van rond de 100 km/u, ligt de gevoelstemperatuur nog een stuk lager. Als je voor een plasje naar buiten moet, ben je zowat bevroren. Het enige wat ik hier kon doen was in mijn slaapzak liggen om warm te blijven. Tijdens de nacht was ik blij dat de hut met kabels verankerd was in de bodem, want soms stond ze gewoon te trillen van de wind.
De volgende dag was het juist meer van hetzelfde. Gedurende de dag kreeg ik bezoek van 2 jonge dames, die op weg waren naar de Valastugorna en dus met de wind in de rug liepen. Bovendien ligt de Valastugorna vlak aan de bomenlijn en dus weet je dat je naar betere weersomstandigheden gaat. Zij werden bovendien opgehaald in Valadalen, waardoor ze niet meer tegen de wind in moesten. Mijn probleem was dat ik terug naar mijn voertuig diende te geraken en dus zeker een stuk tegen de wind in moest. En dus zat er voor mij niets anders op dan de voorspelde weersverbetering af te wachten.
Achteraf hoorde ik van een Duits koppel dat vanuit de Valastugorna in de Harjangdalen omhoog liep, dat er problemen waren met het dwarsen van de zijrivieren omwille van ingestorte sneeuwbruggen.
Na de mijn tweede nacht in de schuilhut, ging de windsnelheid omlaag en verminderde de hoeveelheid neerslag. En dus zette ik aan met volledig regenpak, gletsjerbril en handschoenen aan tegen de wind in. Ik zag nog wat van de sporen van de jonge dames gisteren, wat de oriëntatie vereenvoudigde. Eenmaal aan de Gasenstugorna, stopte de neerslag in de vorm van hagel en kon ik probleemloos verder af dalen.
- Storulvan – Gasan: 4u
- Gasan – Gasen: 2u
- Gasen – Harjangsdalen: 1u30’
Terugkeer weinig verschil in tijd.
Dagwandeling richting Blahammarens Fjallstation:
Voor vandaag was er nog mooi weer voorspeld, maar morgen zou het weer regenen (of erger), en dus hield ik het bij een dagwandeling. Opnieuw verlaat je het fjallstation (GPS76) via de brug over de rivier Storulvan . Je gaat aan de splitsing (GPS 77) naar rechts en dan gaat het recht omhoog langs de elektriciteitsleiding tot je boven de bomenlijn komt. Daar vind je een paar picknicktafels (GPS 86) en wegwijzers. Hier ga je naar rechts. Vanaf hier stijgt het pad maar langzaam. Door het feit dat er hier nog wat bomen staan en de zijdelingse helling soms wat steil is, ligt er hier nog redelijk wat sneeuw, maar er wordt op dit deel voldoende gelopen, waardoor dit geen probleem is.
Bij GPS 87 komt de winterroute terug bij de zomerroute. Vanaf hier wordt het terrein meer open. Bij GPS 88 is er een splitsing van de winterroute richting Enkalen en Sylarna. Bij GPS 89 is er opnieuw een splitsing voor zowel zomer- als winterpad richting Ekalen en Sylarna. Bij GPS 90 vind je geen brug zoals vermeld op de stafkaart maar een wad met stapstenen in de vorm van betonbalken. Met mijn schoenen met een schachthoogte van 20 cm geraakte ik met droge voeten aan de overzijde, maar iemand met normale bergschoenen heeft hier in het begin van de zomer en bij slecht weer pech.
Aan de overzijde vind je de schuilhut Ulvatjarn (GPS 91), opnieuw een hut van het klassieke model met een viertal nauwe slaapplaatsen, een droogtoilet en vuilbak.
Bij punten GPS 92 en 93 vind je de splitsing met het pad naar Rundhogen en Snasahogarna.
Vanaf hier klim je constant naast een naamloze beek. Dankzij het feit dat dit een helling is die naar het zuiden georiënteerd is, ligt in dit deel minder sneeuw dan op de omliggende hellingen, maar eenmaal je hogerop geraakt, begin je er toch weer last van te krijgen. Er zijn hier geen cairnes of verftekens en de winterroute ligt vrij ver af, waardoor je aan het begin van een sneeuwveld telkens moet zoeken in welke richting het pad verder gaat.
