Algemene info bij het reisverslag. Spanje (Camino Mozàrabe – Sanabres – Via de la Plata – Camino del Sureste)
Streek: Castilla y Leon, Galicia(Zamora, Orense, Pontevedra, La Coruna)
Traject: Benavente (Sureste) / Zamora (Via de la Plata) – Ourense – Santiago de Compostela (360/420km)
Periode: 03/04/25 – 20/04/25
Reisgezelschap:
In 2025, alleen vertrokken uit België vanuit Benavente. In Laza vervoegd door mijn vriendin voor de laatste 160 km)
Daar waar ik in 2013 vooral Italiaanse pelgrims tegenkwam, zijn deze heden vervangen door de Spanjaarden zelf, als alternatief voor de Camino Francès. Vooral tijdens de Semana Santa is het hier relatief druk, omdat het een soort bijkomende waarde heeft om op Pasen in Santiago aan te komen. Wie in Ourense vertrekt, zoals de meeste Spanjaarden en ook Portugezen, heeft net genoeg kilometers om in aanmerking te komen voor een Compostelanum. Ze zijn gemakkelijk te herkennen aan hun relatief kleine rugzakken en poncho’s bij regenweer. Ook de kwaliteit van hun schoeisel laat vaak te wensen over.
De Italianen bleken in het verleden een relatief elastische moraal te hebben. Zo bleek één Italiaanse pelgrim 3 Credentials bij te hebben. Hij betaalde ook telkens voor 3 overnachtingen en deelde mee dat zijn reisgezellen later zouden aankomen. Alleen zijn de 2 anderen (waaronder de dorpspastoor!) met het vliegtuig vanuit Italië rechtstreeks naar Santiago gevlogen om aldaar hun Compostelanum af te halen.
Ook de ander Italianen lieten zich niet onbetuigd in asociaal gedrag, door op langere trajecten de taxi te nemen en dan voor de wandelaars aan te komen. Vervolgens gaan ze dan uitgebreid, laat en zeer luidruchtig dineren. Naast hun fles olijfolie, look, olijven en andere typisch zuiderse ingrediënten sleepten ze zelfs een tafelkleed mee. Niet te verwonderen dat hun rugzak te zwaar was om te stappen. Je verwacht dit soort toestanden op de Camino Francés, maar dat ze ook al hun intrede doen op de andere camino’s is verontrustend.
Nota: Het trukje dat de Italianen toepasten door voor meerderen te betalen en alzo op meerdere pelgrimspassen stempels te verzamelen is Galicië alvast zeer moeilijk geworden in de herbergen van de Xunta, daar aldaar systematisch scans van het IK gemaakt worden en je ook andere gegevens zoals é-mail en adres kenbaar moet maken.
In 2013 was er nog een langharige Italiaan met een vermoedelijke longontsteking, die om onbegrijpelijke reden weigerde naar een Centro de Salud te gaan, maar zich liever behielp met hoestsiropen. Toen onze vriendelijk aanmaning om alsnog een arts te raadplegen niet bleken te werken, hebben we hem uiteindelijk volledig geboycot. Hij was ook niet meer in staat om te stappen en nam dus ook steeds de bus. Na twee dagen zijn we hem in Puebla de Sanabria gelukkig kwijt geraakt, mogelijks omdat er geen busverbinding was naar het eerste stadje dat reeds in Galicië lag.
Sindsdien begrijp ik beter hoe een man als Berlusconi in Italië president geworden is. Het moet in de genen zitten.
Transport:
Het is tegenwoordig goedkoper om met Ryanair naar Santiago (37€) of Madrid (zie website) te vliegen dan de bus van Flixbus te nemen vanuit België. Ik ben met de trein naar Fleurus gereden, en heb daar bus 2A genomen naar de luchthaven. Vanuit Leuven kom je toe op spoor 1 en dien je het spoor te dwarsen via de bovengronds verbinding, die ook voorzien is van liften voor wie teveel bagage bijheeft!) Aan de overzijde vind je een automaat, alwaar je met een betaalkaart een kaartje naar de luchthaven kan kopen voor 6€. Gezien de duur van de rit is dit veel geld! Alweer een vorm van misbruik!
Gezien je bij vroege of late vluchten met het openbaar vervoer niet steeds meer op tijd van of naar Charleroi geraakt, kan een motorfiets, taxi of eigen auto een oplossing zijn. Op de luchthaven van Charleroi is een goede stalling voor motorfietsen met beugels om je motorfiets vast te maken. De stalling is gelegen nabij de personeelsparking en de parking van de luchthavenpolitie, waardoor er toch een vorm van toezicht is. Bovendien is het gratis, in tegenstelling tot de parking voor personenauto’s.
De luchthaven van Charleroi is vaak onderbemand. Indien je niet in het weekend of een schoolvakantie reist, levert dat weinig problemen op. Wie dat wel doet, neemt beter een priority security-check en zorgt dat hij/zij de Ryanair app op zijn smartphone geïnstalleerd heeft indien je met ingecheckte bagage reist. Met deze app kan je via een self-check-in je bagage inchecken, waardoor je alweer wachttijd bespaart!
Wie met Ryanair vliegt, moet zorgen dat hij/zij goed op de hoogte is van alle regeltjes!
De belangrijkste regel is dat je enkel een koffer in de passagiersruimte kan meenemen als Priority klant (Ryanair). Deze koffer mag maximaal 55H x 40B x 20D zijn. Tegen de dikte wordt vrij zwaar gezondigd, en daar wordt niet al te hard op toegezien, vooral als het koffers zijn met variabele dikte. Vooral voor de non-priority (andere rij) klanten wordt streng toegezien dat de afmetingen van jouw tas niet groter zijn dan 20H x 40B x 25D. Bij afwijkingen dien je aan de gate 70€ supplement te betalen, en dat is vaak meer dan de prijs van jouw ticket.
Regel 2: Koop nooit jouw ticket op de eerste pagina!
Zeker als je met ingecheckte bagage reist, kan je op die eerste pagina enkel voor een koffer van 20kg kiezen en die is veel duurder dan die van 10kg, wat het maximun gewicht is voor een wandelaar. Begin dus altijd met de mogelijkheid op de eerste pagina dat je zonder bagage reist en voeg daarna op de verdere pagina’s toe, zoals de koffer van 10kg. Kies ook voor een zetelreservatie als je met meerderen bent en tijdens de vlucht niet over het volledige vliegtuig verspreid wilt zitten!
In de luchthaven van Charleroi zijn de toiletten bij vertrek na de security gratis. Bij terugkeer is dat niet het geval.
Zowel in Zaventem als in Santiago, kan je na de security, jouw lege plastic fles terug opvullen met kraantjeswater. In Charleroi zag ik in elk geval geen drinkfonteinen waar dat mogelijk is. Enkel aan de lavabo’s in de toiletten is dit mogelijk, en de vraag is of je dat wenst. Ook hier speelt het aspect low cost. Het water uit de automaten is er na de securityook veel duurder dan bv. in Santiago.
In Madrid landt Ryanair op luchthaven T1. Vervolgens moet je te voet of met behulp van veel horizontale transportbanden naar het deel T2. De metro vanuit de luchthaven (T2) kost 3€ extra bovenop een normale rit. Indien je meer dan 5 haltes ver moet op het stadsnetwerk kost dat dus 5€. Tickets zijn te koop aan een automaat, betaalbaar met biljetten, munten of Mastercard (geen Visa). Ik nam de bus vanuit het Estation Sur aan de halte Mendez. Vanuit het metrostation volg je de pijltjes “Estation de autobuses” Aan het loket Van Avanzabus kocht ik in 2013 een ticket naar Zamora.
Vanaf de luchthaven in Madrid was er in 2025 ook een bus van Alsa naar Santiago de Compostela. Deze stopt ook op meerdere plaatsen op de Camino Francès zoals: Astorga Ponferrada & Villafranca Del Bierzo.
In 2025 was het handiger en goedkoper om rechtstreeks op Compostela te vliegen met Ryanair. Vervolgens nam ik de reeds genoemde bus van Alsa naar Madrid tot Benavente, alwaar ik mijn tocht op de Camino del Sureste na 5 jaar hernam.
Voor de terugreis kocht ik eveneens bij Ryanair een vlucht terug naar Charleroi.
Betalingswijzen:
- Cash
- Bancontact (opgelet: cash afhalen uit de biljettenautomaat, kan in in Spanje 1,80 à 2,00€ kosten. In 2025 haalde ik geld af zonder kosten bij Abanca. En daar zijn er relatief veel automaten van!).
Reisliteratuur:
- Lonely Planet Spain.
- Via de la Plata, Cordula Rabe, (2023 – vierde druk in het Nederlands). De gids is beduidend beter dan die van Conrad Stein, die minder goed kaartmateriaal bevat en bovendien niet in het Nederlands bestaat.
Nota: wie graag met GPS werkt, kan in het boven vermelde gidsje het paswoord vinden waarmee je de tracklog kan downloaden van op de site van Rother. Enkel de delen die niet door Rother gelogd werden kunnen bij mij bekomen worden.
Internet adressen:
https://www.alberguescaminosantiago.com/ (info over herbergen en overnachtingsmogelijkheden)
www.gronze.com/via-plata (info over herbergen en overnachtingsmogelijkheden)
https://compostelagenootschap.be (o.a. tracklogs)
https://rayyrosa.com (tracklogs)
www.alsa.com (Spaanse busmaatschappij die voor Flixbus werkt)
Persoonlijke gegevens:
mountainman@scarlet.be
Reisverslag: Camino Mozàrabe – Sanabres – Via de la Plata – Camino del Sureste.