Ik ben gestopt op het hoogste punt. Vanaf hier heb je geen hoogteverschil meer en heb je dus ook meer moeite om met een dergelijke hoeveelheid sneeuw nog het pad te vinden.
- Storulvan – Ulvatjarn: 1u30’
- Ulvatjarn – plateau: 1u
Driedaagse trekking rond Grovelsjon:
Gezien de weersomstandigheden nabij Storulvan besloot ik af te zakken naar Grovelsjon, gezien het weer daar bij mijn vorig verblijf in Scandinavië ook opvallend beter was. Ondanks het feit dat beide plaatsen slechts 120 km in vogelvlucht verwijderd zijn en de gemiddelde hoogte van de bergen gelijk is, kan het verschil in sneeuwlast niet groter zijn. Hier zijn de sneeuwvlekken echt schaars in vergelijking met de witte toppen van Storulvan – Sylarna.
Ondanks het feit dat volgens de STF-gids Grovelsjon pas opent op 21/6, was het reeds open op 19/6.
Bij aankomst was het weer nog heel onstabiel, maar in de inkom van het fjallstation hangt een weersvoorspelling voor een week met details voor 3 dagen. Ik ondervond dat het weerbericht behoorlijk betrouwbaar is.
Gezien ik niet helemaal hetzelfde parcours wou doen als de vorige keer, was het een beetje zoeken om toch iets te vinden, dat niet te veel onder de bomenlijn liep.
Dag 1: Grovelsjon – Valdalen – Grevlingsjoane:
GPS punt 96 is het wendpunt op het einde van de weg naar Grovelsjon. Hier gaat het naar links in de richting van de brug (GPS 97). Na de brug vind je een eerste splitsing bij GPS 98. Hier begint de klim. Bij GPS 99 en 100 verander je van pad. Bij GPS 101 dwars je de Noors Zweedse grens en dan wordt je weer overvallen door het verschil in filosofie over de manier waarop men omgaat met paden.
Vlak voor de grens vind je nog een lange strook planken over een drassig stuk en geen verf.
Voorbij de grens vind je gelukkig verf, maar geen spaander hout, behalve vlak bij de weg.
Bij GPS 102 vind je al een eerste beek, waar je opnieuw tekort zult schieten met normale bergschoenen. Bij GPS 103 vind je de tweede beek, minder diep dan de eerste.
Vervolgens gaat het relatief probleemloos tot GPS-punt 104, waar je een mooi overzicht hebt over de onderliggende vallei. Bij GPS-punt 105, vind je een beekje waar ze een paar boomstammen over gesmeten hebben. Daarna volgt een synthese van alles wat ik haat aan een pad onder de bomenlijn. Er is geen wind, het stikt hier van de muggen en je loopt hier op sommige plaatsen te badderen in de modderpap. Alles netjes aangeduid, daar geen klachten over, maar je wordt letterlijk door een veld met moerasgras gestuurd en ik ben wat blij dat ik hier niet met gewone bergschoenen door moet. Op het einde, vlak tegen een motorcrossterrein en de weg, vind je een brug (GPS 106) over een beek. En dan eindelijk: de weg…(GPS 107).
Bij GPS 107 vind je het pad naar Sylen en Ryvang.
Bij GPS 108 vind je de kleine parking, een vervallen hut en 2 picknicktafels en tevens het begin van het pad naar Svukuriset Fjellstation.
Bij punten GPS 111 en 113 dwars je een beek, zonder al te veel problemen. Bij punt 114 heb je zicht op het volgende plateau met het centrale meer Litlegrovelsjofloan.
Op de GPS punten 117 en 118 dwars je weer probleemloos beken. Bij punt GPS 120 vind je de afslag richting Grovelsjon. Op GPS punt121 heb je een goed zicht op de vallei van het Revlingsjoane. Bij GPS punt 122 dwars je opnieuw probleemloos een beek en dan daal je onder de bomenlijn bij GPS 123 waar je een eerste mogelijkheid tot kamperen vindt, weliswaar wat drassig en met relatief veel muggen, gezien er weinig wind is omwille van de bomen.