1) Inleiding.
Fundamenteel zijn er twee manieren om vanuit Benavente of Zamora Santiago de Compostela te bereiken:
- Via de Camino Mozàrabe – Sanabres, die over Ourense naar Santiago gaat.
- Via de Via de la Plata tot Astorga en dan via de Camino Francés naar Santiago. Gezien op dit ogenblik de Camino Francés enkel nog in december en januari rustig te belopen is, raad ik eerder de eerste variant aan. Deze is wel fysiek lastiger dan de Camino Francés. Op dit ogenblik wordt het traject ook nog ontsierd door de betonconstructies van de AVE (=TGV tussen Madrid en La Coruna). In 2025 is dit een operationele hogesnelheidslijn.
Dit verslag is het vervolg op mijn verlag Via de la Plata van 2012 en de Camino del Sureste van 2020.
De planning inzake dagetappes werd voor deze Camino gemaakt op een zeer voorzichtige manier, gezien er nog veel onzekerheid was inzake de reactie van mijn lichaam op de gevolgen van een “licht” motorongeval in 2022. Gelukkig is er recent een behandeling voor mij gevonden die langdurig effect lijkt te hebben. In de week voor mijn vertrek kreeg ik dan ook nog last van nierstenen, wat ook niet geruststellend was.
Voor het deel vanaf Laza werden de etappes nog korter gemaakt om mijn vriendin te laten inlopen. De onbeschikbaarheid van de Albergue in Castro Dozon was door mij ook niet ingecalculeerd, waardoor er ook na Ourense behoorlijk diende bijgestuurd te worden inzake de etappes. Omwille van de Goede Week en Pasen, konden we ook geen kamer meer vinden voor een exta nacht in Santiago de Compostela, waardoor sommige etappes te lang en andere extreem kort waren. Het toch wel extreme regenweer was ook niet ideaal voor een eerste pelgrimservaring.
Zoals hoger vermeld maakte ik gebruik van de Rother gids Via de La Plata van Cordula Rabe met GPS tracklog.
2) Verschillen tussen de Camino Francés de Via de la Plata, Camino Mozàrabe en de Camino del Norte.
Statistieken inzake het aantal pelgrims op de verschillende Camino’s:
Bovenstaande foto komt uit een plaatselijke krant in Galicië en geeft de cijfers weer van het aantal pelgrims dat zich op het Pelgrimsbureau aanbiedt en dit per Camino.
De cijfers inzake de Camino Francès spreken voor zich… Alleen moet je daarbij verstaan dat niet iedereen vertrekt in Saint-Jean-Pied-de-Port. De grootste aantallen vertrekken vanaf Saria of nog dichter tegen Compostela. En dus is vooral het laatste stuk van de Francès te mijden.
Vooral de cijfers van de Portugués en de Costa hebben mij verbaasd. In praktijk hebben die alweer betrekking op de Camino vanaf Porto.
Wie rust zoekt, weet dus wat gedaan….
Kenmerken Camino Francès.
- Afstand Saint-Jean-Pied-de-Port tot Santiago: 750 km
- Afstand tussen de albergues: 10 à 20 km.
- Kostprijs van de reis: zeer goedkope overnachtingen in de albergues: 10 EUR (2025) of gratis (doos voor giften).
- Opvang van de pelgrims: zeer goed
- Drukte: enkel nog rustig in december en januari..
- Markering van het pad: zowel metalen borden, stenen kilometerpalen, als gele pijlen.
- Terrein: iets zwaarder dan de Via de la Plata tot Astorga. In praktijk wel de gemakkelijkste Camino vanwege de vele voorzieningen. De drukte moet je dan maar voor lief nemen.
Kenmerken Via de la Plata.
- Afstand van Sevilla tot Santiago: 1000 km. (tot Astorga 750 km)
- Afstand tussen dorpen met overnachtingsmogelijkheid: tot 38 km (tenzij men bereid is om meerdere kilometers van de route af te wijken).
- Kostprijs van de reis: iets duurder dan de Camino Francés, gezien er niet overal niet-commerciële albergues beschikbaar zijn en men dus occasioneel gebruik moet maken van ‘normale’ hotelaccommodatie of private albergues.
- Opvang van de pelgrims: beter dan vroeger, maar niet zoals op de Camino Francés.
- Drukte: drukker dan vroeger, maar in vergelijking met de Camino Francés, nog steeds rustig.
- Markering van het pad: veel verbeterd dan vroeger. Weinig feitelijke problemen. Enkel in de kleine stadjes durven de pijlen ontbreken. De GPS tracklog biedt dan uitsluitsel.
- Terrein: iets makkelijker dan de Camino Francès, maar in werkelijkheid moeilijker door het grotere gewicht dat je moet meedragen. Op sommige trajecten moet je water voor het hele dagtraject meedragen. Bij een temperatuur tot 35° drink je wel wat af. (in 2013 was het veel te koud en diende ik dus weinig water mee te sleuren :-)).
Kenmerken Camino del Norte.
- Afstand van Irun tot Santiago: ruim 850 km.
- Afstand tussen dorpen met “gratis” overnachtingsmogelijkheid: tot 37 km. Vooral wie in het laagseizoen loopt, zal merken dat veel herbergen niet open zijn.
- Kostprijs van de reis: iets duurder dan de Camino Francès. Occasioneel dient men gebruikt te maken van private albergues, ‘normale’ hotelaccommodatie of jeugdherbergen.
- Opvang van de pelgrims: beter dan vroeger, maar niet zoals op de Camino Francès.
- Drukte: drukker dan vroeger, maar in vergelijking met de Camino Francès, nog steeds rustig.
- Markering van het pad: wisselend per provincie. Weinig feitelijke problemen. Enkel in de kleine stadjes durven de pijlen ontbreken. De GPS tracklog biedt dan uitsluitsel.
- Terrein: de zwaarste tocht van alle vier, vooral door de modder en het sterk golvend reliëf. Vooral het deel tussen Irun en Bilbao is zeer lastig omwille van het genoemde sterk golvende terrein.
Kenmerken Camino Mozàrabe.
- Afstand van Zamora tot Santiago: ruim 420 km.
- Afstand tussen dorpen met “gratis” overnachtingsmogelijkheid: tot 20 km.
- Kostprijs van de reis: goedkoop indien je enkel gebruik maakt van de albergues, waarvan enkele nog primitief zijn, en andere bijna kleine jeugdherbergen zijn.
- Opvang van de pelgrims: beter dan vroeger, maar niet zoals op de Camino Francès
- Drukte: drukker dan vroeger, maar in vergelijking met de Camino Francès, nog steeds rustig.
- Markering van het pad: goed. Weinig feitelijke problemen. Enkel in de kleine stadjes durven de pijlen ontbreken. De GPS tracklog biedt dan uitsluitsel.
- Terrein: de zwaarste tocht na de Camino del Norte, vooral het sterk golvend reliëf. Minder modder dan op de Camino del Norte.
3) Vocabularium van de pelgrim:
- Menu del dia: in het noordelijke deel van Spanje bij voorkeur ’s middags (tot 15.30u) te gebruiken. ’s Avonds niet te verkrijgen of minder keuze.
- Pan: veel kleine dorpen hebben geen bakker meer. Er passeert dagelijks een bakker met zijn bestelwagen in het dorp en toetert dan de klanten tot bij zijn voertuig. Nadeel voor een pelgrim is dat je meestal niet in het juiste dorp op de juiste tijd bent. Alternatief: pan tostada, duur en breekbaar, maar vrij vlot verkrijgbaar, zelfs in de meeste kleine winkeltjes.
- Tienda: in de kleine dorpen zijn de zelfstandige winkels soms zeer moeilijk herkenbaar als dusdanig. Vaak is er op de buitengevel geen enkele reclame en moet je het maar vragen in het dorp. Soms hangt er een bordje ‘Tabacos’ als ze ook sigaretten verkopen. Soms bevindt een winkeltje zich zelfs in een bar en worden de beide activiteiten gecombineerd. Zowel bars als tienda’s hebben het moeilijk om te overleven in de ontvolkende dorpen. De aanwezigheid van een snelweg in de buurt vermindert ook het leven op de oude Nationale weg, waardoor hostals en restaurants het ook moeilijk hebben sinds de voltooiing van de werken aan de AVE. En het aantal pelgrims is onvoldoende om dat te compenseren! Maak een planning qua bevoorrading in het weekend, en speel op veilig! In plaatsen vanaf 1500 inwoners ben je redelijk zeker van een bar, waar je kan eten en een winkel die op zaterdag open is tot 14u! Als je eenmaal in Galicië een maaltijd koopt om op te warmen in de herberg, let er dan op dat alles in een bakje zit dat je bijkomende handelingen in een microgolf kan opwarmen, want de kans op keukengerei in de herbergen in Galicië is laag! Breng ook je eigen beker en bestek mee! Oploskoffie of thee is ook handig!
- Perro: hond. In dit gedeelte van Spanje betreft het gewoonlijk kettinghonden, die als een soort goedkope alarminstallatie gehouden worden. Gezien de route weinig belopen is, zijn ze ook weinig mensen gewoon. Na een maand beginnen ze je wel aardig op je zenuwen te werken. Voor de loslopende exemplaren gebruik je je stok, die je als goed pelgrim steeds bij hebt.