Bij GPS 124 vind je een moeilijkere doorwading in een zeer drassig gebied. Ook hier komen schoenen met een hoge schacht goed van pas. Bij GPS 125 vind je een goede kampeermogelijkheid, weliswaar met veel muggen gezien ze wat ingesloten ligt. De beste kampeerplaats bij matige wind vind je op GPS 126 links van het pad vlak voor de Carl von Liné hut. Hier is er meer wind van over het meer, waardoor de muggen minder lastig zijn. Een beetje voor deze plaats heb je een beek met en goede watertoevoer. GPS 127 is de plaats die ik gebruikte de vorige keer dat ik hier was. Ze ligt wat in de luwte van de bomen tussen de twee meren.
Verder zul je geen kampeerplaatsen meer vinden tenzij op de terreinen van het fjallstation tegen betaling.
- Grovelsjon – Noorse weg: 2u30’
- Noorse weg – parking: 20’
- Parking – pas GPS 114: 1u30’
- Pas GPS 114 – pas GPS 120: 1u30’
- Pas GPS 120 – kampeerplaats GPS 126: 2u
Dag 2: Revlingsjoane – Sylen – Havlingsstugorna
Bij GPS 128 vind je de splitsing naar Ryvang en Sylen.
Vanaf hier is het weer gedaan met de nette markeringen en zoek je het maar zelf uit. Het pad is niet echt moeilijk te volgen, maar toch dien je aandachtig te blijven. Eenmaal je de zone met bomen verlaten hebt, is het pad veel duidelijker.
Vanaf GPS punt 134, verbetert de markering, en dat is wel nodig ook want eenmaal je afdaalt van de hoogvlakte krijgt het pad een grillig verloop tussen bulten in het landschap. Het Ronsjoen zelf blijft lang verborgen. Je krijgt dit pas te zien bij GPS 136. Het meer dat je eerst in de verte ziet is het Noorse einde van het Grovelsjon.
Bij GPS punt 137 zette ik mijn tent recht aan de rand van het meer en dit voor een uiteindelijk korte regenbui, maar de wolken zagen er zeer dreigend uit.
Vanaf GPS 137 krijgt het pad ook weer een rechtlijniger verloop, tot het bij GPS 138 de oever van het meer verlaat, om richting Sylen uit te gaan.
Bij punt 139 klimt het pad naar een soort richel in de berghelling, waarin het pad verder verloopt, tot de afdaling aangevat wordt bij GPS punt 141.
Bij GPS 142 vind je opnieuw wegwijzers richting Havlingen en Grotan.
Opnieuw is het pad totaal ongemarkeerd. Bij punt GPS 143 vind je een brug over de rivier Roe. Net voorbij de rivier vind je kampeerplaatsen (GPS144) met relatief veel muggen gezien het hier ingesloten is door de bomen. Bij GPS 145 vind je een klein bordje dat in een boom hangt en de afslag naar Havlingen aangeeft. Het pad is beneden de bomenlijn niet gemarkeerd, maar toch voldoende duidelijk. Bij GPS 147 bereik je de bomenlijn. Bij GPS 148 vind je een niet gecairnd pad dat naar links afslaat en vermoedelijk richting Renvaktarstuga gaat. Je blijft het bredere gecairnde pad naar recht volgen tot je de grens bereikt herkenbaar aan de afsluiting voor rendieren. Een weinig verder vind je een beek bij GPS 149.
Vanaf hier is het pad gemarkeerd me al wat oudere maar zeer grote oranje verftekens.
Bij GPS 150 vind je een kampeerplaats bij een beek. Op het ogenblik dat ik hier passeerde stond er enorm veel wind en gezien ik mijn tent nog niet echt goed ken, heb ik ze weer afgebroken en ben ik verder gegaan tot Havlingen.
Bij GPS 151 vind je het Lappenpad naar Grovelsjon. GPS 152 is een brug met loopplanken over drassig gebied. GPS 153 is een pasje waar je zicht krijgt op Havlingen.
GPS 155 is opnieuw een brug gevolgd door loopplanken. GPS 156 is een eerste splitsing op het pad tussen Havlingen en Grovelsjon Hier volg je de richting “Fiske”. Iets verder vind je een tweede splitsing (GPS 157). Je vindt hier een kampeerplaats met veel muggen. Hier de richting Slagusjon volgen. Hierna volgt een pad met een onduidelijk verloop en merktekens die dringend eens bijgeschilderd moeten worden tot GPS 158. Hier geen aanduiding, maar naar rechts volgen. Je volgt hier een natuurlijke dam tussen 2 meren en komt uiteindelijk aan een brug. Je blijft het pad volgen via twee vakantieverblijven tot je aan de publieke halfopen schuilhut. Je vindt hier een picknicktafel, vuurhaard en houtvoorraad, maar geen droogtoilet of vuilbak. Er zijn hier een paar kleinere plekken om je tent recht te zetten. Er waait wat wind van over het meer, waardoor de muggen draaglijk zijn.
- Kampeerplaats GPS 126 – splitsing GPS 128: 20’
- Splitsing GPS 128 tot kampeerplaats meer GPS 137: 3u
- Kampeerplaats meer GPS 137 – splitsing GPS 142 Sylen: 1u30’
- Splitsing GPS 142 Sylen – grens: 1u
- Grens – schuilhut: 2u30’
Dag 3: Havlingen – Ovre Fosksjon – Grovelsjon:
De volgende morgen keer je terug langs dezelfde weg tot aan de tweede splitsing (GPS 157) en hier volg je de richting “Fiske” naar links. Bij GPS 160 vind je de afslag naar rechts richting “Storvatteshagna”. GPS 162 is een wad door het riviertje Sarsjob. Het is best om dit riviertje niet aan het pad te dwarsen, maar een beetje stroomopwaarts te gaan, waar de rivier gesplitst is en daar te dwarsen. Ook hier ben je beter af met een schoen met hoge schacht.
GPS 163 is de afslag naar het Sarsjon (niet op kaart)
GPS 164 is de afslag naar Storvatteshagna
GPS 165 is de afslag naar de schuilhut aan de Storan (rivier) (Lappenpad)
Ter hoogte van GPS 166 verandert het pad opvallend van richting.
GPS 167 is de afslag naar Hagnlagret.
GPS 168 is de brug over de uitloop van het Ovre Fosksjon. Hier vind je veel tentjes van vissers en bij goed weer zal je hier ook veel dagjesmensen zien die vanuit Grovelsjon de Storvatteshagna komen beklimmen. Vanaf de brug loopt het pad steil omhoog naar de top.
Voorbij de brug wordt het pad opvallend veel breder dan voorheen, wat wijst op het feit dat het hier druk belopen is.
GPS 169 is de pas.
GPS 170 is de kruising met het winterspoor door de Foskebackenvallei.
Vanaf GPS 171 heb je uitzicht over het Grovelsjon.
GPS 172 is de afslag naar Grovelsjon Fjallstation. Vanaf hier is het pad verhard met opgevoerd steengruis.
GPS 173 is opnieuw een afslag naar Grovelsjon Fjallstation.
GPS 174 is het begin van het pad op een kleine parking voor wandelaars en bewoners van vakantiehuisjes
Via GPS 175 laveer je tussen de vakantiehuisjes.
GPS 176 is het kruispunt tussen de afslag naar de Sjostuga en Grovelsjon Fjallstation en zo ben je terug bij af.
- Schuilhut – tweede splitsing (GPS 157): 30’
- Tweede splitsing (GPS 157) – afslag Storvatteshagna GPS160: 1u30’
- Afslag Storvatteshagna GPS160 – brug over de uitloop Ovre Fosksjon GPS 168: 1u15’
- brug over de uitloop Ovre Fosksjon GPS 168 – weg naar Grovelsjon Fjallstation: 1u30’
Dagwandelingen in Fulufjallet National Park:
Dag 1: Rond Njupeskar en een lus naar de Lorthanstuga (20km):
Je vertrekt rechts naast de Naturum (GPS 177), een soort permanente tentoonstelling over het park en zijn natuur. Hier vind je een gratis stafkaart van het park zelf. Deze kaart is meer dan voldoende voor dagwandelingen en trektochten in het park zelf.