- Albergue: In grote lijnen zijn er op dit deel twee soorten albergues: de zeer primitieve en diegene die het comfort van een jeugdherberg evenaren. De eerste hebben soms een stapelbedden, een toilet en douche met warm water. De tweede hebben bedden, soms met dekens en/of verwarming, een kookvuur, soms met kookgerei, meestal een tafel met stoelen, een douche met warm water. In Galicië zijn bijna alle albergues goed. De kans bestaat dat je er volledig alleen bent.
- Soy peregrino: ik ben een pelgrim. Meestal overbodig, maar toch handig om af te dingen op de prijs van een kamer of te voorkomen, dat men je de deur wijst vanwege je uiterlijk.
- Vino tinto y agua gaseosa: rode wijn en Sprite. In het zuiden van Spanje bekend als: Tinto de verano: de helft rode wijn en de helft Sprite. Verkrijgbaar bij de Menu del dia
- Grande botella de agua y un poco de sal: een grote fles water en een beetje zout. Ideaal om het verloren vocht weer aan te vullen.
- Clara: de helft bier en de helft Sprite.
Gebruikte afkortingen.
- ‘S’: Sint-Jacobsschelp op steen, bord of wegwijzer
- GP: gele pijl
- CM: Camino Mozàrabe (Puebla de Sanabria – Santiago)
- AVE: TGV tussen Madrid en A Coruna of Lisboa en Madrid
4) Uitrusting:
Kledij op het lichaam:
- stel lage wandelschoenen type A met Gore-tex tegen de regen en het natte gras, en dit vooral voor de langere stukken met veel asfalt (The North Face Hedgehog). Veel vooral oudere pelgrims maken de fout om deze tocht aan te vatten met hun vertrouwde bergschoenen, meestal van het type B in vol leder. Dit type schoenen is veel te zwaar voor deze tocht, gezien het aantal echt alpiene passages zeer beperkt is, maar het onderdeel verharde en grind wegen overheersen. De dempingfactor van de zool is dus doorslaggevend en bij oudere modellen van het type B is die zo goed als onbestaand, met alle gevolgen vandien bij het lopen op harde ondergrond. De Belgisch Compostela Genootschap verklaart op hun website nog steeds dat het onmogelijk is om de tocht op lage schoenen af te werken. Dit heeft vooral te maken met de gemiddelde leeftijd van hun leden! Hoge schoenen hebben enkel voordeel bij zware regen en veel modder of voor personen met zeer zwakke enkels. Het probleem met zwakke enkels kan je compenseren door het gebruik van stokken. Carbon exemplaren wegen tegenwoordig 200gr per stuk. Ik gebruik ze enkel wanneer ik langere dagtrajecten loop, om de vermoeidheid wat te compenseren, en op meer alpiene trajecten. Mijn reserveschoenen waren in 2025 van het merk Hoka, zonder Gore-Tex. Zodra mijn voorraad van The North Face op is, overweeg ik een Hoka model met Gore-Tex en leder, vanwege hun hoog dempingscomfort.
- stel sokken: bij voorkeur 2 van goede kwaliteit (lusjesweefsel langs de binnenzijde en in materialen gaande van wol tot Coolmax)
- bermuda (mijn persoonlijke voorkeur).
- synthetisch ondergoed: slip (mijn voorkeur gaat naar de microvezel van Nur Die) en T-shirt met lange of korte mouwen ( te koop: in Decathlon of de klassieke buitensportzaken)
- lichte fleece
- zonnehoedje
Kledij in de rugzak:
- Gore-tex jas met kap of regenhoed (Outdoor Research). (Gore-tex geniet nog steeds de voorkeur, maar wie afgeschrikt wordt door de hoge aanschafprijs kan voor redelijke alternatieven terecht bij Decathlon)
- een zonnebril met hoge filteringgraad, zonnecrème (beschermingsfactor 20 of hoger) en eventueel lippenzalf met beschermingsfactor)
- reserve synthetisch T-shirt en slip
- stel reserve sokken
- lange broek en fleece voor in de albergue
Andere uitrusting:
- telescopische wandelstokken (ontlasten de knieën bij het dalen) Koop bij voorkeur stokken van de merken Leki of Decathlon als goedkoper alternatief. Nog goedkoper vind je bij Naturehike via AliExpress. Besteed aandacht aan het materiaal van de handgrepen (geen hard plastic) en mijd vooral stokken met een gesp in de polslus. Bij langdurig gebruik gaat die gesp irriteren.
- rugzak van 45+10l.van Lowe Alpine, die lichter is dan mijn vroegere Decathlon en toch niet zoveel duurder. Steek alles in je rugzak in plastic zakken afgesloten met metaal-clip (een regenhoes helpt namelijk niet als je in een beek valt). Kleine spullen gaan allemaal in diepvrieszakjes of zakken met zipsluiting van Ikea!
- schoenen: bergschoenen van het type A/ B (Löwa Renegade GTX) bij voorkeur van een gekend merk en liefst in combinatie met een onderlaag in Gore-tex. (voor als het heel erg hard regent of je het ongeluk hebt om door de sneeuw te moet ploeteren. Bij elke voettocht zijn je voeten je kostbaarste bezit. Draag er dus zorg voor!!!!) Tegenwoordig neig ik meer naar de reeds genoemde lage schoenen type A in leder en een lichter droger exemplaar voor ’s avonds en in de albergue, maar alles weegt uiteraard. De schoenen van Hoka hebben de beste demping!
- een lichte slaapzak (er is niet overal verwarming)
- 1 handdoek van 50 x 30 cm, bij voorkeur in microvezel (droogt sneller en geeft minder geur af, wanneer hij niet goed gedroogd kan worden.)
- 1 washandje met een klein busje douchezeep en shampoo, een reistandenborstel met kleine tube tandpasta (een bijna lege tube sparen voor op reis kan ook), een stick scheerzeep en wegwerpmesjes of reisscheerapparaat op batterijen.
- een paar pakjes papieren zakdoekjes, doet dubbel dienst als toiletpapier
- bij voorkeur een Camelbak met slang met een gezamenlijke inhoud van 2 à 3 liter (reken zeker in de zomer niet te veel op water onderweg. Of de nieuwe modellen met rits even betrouwbaar zijn blijft af te wachten.)
- Opinel of Zwitsers zakmes en een Spork en en microgolf bestendige plastic beker. Hou er rekening mee dat zeker in Galicië in de herbergen enkel een microgolfoven staat zonder enige vorm van gerei!
- plastic doos om glazen confituurpot in uit te gieten (weegt minder dan glas en breekt niet.)
- micro zak- of hoofdlamp om het toilet te vinden in het donker
- persoonlijke apotheek: rekverband, steriele doekjes, ontsmettingsmiddel, wondpleisters, schaartje, sporttape, Compeed, Ibuprofen, Dafalgan, Rinomar (tegen neusloop) Imodium (generisch: Loperadomine tegen diaree)
- reserve plasticzakken
- naald en draad
- tube handwaszeep (1 voor 2 personen)
- GSM (dekking niet overal verzekerd)
- oriëntatiemiddelen: wandelgids en/of GPS.
Bagagetransport:
De meest voor de hand liggende bagagetransporteur is gewoon de Spaanse Post: Correos. Dit kost 10€ per traject. De rugzak moet afgeleverd worden voor 8 uur en wordt bezorgd voor 14.30u. Boekingen dienen gemaakt te worden voor 21.00 u de avond voordien, telefonisch via +34 683 44 00 22 , per mail via paqmochila@correos.com of via de site https://www.elcaminoconcorreos.com/en/rucksack-transfer.
Alle verdere info via https://www.elcaminoconcorreos.com/en/rucksack-transfer
In herbergen van de Xunta worden op deze wijze aangebrachte rugzakken geweigerd.
5) Punaises de lit:
Omdat er tijdens deze reis veel ophef was in de overnachtingspunten, meerbepaald de gemeentelijke gîtes, omtrent dit onderwerp vind je hieronder wat meer uitleg:
http://nl.wikihow.com/Bedwantsen-bestrijden
Over het uiterlijk van bedwantsen, hun nimfen en eitjes:
De volwassen bedwants heeft een sterk afgeplat, ovaalvormig lichaam en is roodbruin van kleur. Zoals bij insecten gebruikelijk heeft een bedwants drie paar poten en twee duidelijke antennen (voelsprieten). De voorvleugels zijn gereduceerd tot korte vleugelstompjes; achtervleugels ontbreken. De vrouwelijke bedwants is ca. 6 mm lang en 4 mm breed, de mannetjes zijn gemiddeld iets kleiner.
De monddelen vormen tezamen een kleine, gedrongen stilettenbundel, die zich in rust onder de kop bevindt. Na een bloedmaaltijd is de bedwants donkerrood en heeft een gezwollen achterlijf. De nimfen (larven) lijken op de volwassen exemplaren, maar zijn kleiner (1-5 mm). De eitjes zijn wit tot geelwit en langwerpig (ca. 1 mm lang) van vorm.