Het eerste stukje van het pad is aangelegd voor rolstoelgebruikers. Wie met een kinderwagen tot aan de waterval wil is iets gemakkelijker af via de terugweg, die je vindt via GPS 195 en 194, waar je daar rechts aanhoudt in de richting zonder wegwijzer. Dit traject verloopt iets vlakker dan de aangeduide heenweg en je mist vooral een hele reeks trappen vlak voor de waterval.
Wie langs de normale weg loopt passeert bij GPS 178 een raststuga met uitzicht op de waterval. Hier is tevens de splitsing voor het pad dat de bovenzijde van de waterval volgt.
Om tot aan de voet van de waterval te geraken, dien je een hele reeks trappen af te dalen. Men heeft zelf op twee plaatsen een rustbankje voorzien, voor wie iets minder goed te been is.
Aan de onderkant van de trappen vind je een brug, over de afloop rivier van de waterval en dan gaat het verder over de rechteroever via een houten staketsel tot aan de voet van de waterval. Als je hier een moment van rust wil, kom dan zeker voor 10.00u.
Na een bezoek aan de waterval keerde ik terug langs dezelfde weg tot aan de raststuga en vatte daar de klim aan naar de bovenzijde van de waterval. Deze klim is tegenwoordig ook aangelegd met opgevoerd grind dat op zijn plaats gehouden wordt met houten trapbakken. Bij GPS 179 vind je opnieuw een picknicktafel met uitzicht op de waterval.
Eenmaal aan de voet van de rotsen, krijgt het pad weer zijn natuurlijke vorm.
Op het plateau moet je toch een beetje opletten op de verftekens . Ze beginnen wat vaag te worden. Je blijft heel dicht bij de rand van de kloof tot je bij GPS 180 wegwijzers vindt richting Lorthanstuga en Skarphan.
Bij GPS 182 en 190 vind je de volgende splitsing tussen Lorthanstuga (rechts) Skarphan (rechtdoor) en Rorsjostuga (links). Hier ben ik rechts gegaan richting Lorthanstuga.
Daar waar het pad aanvankelijk verliep over een gemengd terrein van aarde, rotsen en wat bomen, wordt het terrein algauw drassiger. Tot aan het meer is dit nog niet echt een probleem, maar dan volgt een deel langs het meer, waar het pad slalomt tussen rotsen en struiken en je goed moet opletten om de juiste weg te vinden. Vooral naar het einde van het meer toe en dan langs de rivier tot aan de Lorthanstuga, wordt het problematisch, in zoverre zelfs dat ik op de laatste dag van mijn verblijf in het park, toen ik nog net voor sluitingstijd van de Naturrum aldaar nog een parkwachter aantrof ik hem gevraagd heb of ik hem een paar bussen oranje verf kon schenken. Hij heeft nota genomen van mijn opmerkingen aangaande het desbetreffende stuk. Ik kan enkel maar hopen dat me er ook nog iets aan doet, zodat minde ervaren wandelars hier niet echt in de problemen geraken.
In principe is de oriëntatie niet moeilijk, gezien je enkel de oever van het meer en de rivier dient te volgen, maar zelfs als je erin slaagt om het pad te volgen, loop je een grote kans om er natte voeten aan over te houden, gezien men hier op een paar plaatsen vergeten is houten planken te voorzien over de drassige stukken. En zonder planken is het spurten en hopen dat je niet te diep in de modder zakt. Zonder pad verergeren die problemen alleen maar.
De Lorthanhut (GPS 185) is een rusthut en is in principe niet voorzien voor overnachtingen. Je vindt hier dan ook geen droogtoilet of vuilbak, enkel een vuurhard en water uit de beek.
Vanaf de hut loopt het pad in rechte lijn via loopplanken door een drassig gebied, tot er weer droger terrein bereikt wordt. Door zijn rechtlijnigheid en het feit dat het terrein minder grillig is, is het pad veel gemakkelijker te volgen.
Ter hoogte van GPS 186 verandert het pad van koers en dan gaat het opnieuw in bijna rechte lijn naar de splitsing van paden bij GPS 188.