Bedwantsen houden vooral van rust:
Bedwantsen worden aangetroffen in ruimten waar regelmatig wordt geslapen, waarbij ze zich voornamelijk in naden en kieren bevinden in de directe omgeving van de slapende gastheer. Het is niet duidelijk op welke wijze bedwantsen er in slagen een “bloedgever” te vinden. Op zeer korte afstand schijnt de warmte-uitstraling door de mens een belangrijke prikkel te zijn voor het vinden van de gastheer. Alvorens de bloedmaaltijd te beginnen, boort de stilettenbundel zich door de huid en “zagen” de buitenste stiletten zich dieper in de wond. Het binnenste stilettenpaar vormt een buis, waarin zich twee kanalen bevinden; door het ene kanaal wordt bloed opgepompt en door het andere kanaal wordt speeksel in de wond gebracht. Gewoonlijk duurt zo’n actie ca. 5-10 minuten om een volledige maaltijd naar binnen te krijgen, daarna keren deze insecten terug naar hun schuilplaatsen. Verreweg het grootste deel van het leven van een bedwants wordt in rust doorgebracht. Ze vermijden het licht en kunnen bij verstoring een karakteristieke zoete geur verspreiden, afkomstig uit klieren aan de onderkant van de thorax.
Hoelang leven bedwantsen?
Een vrouwelijke bedwants kan in haar leven gemiddeld 100-200 eitjes afzetten; ca. 2-12 per dag. Onder zeer gunstige omstandigheden (overvloedige voeding en een temperatuur van 25° C) kunnen meer dan 500 eitjes worden geproduceerd. De levensduur van de volwassen bedwants is zeer variabel en wordt beïnvloed door temperatuur en voedselaanbod. Onder in woningen voorkomende omstandigheden (18-20° C) leeft een bedwants gemiddeld ¾-1½ jaar. Beneden 13° C staat de ontwikkeling vrijwel stil en blijft een volwassen bedwants ca. 1 jaar in leven zonder voedsel tot zich te nemen. Bij temperaturen boven 34° C zullen alle stadia langzaam in aantal afnemen; een temperatuur van 45° C of hoger gedurende 1 uur is dodelijk voor alle stadia (ei, nimf, volwassen).
Ook onder zeer goede hygiënische omstandigheden kunnen er bedwantsen zijn:
Bedwantsen voeden zich uitsluitend met bloed, niet alleen van de mens, maar ook van andere zoogdieren en vogels. Hoewel er op dit gebied veel onderzoek verricht is, kan in West-Europa de bedwants niet beschouwd worden als een overbrenger van ziektekiemen. De door de wandluis veroorzaakte hinder bestaat vooral uit enige huidirritatie.
Hoe komt u aan bedwantsen?
Bedwantsen zullen in zeer vele gevallen „passief’ worden verspreid, d.w.z. dat ze versleept worden met goederen en materiaal afkomstig uit ruimten, waarin zich bedwantsen bevinden.
Bedwantsen kunnen opduiken in elke slaapkamer. In hotels (zowel gewone tot 5-sterrenhotels) in de grote Europese en Amerikaanse steden worden bedwantsen meer en meer een plaag. Ook in openbaar vervoer en bioscopen.
In hotels kunnen ze van de ene kamer naar de andere verhuizen, zelfs van de ene verdieping naar de andere. Ze kunnen ook worden meegenomen in bagage (in koffers, in naden van kleren, linnengoed…).
Als u tijdens een verblijf in een hotel tekenen van bedwantsen ontdekt, en zeker als u gebeten wordt of bloeddruppeltjes op de lakens ziet, wees dan zeer voorzichtig bij het naar huis nemen van uw persoonlijke bezittingen. Het kan nodig zijn om uw kleding te wassen of een andere behandeling te geven die ervoor zorgt dat u ze bedwantsvrij mee naar huis kunt nemen. Hetzelfde geldt voor meubilair dat verplaatst wordt.
Hoe voorkomen?
Bedwantsen of hun eitjes komen terecht in kleding of koffers en worden zo mee naar huis genomen. Als u tijdens een verblijf in een hotel tekenen van bedwantsen ontdekt, en zeker als u gebeten wordt of bloeddruppeltjes op de lakens ziet, wees dan zeer voorzichtig bij het naar huis nemen van uw persoonlijke bezittingen.
• Controleer bij het betrekken van een hotelkamer de bedden: kijk vooral onder het matras. Als u uitwerpselen in de vorm van bruinzwarte puntjes op lakens, plinten of rondom schilderijen en stopcontacten aantreft, dan kunt u last hebben van bedwantsen. Ook kunt u in de buurt van hun schuilplaatsen donkere huidschilfertjes aantreffen.
• Zet de koffer neer op speciale bankjes die hiervoor bedoeld zijn en niet op de grond: zo voorkomt u dat u eventueel aanwezige bedwantsen als souvenir mee naar huis neemt.
- Reis met het vliegtuig (met ingecheckte bagage). Slecht voor het milieu, maar je materiaal wordt diepgevroren bij ca.-40°C. Alles wat in de passagiersruimte zat, wassen bij 60°C of minstens 4u bij -18°C in de diepvriezer.
Bedwantsen verstoppen zich:
Indien mensen klagen over huidirritaties, veroorzaakt door insecten en voornamelijk gelokaliseerd op schouders, bovenarmen en nek, dan kunnen bedwantsen de boosdoeners zijn. Het is dan zaak een aantal van deze diertjes te verzamelen en ter determinatie aan een deskundige aan te bieden, dan wel een deskundige te vragen ter plaatse een onderzoek te komen instellen op eventuele aanwezige bedwantsen of “sporen” van deze insecten. Bedwantsen kan men in velerlei schuilplaatsen aantreffen, bijv. in bedden en ledikanten (inclusief de eventuele ombouw), waarbij dan vooral gericht gezocht dient te worden in de holle delen, zomen en noppen van matrassen en beddengoed, enz. Ook in naden en kieren van nachtkastjes, wandcontactdozen en schakelaars, achter schilderijen, loszittend behang en plinten kan men exemplaren aantreffen. Om verscholen bedwantsen zichtbaar te maken kan men met behulp van een spuitbus op basis van pyrethrinen de insecten activeren en uitdrijven. Tevens dient men attent te zijn op dode exemplaren, vervellingshuidjes, eitjes en eischalen, evenals op uitwerpselen. Deze uitwerpselen zijn kleine bruinzwarte hoopjes verteerd bloed ter grootte van een speldenknop en worden vooral in de omgeving van de schuilplaatsen aangetroffen; ze zijn vaak een belangrijk herkenningsteken voor de aanwezigheid van wandluizen.
6) Heenreis.
Zie hoger
Aankomst in Zamora (2012):
Zoals gebruikelijk kom je aan in het Estation de Autobuses. Verlaat het complex via de inrit van de bussen en ga naar links door de Avenida de Alfons Pena, Avenida Tres Cruces en de Calle de San Torcuato tot aan de Plaza Mayor. Je dwarst deze en je loopt de Ramos Carrion in. Aan de Plaza Claudio Moyano ga je naar links, voorbij de bibliotheek en voorlangs het gerestaureerde kerkje. Je daalt het straatje af en treft links de albergue van Zamora. Ikzelf had mijn Credential van vorig jaar bij. Mogelijks kan je er hier ook één bekomen.
Albergue Zamora (*** – 32B – 13.30u-22.00u): Douche, WC, Keuken, zithoek, frigo, microgolf
De Albergue is open van 14 tot 22 uur.
De hospitaleros zijn vrijwilligers. Elkeen houd er een beetje zijn eigen organisatie op na. Nu lagen we met veel op een kamer, terwijl er echt wel plaats zat is in deze albergue. In de onderste verdieping is er een zithoek en keuken met gerei. Er is verwarming om kledij te drogen. Ontbijt wordt aangeboden door de vrijwilligers van de albergue. Bus voor donativo.
7) Dag 18: Zamora – Riego del Camino (6u30 – 7u30) (36km) (2012).
Roales del Pan.
Vanaf de Plaza Mayor vertrek je met de rug naar het politiecommissariaat door het straatje recht tegenover je, links van het gemeentehuis. Op het einde ga je links, aan het pleintje rechts, vervolgens door de stadspoort en rechts naar beneden. Aan de verkeerslichten volg je de richting Torsedillas & Valladolid. Je loopt door de Cuesta de la Morena en vervolgens schuin links door Calle de la Hiniesta. Je vind hier op de linker kant een bakkerij die open is op zondag en die druk bezocht wordt door lokale politie en Guardia Civil. Je kan hier namelijk ook ontbijten. Aan een rotonde buiten de stadsrand ga je rechtdoor. Verder volg je de GP. Je verlaat de Za-900 (Za-1450) via een wegje naar rechts dat aanvankelijk door een stortplaats lijkt te leiden. De weg is wat modderig maar verder gaat het OK. Vlak voor Roales del Pan keer je terug naar de N630 en volgt deze tot aan het begin van de dorpskom.
Aan de eerste huizen van Roales ga je op het asfalt naar links tot de kerk.
Albergue van Roales del Pan (Heden gesloten):
Op de N630 vind je een apotheek en bar. Alsook de ‘Salones Communal’ een groot woord voor een gebouw in betonplaat met metalen poorten en een dito dak. 10 jaar geleden was er hier een primitief podium met daarop twee korte sportmatrassen. Er was een koude douche, lavabo en WC. De lichtschakelaar vond je in de elektrische schakelkast rechts bij de toegangsdeur. Een stopcontact vond je in de tweede kast op het podium. In de Rother gids (2012) stond hij gequoteerd met een halve schelp. Ondertussen is de herberg gesloten!
Montamarta.

Je verlaat Roales. Reeds van ver zie je een brug van het AVE traject. De aarde van de helling is zeer kleverig. Eenmaal onder de brug door ga je naar links en vind je aldaar een weg, waarvan de passage bedolven werd door de zandhelling links van de brug. Je volgt de weg naar rechts. Hier vind je geen aanduiding tot aan het volgende kruispunt. Verder probleemloos tot Montamara
Op het kerkplein ga je rechtdoor. Je komt aan een splitsing. Afhankelijk van de waterstand kies je voor de variante links, door een kom en over de rivier via een betonbrugje of bij een hoge waterstand kies je voor de N630. Bij goede weersomstandigheden ga je dus door de kom en passeer je onderlangs de Ermita. Je klimt weer omhoog, alwaar je op een weg komt. Je volgt de GP naar links en komt niet op de N-630 zelf, maar gaat naar links via de steenslagpiste. Je gaat niet langs de meest steile route die aan de kerk uitkomt, maar via de iets minder steile, langs het gemeentelijk magazijn. 
Rechtdoor tot aan een hoogspanningslijntje. Daar ga je naar rechts over een smal pad, met ondertussen vervaagde pijlen aangeduid pad tot aan de N630. Steek deze over en vervolg langs een hoogspanningslijntje tot aan het bord Benavente 42. Hier kan je ofwel de GP volgen, ofwel de N630 blijven volgen tot aan de brug. De “omweg” is wel kleiner dan je zou vermoeden op basis van de GPS tracklog. Net voorbij een huis gaat de GP naar rechts en klimt naast de omheining omhoog, daar waar de tracklog verder blijft afdalen tot aan de oever van het meer en zo de oever volgt om dan vervolgens terug te keren onderaan de brug. Opletten voor honden langsheen de Camino.
Eenmaal op de N630 volgen de GP de oude N630. Dit vind ik persoonlijk een wat overbodige omweg. Op het einde ervan geven de GP aanleiding tot verwarring. Je moet voor het einde van de oude N630 reeds naar links om daar de nieuwe te dwarsen en deze naar links te verlaten via een weg richting oever.
Op een bepaald ogenblik verlaat je deze naar rechts via een reeds goed ingesleten maar smal pad. Verderop kom je op een beter weg tot aan Castrotorafe.
Je blijft rechts van Castrotorafe en loopt rechtdoor tot op een betere grindweg, alwaar je naar rechts gaat. Je passeert een weide met paarden en honden. Op het einde ervan waren er vroeger 2 mogelijkheden:
- Ofwel ga je rechtdoor langs de weg tot aan het volgende dorp (albergue).
- Ofwel sla je links af en ga je aan het eerste kruispunt rechtdoor en pik je daar weer de tekens op.
Riego del Camino.
Buiten het dorp, steeds rechtdoor tot de kerk van Riego del Camino zichtbaar is. Na een gebetonneerde passage volgt een korte klim. Hier ga je rechts af. Wanneer deze weg een bocht naar links maakt, ga je rechtdoor, steeds in de richting van de kerk. Op een T-splitsing ga je naar rechts en bereik je de N620, die je naar rechts volgt.
Je passeert bar “Pepe”, alwaar je ook kan eten “wat de pot schaft” (10€). Het is de enige mogelijkheid in het dorp, vooral als je hier wenst te overnachten.
Daar waar de Camino de N630 verlaat naar links, ga je naar rechts tot aan de Albergue in de Calle Espagna 32. De sleutel dien je af te halen in dezelfde straat naar rechts op het huisnummer 3.
Albergue: ( Private herberg ***) 9 Bedden, warme douche, tafel en stoelen, microgolf, maar geen verwarming of keukengerei. Donativo. Stedelijke herberg (*) 15 Bedden (Donativo)
Tienda in het dorp in een huis met weinig uiterlijke kenmerken. (Plan in de Albergue)
De Hospitalera geeft je uitleg over twee varianten die je de volgende dag kan nemen. De tweede variant verschilt van het door haar voorgelegde kaartje, maar werd door mij gelogd via GPS-punten.
8) Dag 19: Riego del Camino – Granja de Moreruela – Tabara (32,2 km) (6u00- 6u30): .
Aan de gele pijl verlaat je de N620 en aan het laatste gebouw van de bebouwde kom ga je naar rechts. Na een betonnen overbrugging van een riviertje, ga je omhoog en rechts, steeds rechtdoor tot vlak voor het dorp. Aan het laatste vierarmenkruispunt met zicht op Granja ga je links. Verderop vind je vage pijlen.
Albergue Granja de Moreruela: (** Stedelijke herberg – 20B -heden met verwarming)
Je dient te lopen in de richting van de twee witte metalen silo’s, die je reeds van ver kon zien. Aan het tweede kruispunt ga je naar rechts. De weg maakt een bocht naar links gevolgd door een bocht naar rechts om dan uit te komen op een stukje asfalt. Ook hier ga je naar links en aan de eerste steenslag piste opnieuw rechts. Je passeert langs de toegangsweg tot de betoncentrale. Je gaat niet naar de centrale zelf, maar gaat flauw naar rechts. Hier vind je opnieuw een steen met schelp. Je loopt tot aan de T-splitsing, alwaar je naar links gaat. Hier ben je terug op de officiële Camino.
Faramontanos de Tabara:
Uiteindelijk kom je dan op een T-splitsing met zicht op een asfaltweg, waar je naar links gaat, om uiteindelijk op de weg uit te komen bij de rivier. Je dwarst de rivier via een mooie boogbrug.
Vanaf hier zie je een duidelijke verandering in het landschap. Daar waar je tot nu toe in een relatief vlak landbouwgebied liep, gaat het nu meer bergop en -af en verandert de vegetatie in iets wat veel doet denken aan Extremadura.
Na de brug zijn er 2 varianten: 1 voor avontuurlijke stappers en 1 voor fietsers of iets minder avontuurlijke stappers. Er staat een begin van een plannetje op de splitsing. Het kaartje welke de hospitalera in Riego voorlegde, klopt niet meer met de aanduidingen op het terrein.
- Na de rivier ga je onmiddellijk naar links via een pad langs de rivier dat je volgt tot aan een rotswand, die verdergaan zeer moeilijk maakt. Hier klim je naar omhoog en slalom je via een nogal onduidelijk pad tot op de hoogvlakte. Daar tref je een breder weg, die ja na nog een paar goed aangeduide afslagen tot aan de poort van de Finca Val de la Rosa brengt. Ter hoogte van de poort loop je haaks van de poort weg. Je volgt dezelfde richting tot je aan een weg komt. Deze dwars je en voorbij een schaapskooi met rechts een drinkvijver voor de schapen. Hier voorbij ga je naar links. Vervolgens op een T-splitsing rechts. Je rondt een heuvel, gaat nogmaals naar rechts, maar vanaf hier is Farmontanos zichtbaar.
- Je volgt de asfaltweg rechtdoor. Deze klimt langzaam naar een zadel op de bergrug links van jou. Op een kruispunt met een asfaltweg op het zadel ga je naar links richting Santa Eulalia de Tabara. Je daalt af van het zadel. Bij een steen met schelp verlaat je het asfalt naar rechts. Aan een ondergrondse gasleiding ga je naar links. Voor het asfalt ga je naar rechts via een eerder modderige weg.
Bij GPS1918 komen beide varianten samen. Je daalt af in de richting van een kaarsrechte grindweg, die goed zichtbaar is in het landschap. Via deze weg bereik je naar rechts Farmontanos, dat al van ver zichtbaar is. Het is wel nog een grote afstand alvorens je er bent ;-(.
Tabara:
Je volgt de pijlen door het dorp en passeert bij het uitkomen ervan een speelplein met kraan. Op een T-splitsing van de asfaltwegen ga je rechtdoor via een steenslagpiste. Je blijft rechtdoor lopen tot je ziet dat de piste overgroeid wordt. Hier sla je links af in de richting van een bos. Een paar honderd meter voor de weg gaat de Camino naar rechts. Je blijft steeds rechtdoor lopen tot de steenslagpiste uitkomt op een T-splitsing aan de werf van de AVE. Je blijft rechtdoor lopen via een weg, die in het verlengde licht van de brughelling. Deze weg maakt een bocht naar links en hier ga je rechtdoor via een vaag karrenspoor tussen een muur en een omheinde weide. In een meer open en drassig stuk maakt de weg een bocht naar links en gaat dan over een bruggetje. Steeds rechtdoor tot T-splitsing. Aldaar links. Verder tot volgend T-splitsing: links naar de kerk en het dorp, rechts de Camino.
Tegenover de kerk vind je een Tabacos (GPS1922), die open is tot 14.00u. Hier heeft men de sleutel van de Albergue.
Aan de andere kant van de kerk vind je een Covera warenhuis met een eerder beperkte keuze.
Wie wil eten, kan enkel terecht in hotel/restaurant El Roble (GPS1923) Menu del dia: zeer goed.