Het tweede deel van Fjallet runt is fysiek nog vrij lastig, dus wie hier al wat me is, kan beter ofwel hier afslaan richting Harrsjostugan ofwel bij de volgende splitsing (GPS 190) afslaan richting Rorsjostugan. Vanaf GPS 189 kan je deze laatst hutten reeds zien liggen.
Omdat ik voorgenoemde hutten de volgende dag op mijn programma gezet had, ben ik teruggekeerd naar GPS 180, zijnde de splitsing boven de waterval en ben ik vandaar de Fjallet runt gevolgd.
Het pad geeft fantastische uitzichten op de waterval, maar vooral het laatste deel is tamelijk frustrerend, omdat het pad lang in de flank blijf op- en afgaan, alvorens de definitieve afdaling aangevat wordt bij GPS 193.
Bij GPS 191 vind je de brug over de toevoerrivier van de waterval. En bij GPS 192 vind je een afslag richting Rorsjostugan. Via GPS 194 en 195 bereik je opnieuw de Naturum.
- Naturum – Njupskar – GPS 180 & 191: 1u
- GPS 180 & 191 – Lorthanstuga: 1u20’
- Lorthanstuga – Naturum: 2u40’
Dag 2: Naturum – Rorsjostugan – Harrsjostugan – Bergdalsstugan – Sarnmanstugan – Rorsjostugan –Naturum (29,5km):
Het eerste deel Naturrum –Rorsjostugan – Harrsjostugan is gemakkelijk te volgen. Het pad levert op geen enkel ogenblik problemen. Ik heb over de eerste 8 km twee uur gedaan op mijn gemak. Hier liggen veel houten planken, vooral rond het Rorsjo (meer).
Het Rorsjo is een huttencomplex (GPS 198), waar in het seizoen een wachter is. Je vindt hier vooral vissers en niet zozeer wandelaars. Uiteindelijk ligt deze hut slechts op 3,5 km van de Naturum. De Harsjostugan (GPS 203) is een rusthut. Een rustiger variant is de terugkeer zoals beschreven in dag 1, maar gezien ik wat anders wou doen, ben ik verdergegaan richting Bergdalstugan. Het verschil van begin van het pad met wat voorafging kan niet groter zijn. Een lange strook drassig grasland, zonder enige houten plank. Dit is geen terrein voor toeristen. Het zomerpad loopt steeds rechts van het winterspoor. Op het einde van dit deel ligt het zomerpad zelfs ruim 200m van het zomerpad. Het juiste pad volgen vraag de nodige aandacht. De Bergdalstugan (GPS 210) heeft 3 officiële slaapplaatsen.
Het deel naar de Sarmansstugan slalomt eerst recht en dan afwisselend links en rechts van het winterspoor. Hier vind je grote cairnes die de richting van het zomerpad aangeven. De meeste tussenpunten zijn dan ook opgenomen aan de betrokken cairnes. De Sarmansstugan (GPS 218) is opnieuw een ruststuga zonder verdere voorzieningen.
Vanaf de Sarmansstugan kan je de Rorsjostugan zien liggen, wat de oriëntatie vergemakkelijkt.
Het pad is vrij duidelijk. Bij GPS 220 is er een afslag richting Brottbackstugan. Bij GPS 222 en 223 moet je goed opletten qua oriëntatie.
Vanaf het Rorsjostugan (GPS 198) keer je terug via de normale weg.
- Naturrum –Rorsjostugan – Harrsjostugan : (8km) 2u
- Harrsjostugan – Bergdalstugan: (6km) 1u10’
- Bergdalstugan – Sarmansstuga: (7km) 1u35’
- Sarmansstuga- Rorsjostugan: (5km) 1u10’
- Rorsjostugan – Naturum: (3,5km) 45’
Dag 3: Brottbackstugan – Sarnmansstugan – Tangsjostugan – Altarringen:
Voor deze tocht vertrek je niet van de grote parking aan de Naturum, maar van de kleinere parking aan de Brottbackstugan. Deze bereik je door vanaf de eerste parking terug te rijden richting beschaving en dan na 3 km rechts af te slaan. Via een grindweg bereik je dan na nog eens 3 km de genoemde parking.