Albergue (*** Kath herberg – 14B):
Vanaf de camino dwars je de weg en gaat rechtdoor tot het dorpsplein dat je diagonaal dwarst. Je loopt rechtdoor een straat met twee drukke bars in tot je op het pleintje met terras komt hier ga je dan rechts. Je volgt deze tot een Y-splitsing met drinkbak. De albergue bereik je door dezelfde weg te volgen tot de graansilo’s en dan naar rechts te gaan, Het betreft een gebouwtje in rode baksteen met witte ramen en deur op een terrein vlak naast de technische dienst van de gemeente. Er staat een plaket met verwijzing naar de Camino tegen de gevel.
Albergue: 14 bedden, douches met warm water (Opgelet: boiler warmt traag op), 2 WC’s, keuken met weinig gerei, elektrische radiatoren . Meerdere bankautomaten in het dorp.
9) Dag 20: Tabara – Santa Marta de Terra (23,2 km) (4u30 – 4u45)
Bercianos de Valverde:
Nadat je de sleutel in de brievenbus aan de albergue hebt achtergelaten, heb je twee mogelijkheden:
- Je keert terug door het dorp naar de kerk en vandaar daal je de piste af tot het punt waar je ze gisteren verliet. Je loopt rechtdoor (schuin links) en volgt de markeringen op het terrein. Ook hier wordt je weer geconfronteerd met de AVE.
- Je gaat naar links en dan licht omhoog langs de gebouwen achter de albergue tot je aan de hoofdweg komt. Je volgt deze naar rechts tot je aan de N631 komt. Je dwarst deze. Aan de overzijde vind je een Dia warenhuis (GPS2001), dat groter is dan de Covera aan de kerk. Bij GPS2002 vind je opnieuw een ‘S’. Of de variante 1 hier ook reeds de rijbaan dwarst is mij niet helemaal duidelijk, maar omwille van de AVE is dit wel mogelijk.
Op het eerste kruispunt (GPS2003) ga je rechts af, waardoor je weer evenwijdig met de weg gaat lopen. Dit blijft zo tot de pas die je kan zien naast de berg met windmolens. Vanaf hier verwijdert de CM zich naar links van de rijbaan, via een weg die heden veel duidelijker is dan in het verleden en tevens goed aangeduid staat. Opnieuw is de gelijkenis met de natuur in Extremadura hier groot.
Bij GPS2005 vind je een infobord inzake een variante via Bercianos de Valverde. Op dit bord is deze variante met geel ingetekend, waardoor je de indruk zou kunnen krijgen dat dit de hoofdroute is. Je vindt hier ook allerlei infoborden van horecazaken die hun waren aanprijzen ;-). (Die zaken zijn niet altijd meer open! Velen hebben de corona en het einde van de werken aan de AVE niet overleefd!
Ikzelf nam de variante via Villanueva de las Peras. Mogelijks verloopt de variante via Bercianos iets minder over asfalt.
Wanneer je de weg bereikt, dwars je deze en neem je de asfaltweg richting Villanueva. In het dorp is er een oorlog gaande tussen horeca uitbaters, over langs wiens voordeur de Camino wel mag lopen. De Rother tracklog kiest voor de variante naar rechts, daar waar deze via de kerk de kortste en ook meest logische is.
Santa Croya de Terra:
Bij het verlaten van het dorp, ga je naar rechts via een grindweg en dwars je de rivier via een brug. Aan een paar woningen die half in de berghelling zijn uitgegraven ga je naar links. Je blijft deze zelfde weg volgen. Aanvankelijk betreft het een steile klim door tamelijk los grind. Boven maak je een bocht naar rechts rond een steengroeve en vervolg je steeds rechtdoor. Ondertussen passeer je een paar ruïnes van huizen in leem. Bij GPS2008 vind je een picknickplaats met reclame voor de private albergue in Santa Croya. Je blijft rechtdoor lopen. Wanneer je reeds zicht hebt op Santa Croya, dwars je een bevloeiingskanaal en ga je rechtdoor tot aan de weg. Deze volg je verder in dezelfde richting tot Santa Croya.
Leuk park langs de weg met bankjes en waterkranen (GPS2010), twee voedingszaken (GPS2009) langs de weg. Doe hier inkopen, want in Santa Marta is heden geen winkel meer noch een bar!
Op het einde van het dorp vond je een private albergue (GPS2011) (Casa Anita, heden gesloten), die door Rother als de beste bestempeld werd, maar die door andere pelgrims als duur werd ervaren.
Blijf de weg volgen en dwars de rivier. Het ene dorp gaat bijna naadloos over in het andere.
9) Dag 30: Benavente – Santa Marta de Terra (29,4 km) (7u30)
Benavente:
Na 6u30′ op de bus, kom je aan in het busstation van Benavente.
Via GPS loop je naar het plaatselijk politiecommissariaat, alwaar je normaal gesproken je sleutel ontvangt voor de herberg. Doe voor je afdaalt naar de herberg inkopen in de stad. Kom je hier aan in het weekend, doe dat dan bij voorkeur tot het ontbijt van maandagmorgen!
In 2025 was de herberg (alweer?!) gesloten wegens werken. En dus werd er (alweer) overnacht in Hostal Universal, Calle Santi Spiritus 17, Benavente (40€/1p). Warenhuis naast het Hostal gesloten, mogelijks wegens de grote concurrentie van het grote warenhuis aan de rand aan de stad! (Hyper Gadis))
Voor mijn vertrek had ik geen degelijke tracklog van dit traject voor wandelaars langs de feitelijke CM.
In Benavente loopt het traject van de CM in wijzerzin rond de stad om alzo bij de herberg aan te komen. Gezien je de sleutel dient af te halen bij de lokale politie, heb je daar niet veel aan!
Je verlaat de herberg langs de oude spoorbedding tot aan de eerste brug, alwaar je naar rechts gaat. Je dwarst een kanaal en vervolgens ga je naar links. Aan het eerste kruispunt ga je naar rechts. Hier volg je een traject dat evenwijdig aan de grote weg naar Ourense. Je dwarst de rivier Orbigo en aan het einde van de bebouwde kom ga je schuin links.
Na 5km vind je een informatiebord met een overzichtsbord van de te volgen weg. Je vervolgt in dezelfde richting en dwarst het dorp Villanazar en vervolgens de rivier Almucera. Na een kilometer kom je aan een kruispunt zonder veel aanduidingen. Je kan hier naar rechts. De “S” staat echter nog 300m verder rechtdoor, alwaar je de rivier Tera, die je volgt naar rechts. Ter hoogte van het gehucht El Tamar, bereik je terug de grote weg aan een kruispunt met veel gesloten hostals, die voor Corona nog dienst deden als bordeel.
Er is één café dat open is. Een 400-tal meter verder probeert men jou op een deels overgroeide weg te sturen, die vlak naast de grote weg loopt. Je kan hier beter op de weg zelf lopen, tegen het verkeer in. De weg is zeer autoluw.
1,5 km voorbij het café, kan je eventueel opnieuw overwegen om de CM zelf te volgen, nu langs een betere grindweg, maar nog steeds vlak naast de grote weg naar Ourense.
Vlak voor het dorpje Sitrama de Terra dwarst de CM de rijbaan en keert hij terug in de richting van de rivier Tera, om dan langzaam opnieuw terug te keren naar de N525 naar Ourense. over een afstand van bijna 1km volg je de N525 zelf, om hem dan naar links te verlaten voor een traject evenwijdig aan de N525, richting
Santa Marta de Terra:
Albergue (Stedelijke Herberg ** – 12B – 5€ (2025) (Code deur: 1111# – tegen deur drukken bij ingave! ) in de straat achter het gemeentehuis (GPS2012) met douches met warm water, elektrische radiator en microgolf, geen gerei.
Neem de moeite om eens aan de achterzijde van de kerk te gaan kijken naar het oudste stenen beeld van Santiago (foto hiernaast).
Je bereikt dit portaal via de oprit van het aan de kerk aangebouwde gebouw. Via het kerkhof bereik je de achterkant van de kerk. Aldaar vind je het desbetreffende portaal in de buurt van lelijke graven. In de kerk (niet altijd open) is er een raampje met een raam waardoor het licht op de zonnewende (21 maart en 22 september) recht op een beeld valt.
In 2025 was de kerk deels in restauratie en was het beeld weggenomen en vervangen door een houten kist. In het klooster vind je heden een museumpje, alwaar je moet betalen voor de herberg en alwaar je jouw stempel krijgt.
In 2025 was er in Santa Marta nog mogelijkheid om inkopen te doen, danwel iets te eten voor een voor een pelgrim aanvaardbare prijs op een aanvaardbaar uur. Voldoende inkopen doen is dus de boodschap, zeker in het weekend!
10) Dag 31: Santa Marta de Terra – Rionegro del Puente (27,3 km) (7u00)
10) Dag 21: Santa Marta de Terra – Mombuey (36,1 km) (7u45 – 8u15)
Calzadilla de Terra:
Je daalt niet terug af naar de brug, maar blijft op de hoogte van het Centro de Salud. Je neemt de weg aan de huizenrij bovenaan de helling. Je daalt vervolgens af in de riviervallei. Op elk kruispunt ga je naar links tot je de rivier nadert. Je volgt hem naar rechts. Nadat je vlak langs de rivier gelopen hebt, ga je er weer een stuk van weg in de richting van een betoncentrale, om het rivierstrand La Barca te omtrekken. Op het asfalt ga je naar rechts tot de weg, alwaar je naar links gaat over de brug. Aan de andere zijde ga je opnieuw naar rechts naar de rivier toe en volgt deze naar links. Aanvankelijk is de weg zeer goed en in tegenstelling tot vroeger, blijft hij dat ook. Op een bepaald ogenblik maakt de landweg een soort S-bocht en gaat dan met links een veld verder tot aan een asfalt weg. Je kan hier ofwel het asfalt onmiddellijk naar rechts volgen, ofwel dwars je de weg en ga je op het eerste kruispunt naar rechts om dan in een bocht van de weg terug op het asfalt te komen. Deze volg je tot net voor een korte klim alwaar boven een opvallend huis in kasteelvorm zichtbaar is. Je verlaat de asfaltweg en gaat hier via een steenslagpiste onderlangs de dijkhelling van een bevloeiingskanaal door tot je klimt naar een brug over dit bevloeiingskanaal. Hier kan je opnieuw kiezen: ofwel ga je door het dorp Calzadilla, ofwel vol je de weg langs het bevloeiingskanaal en loop je rond het dorp.
Olleros de Terra:
Als je de weg langs het bevloeiingskanaal volgt, kom je uit langs een weg met een gescheiden voet- en fietspad. Hier dwars je de rijbaan en passer je een vervallen kerk met kerkhof aan de zijkant van het dorp. Je loopt verder langs het bevloeiingskanaal en blijft dit volgen tot Olleros. Ter hoogte van een stuw ga je opnieuw links het kanaal over en het dorp in. Opgelet: je vindt hier ook pijlen naar rechts. Waar die heen leiden is mij niet duidelijk.
Bij het binnenkomen van het dorp vind je pijlen rechtdoor en naar rechts door de dorpsstraat met 2 bars.
Info 2003:
Bar El Torrero zou ook restaurant moeten zijn, maar ’s avonds wou men er geen eten meer serveren, behalve tapas in saus die daar al ik weet niet hoelang staat. Ik heb bedankt en heb mijn boterhammen opgegeten.
Albergue: In 2003 was dit een gemeentelijke herberg, en was hier niet veel soeps. Nu is het een private, en wordt hij door Rother gewaardeerd met 1 schelp. Er zouden bedden en een douche moeten zijn. Je vindt hem in de Calle La Fuente 44 (zie weblink).
In 2003 was het feest in het dorp en daarom werd er op het pleintje naast de school een spel gespeeld, waarbij met een langwerpige kei van ongeveer 20 cm of een metalen buis gevuld met beton van dezelfde afmeting naar een L-vormig hout met een binnenhoek van ca 135° geworpen diende te worden. Het was de bedoeling om binnen de tijdspanne van een uur het hout zoveel mogelijk keren voluit te raken vanop een afstand van ca. 10 meter. Er werd met veel enthousiasme gespeeld tot het invallen van de duisternis. Gedurende de nacht werd er vaak knalvuurwerk afgestoken. Niet echt rustig geslapen dus.
Villar de Farfon:
Na de brug is de kortste weg op het eerst kruispunt naar rechts. Via de Calle del Fuente en de Calle de Abagazan bereik je de ZA 2547 aan een laadplaats voor vee. Je dwarst de weg en vervolgt rechtdoor.
Aanvankelijk is de weg gebetonneerd. Op het einde gaat hij over in grind ter hoogte van de kapel van Nuestra Senora de Agavanzal. Je loopt tussen de kapel en een schuur door. De weg maakt een bocht naar links.
Je vindt hier rechtdoor een pad dat niet steeds optimaal gemarkeerd is omwille van het ontbreken van echte goede steunpunten. Het pad is dichtbegroeid. Bij regenweer is dit niet echt aan te raden. Feitelijk loop je evenwijdig aan de afvoerrivier van de dam, in de richting van de dam. Op een bepaald ogenblik kom je op een weg tussen de voet van de dam en de bovenkant van de dam. Je volgt deze naar links omhoog tot op een T-splitsing. Hier ga je rechts naar de bovenkant van de dammuur.
Bij regenweer of indien je me de fiets bent, kan je ofwel het dichtbegroeide pad negeren en de weg naar links blijven volgen. Je kan ook vanuit Olleros, in het dorp niet naar rechts gaan, maar rechtdoor richting herberg om dan de weg aldaar rechtdoor te blijven volgen tot je op een T-splitsing komt en daar naar rechts de bovenzijde van de dam bereikt.
Je dwarst de dam via een asfaltweg. Aan de overzijde vind je opnieuw mooie gele pijlen. Over de dam neem je een asfalt landbouwweg langs het meer. Je volgt deze weg tot aan het kerkhof van Villar de Farfon. Hier sla je links af in de richting van het dorp. Het kerkje heeft een overdekte galerij met zitbank, alwaar je kan schuilen voor de regen.
Rionegro del Puente:
In het dorp ga je voor de kerk rechts. Aan een picknicktafel (GPS2106) ga je opnieuw rechts. Je wordt een piste opgestuurd door een weinig bewerkt stuk natuur. De eigenaars van het laatste huis hebben hier een soort rustplaats voor pelgrims ingericht, waar je iets kan gebruiken. Een echt bar is er namelijk niet in het dorp. Deze eigenaars zijn wel van protestants fundamentalistische geloofsovertuiging. Bij de koffie krijg je al gauw vragen over jouw geloof en hun visie daarop. Te vermijden indien je niet echt omkomt van de honger of dorst….
Je vindt hier geen duidelijke pijl, maar ondanks dit blijf je de weg volgen. Slechts na een tweetal kilometer vind je opnieuw een pijl. Je blijft steeds in dezelfde richting doorlopen tot je op het hoogste punt komt. Daar versmalt de weg tot een pad en hij wordt weer breder eenmaal je beneden bent. Er komt een andere weg van links bij en je loopt verder tot je zicht krijgt op het dorp en de autosnelweg.
Hier ga je naar links over een nieuwe betonbrug in de richting van wat bedrijfsgebouwen. Je kan de rivier zowel dwarsen langs de brug voor auto’s als langs en lager brug voor karren en aanverwante. Je komt in het Centrum van Rionegro del Puente. Bar op het plein achter de kerk.
Albergue: Verenigingsherberg *** – 36 Bedden – 10€ – wasmachine -waterkoker -microgolf – gerei -verwarming.
Restaurant: Me Gusta Comer: Uitstekende pelgrimsmenu voor 15€, zelfs op zondag! (niet op woensdag) (tegenover de herberg).
11) Dag 32: Rionegro del Puente – Asturianos (27,2 km) (7u00)
Mombuey: 
Vanaf het dorp tot de brug over de autostrade loop je best langs de N525 en niet langs de CM. De CM loopt namelijk vlak langs de autostrade en dat is pas echt belachelijk. Zeker in het geval van regenweer loop je ook voorbij de autosnelweg via de N525 naar Mombuey blijven lopen. De CM loopt er namelijk heel erg dicht tegen.
Zeker vanaf het gasflessen verdeelcentrum loopt de Camino over een karrenspoor door een drassige kalle vlakte op een honderdtal meter van de N525. Het spoor wordt gebruikt door SUV eigenaars die eens willen gaan pronken met wat modder op hun voertuig. Hierdoor maken ze het spoor moeilijk begaanbaar en nog drassiger voor pelgrims, maar dat zal de gemiddelde SUV eigenaar een zorg wezen.
Ondertussen is de toestand er nog slechter op geworden! In het eerste deel vind je rechts van het spoor een omheining voor schapen, waardoor je moeilijker kan uitwijken van de weg en in het tweede deel loop je door een weide waar koeien grazen. Deze maken het spoor nog slechter dan het al is!!!! Zowel grond als begroeiing doen erg denken aan de Hoge Venen, maar dan zonder knuppelpaden!!! Dit stuk is absoluut te mijden!!! Loop langs de weg! Je spaart er jouw schoenen mee!
En dus is het hier zeker geen ‘zonde’ om langs de N525 te lopen tot de inkom van Mombuey.
Aan het binnenkomen van het dorp ligt een tankstation met Hostal. Je loopt verder het centrum in het Centrum. Indien je hier op tijd bent voor het middageten, kan je gaan eten in hostal La Ruta Menu del dia & koffie: (goed).
Je vervolgt je weg richting centrum. In de schoenwinkel en Regalos Alonso krijg je je stempel.
Hier ga je naar links. In deze straat vind je een klein stenen gebouwtje. Je loopt er zo voorbij. De sleutel haal je af in huis nr 9 in dezelfde straat.
11 bedden, douche en toilet, microgolfoven. Enkel glas en dak waarbij de gebinten zichtbaar zijn. Visueel mooi, maar zeer moeilijk te verwarmen, gezien de weinige warmte van de te zwakke verwarming allemaal omhoog gaar tot tegen het gebinte. Enkel in de badkamer is er een vlak plafond. Men had het beter over de volledige herberg gedaan.
In het centrum zijn meerdere winkels.
Voorbij de afslag naar de herberg is langs de N-525 een Panaderia.