Vlak bij de parking vind je de Brottbackstugan (GPS 224), vuilnisbakken en droogtoiletten. Aan de hut zelf vind je wegwijzers, waaronder die naar Altarringen. Neem echter de opgegeven afstanden met een korrel zout. Tangsjo zou 8,5 km zijn, Altarringen 9,5, maar aan de Tangsjo is de afstand naar Altarringen 2 km. Als je de afstand op de kaart bekijkt, klopt dit laatste. Reken voor de afstand van de Brottbackstugan naar Altarringen op 12 km.
Het eerste stukje van het pad is zoals gebruikelijk opgevoerd met grind. Aan het eerste kruispunt houdt het kunstmatige pad op. Naar rechts kan je naar de Rorsjostugan, naar links naar Klordalen. Rechtdoor begint het pad te klimmen. Tussen de bomen en over rotsblokken wordt het moeilijk om te volgen. Opnieuw tekens die een opfrisbeurt kunnen gebruiken. Bovendien loopt er op een bepaald ogenblik een beek over het pad, wat leidt tot onconventioneel hoppen van de ene droge plek naar de andere. Het geld dat men uitgaf om van het eerste stukje een autostrade te maken zou men beter uitgegeven hebben aan wat planken en een paar blikken verf.
Eenmaal het winter- en zomerpad zich opnieuw samenvoegen (GPS 227), wordt het terrein weer droger en op GPS punt 228 ben je boven en kan je de Sarmansstugan reeds zien staan.
De Sarmansstugan (GPS 218) is opnieuw een ruststuga zonder verdere voorzieningen.
Het eerste stukje van het pad richting Tangsjostugan is wat onduidelijk vanwege de rotsen., maar je moet maar het winterpad volgen en dan zie je verder het zomerpad wel. De oriëntatie is vrij probleemloos.
De Tangsjostugan (GPS 232) is een echte hut met 12 slaapplaatsen en 2 droogtoiletten. Het vertrek van het pad naar Altarringen is opnieuw wat onduidelijk. Daarna volgt er een drassig stuk.
De rest van het pad loopt van cairne naar cairne over een kale droge hoogvlakte. En uiteindelijk kom je dan aan de Altarringen, een bevreemdend monument in the middle of nowhere. Het beeld wordt wel een beetje ontsierd door een kist, waar waarschijnlijk een hedendaags religieus symbool in zit. Het wordt duidelijk nog gebruikt, vermoedelijk door Sami (Lappen). Terug langs dezelfde weg.
- Brottbackstugan – Sarmansstugan: 4 km 50’
- Sarmansstugan – Tangsjostugan: 6 km 1u 05’
- Tangsjostugan – Altarringen: 2 km 35’
Eindconclusie:
Het weer in het gebied Storlien – Ljungdalen is naar mijn ervaring behoorlijk onstabiel. Misschien is dat de reden waarom er hier meer fjallstations zijn dan elders. Misschien wil men het onstabiele weer compenseren met een grotere mate van comfort. Ik zou dit gebied afraden buiten het absolute hoogseizoen.
De regio Grövelsjon – Rogen heeft een stabieler weerbeeld. Nadeel is dat indien men een rondwandeling wil maken men verplicht is om door Noorwegen terug te keren. De paden in het grensgebied Noorwegen Zweden zijn langs de Noorse kant naar mijn mening notoir zwak aangeduid en naar Noorse traditie ontbreken er alle niet absoluut noodzakelijke hulpmiddelen, wat tot verassingen kan leiden als men de Zweedse paden gewend is.
Fulufjallet heeft een identiek weerbeeld als Grovelsjon. De toeristische drukte concentreert zich rond de waterval zelf en in dat gebied zijn de paden bijna op Amerikaanse wijze aangelegd. Hoe verder je van de waterval weggaat, hoe zwakker de aanduidingen. Vooral rond de Lorthanstuga krijg je ermee te maken. Zeer drassige stukken zonder planken vind je rond de Lorthanstuga en de Harrsjostugan richting Bergdalstugan.
Foto’s:
www.flickr.com/photos/40773113@N03/sets/72157622214469578/