11) Dag 22: Mombuey – Puebla de Sanabria (31km) (7u30- 8u30)
Valdemerilla:
Je verlaat de albergue van Mombuey naar rechts. Aan het pleintje, ga je naar rechts en vervolgens keer je langzaam terug naar de N525. Je passeert een oprit van de A52 en vervolgens zet je je weg verder langs de N525. Een kleine 2km verder verlaat de CM de N525. Vervolgens dwars je de A52 via een brug. Voorbij de brug is er een trajectwijziging omwille van de AVE (TGV). Je keer terug tot aan de A52 en volg deze dan naar links. Na 200m neem je de weg naar links (geschilderde pijl links, wegwijzer op houten stok ligt soms op de grond of wijst de verkeerde richting). Je loopt tot aan de AVE (TGV) (GPS2201). Bij GPS2202 kom je terug op het vroegere traject en ga je naar rechts. Op het asfalt ga je naar links en zo naar de kerk van Valdemerilla. De Rother tracklog houdt al rekening met het gewijzigde traject van de CM en loopt dus voorlangs het traject van de ATE (TGV). Aan het asfalt gaat het naar links door de tunnel onder de AVE (TGV) en zo rechtdoor richting kerk van Valdemerilla. Je gaat niet dwars door het dorp, maar rondt het in tegenwijzerzin.
Cernadilla:
Valdemerilla lijkt bijna volledig verlaten. Vanaf het dorp volg je een grindweg in rechte lijn door een mooi en rustig landschap. Langzaam nader je Cernadilla. In het dorp ga je op de tweesprong naar links. Je passeert de kerk en daalt af. Op een tweesprong gaat het opnieuw naar links.
San Salvador de Palazuela:
2 km verder bereik je San Salvador de Palazuela. Je dwarst het dorp langs de rechter kant.
Entrepeñas:
Je verlaat het dorp richting ZA-2436. Je dwarst deze weg en volgt de Camino a Entrepeñas. Onderweg heb je zicht op het Embalse de Cernadilla (meer). Je blijft op de zelfde weg en houdt het dorp aan de linker kant van je.
Asturianos:
Eenmaal voorbij Entrepeñas kom je terug in de buurt van het spoorwegtraject van de AVE. Ongeveer 200m voorbij het dorp vind je een steen met “S”, alwaar je schuin naar links gaat. Je dwarst het spoor van de AVE en de brug over de A52. Hier gaat het schuin links tot vlak naast de autostrade. De aarde is hier erg leemachtig en kleeft hard aan de zolen van je schoenen. Dit is zo aan de overzijde van de brug over de A52, voor het deel dat evenwijdig loopt aan de autosnelweg. Verderop wordt het beter ;-).
Uiteindelijk kom je uit op de N525.
De herberg is hier gelegen in een bijgebouw van de sporthal. Volg de CM tot aan een T-splitsing, alwaar de CM naar links gaat en er gele voetstappen naar rechts leiden tot aan de sporthal. De bar van de sporthal dient echt als ontmoetingsplaats in het dorp. Als je langs het raam passeert, staan de verantwoordelijken je al op te wachten!
Albergue: ** – 8 bedden – de overige slaapplaatsen zouden matrassen op de grond zijn, maar de kans op een overrrompeling is hier klein 😉 – microgolf, kookplaat, frigo, douches, WC (14 – 23)
In de bar kun je pizza’s (7€) en gemengde sla (4,50€) eten en uiteraard ook iets drinken.
12) Dag 33: Asturianos – Requejo (26,3 km) (N525) (6u15)
Palacios de Sanabria:
Wie niet in Asturianos zelf moet zijn, kan deze beter de N525 volgen naar links om aan het einde de CS terug te vinden. Je volgt de N525 tot een asfaltweg deze verlaat naar rechts. De CS volgt het asfalt tot dit een bocht naar rechts maakt. Hier gaat de CS rechtdoor en daalt af. Wat hier volgt is een zeer onaangenaam drassig stuk. Het traject is dusdanig slecht dat je dient te overwegen om op de N525 te blijven lopen, wat we in 2025 ook gedaan hebben!
Puebla de Sanabria:
Je komt terug op de CS door de asfaltweg naar rechts te volgen tot aan de kerk. Hier dwarst de CS de rijbaan en gaat verder rechts van een huis. Verder gaat het probleemloos tot Otero de Sanabria. De kerk heeft hier interessante afbeeldingen ter hoogte van de ingang onder de gaanderij.
In Otero kan je overwegen om de CS te verlaten en de N525 te volgen tot Puebla de Sanabria. De CS dwarst namelijk 3 maal de A52. Of dat veel rustiger is dan de N525 moet iedereen maar voor zichzelf afwegen.
Vlak voorbij een op- en afrittencomplex komt de CS terug op de N525. Wat verder passeer je:
Hotel-restaurant La Casona de Sanabria (CSR3305), verkozen tot beste wegrestaurant in de regio Vigo-Madrid.
Buiten staat de Menu del Dia aangekondigd.
Je volgt de N525 tot aan de rotonde. Hier ga je naar links. Vlak voor de brug vind je het Centro de Salud, de private herberg Casa Luz (CSR3307) en verderop in de straat 2 voedingswinkels.
Nota 2025: Op de website Albergues del Camino staat hij vermeld als “tijdelijk gesloten” en op Gronze staat hij niet meer vermeld. Mogelijks dien je dus uit te wijken naar een Hotel of Hostal
34 bedden, gratis internet, warme douches,ingerichte keuken, terras, gierig met verwarming, wasmachine en droogkast tegen betaling, 12€/p/n. (2023)
Puebla de Sanabria:
Het historisch centrum van het stadje ligt op een heuveltop, die je het gemakkelijkst bereikt via en trap tegenover de brug (fietsers volgen het asfalt ;-)). Doe dit ’s avonds zonder rugzak, maar met fototoestel.
Wie dit traject voor de derde maal doet, kan ook overwegen om Puebla volledig links te laten liggen en via de nieuwe N525 brug richting Padornelo te gaan. Een beetje voorbij de grote rotonde voor de brug vind je een afslag naar een industrieterrein, alwaar ook een zeer groot Lupa warenhuis te vinden is. Ook daarvoor moet je dus niet in Puebla de Sanabria zelf zijn.
12) Dag 23: Puebla de Sanabria – Lubian: (28,2 km) (6u –N525)
Requejo:
In België zullen we het jaar 2013 herinneren omwille van zijn lange koude winter. In Noord-Spanje was het dat jaar niet veel beter. De beelden in het televisienieuws deden vermoeden dat de pelgrims op bepaalde delen van de Camino Francés nog minder geluk hadden. De Camino Sanabres loopt namelijk langs de zuidkant van de bergen. Dit resulteerde in een zeer koude noordenwind, maar enkel maar sneeuw op de allerhoogste delen van de Puerto de Padornelo.
Indien je overnachtte in Puebla de Sanabria, verlaat je de Albergue Casa Luz of hostal naar links en over de brug ga je naar rechts. Op die manier vermijd je de klim naar het historische centrum. Wat verder vind je opnieuw tekens en vervolgens gaat het langs de oude N525 tot de nieuwe N525.
Tot Requejo is het traject van de CS niet veel zaaks. In dit dal heb je naast de N525, de A52 en voorbij Requejo ook nog eens het traject van de AVE en dus blijft er maar weinig ruimte over om een aangenaam traject in stand te houden voor de CS. Zeker bij minder gunstige weesomstandigheden is het gebruik van de N525 aan te raden. Omwille van de aanwezigheid van de A52 is hij zeer verkeersluw. Reken op 1 auto per minuut tijdens de ochtendspits :-).
Requejo: kerk met gaanderij en stenen banken, boven de weg,
Albergue (Gemeentelijke): Daar waar de rother gids nog een tarief van 5€ vermeldt, is dit in 2025 gestegen naar 12€. Dit staat in geen enkele verhouding tot het geboden comfort, wat onbestaand is. Want buiten bed, douche, WC en aircoverwarming is er letterlijk niets. Zelfs geen microgolf en ook geen zitgelegenheid buiten oude schoolstoelen.
Albergue Casa Cervino (Private herberg *** – 15€): Meeste pegrims maken tegenwoordig gebruik van deze herberg wegens het grotere comfort bij een gering prijsverschil. Keuken , wifi, wasmachine en droogkast tegen betaling.
Eten:
Bar in het dorp: Menu: 15€ (niet gezellig)
Hostal Tu Casa 600m verder langs de N525: Locals komen hier eten. Menu 10€! (2025) Meerdere keuzemogelijkheden. In mijn geval werd dit: bloemkool, rundstoverij met een kleine sla, dessert, wijn en koffie. Uitbaters op leeftijd! Hoe lang nog?
Hostal Mar Rojo bleek gesloten op dinsdag (sluitingsdag), maar was op woensdagochtend wel open! Menu?
Hotels en andere handelszaken zijn vaak ten onder gegaan aan het wegvallen van activiteit aan de voormalige werf van de AVE in combinatie met het verplaatsen van het verkeer van de N525 naar de A52.
13) Dag 34: Requejo – Lubian (16,2 km CM) (3u45) (N525)
Padornelo:
In Requejo word je tot nader order sowieso de N525 opgestuurd! Het historisch traject van de CS is tot nader order nog steeds afgesloten. Of dit nog terug opengesteld wordt blijft heden onduidelijk. Wat de juist reden voor het afsluiten van dit trject is, blijft onduidelijk. Steenslag blijkt zowat de enige mogelijkheid. De CS volgde historisch gezien grindwegen, die nu dienstwegen zijn voor de exploitatie van de AVE.Wat aanvankelijk wegen voor de aanleg waren, zijn nu wegen voor onderhoud en benadering door hulpdiensten bij mogelijke treinrampen.
Indien het historisch traject alsnog terug open zou gesteld worden, dien je je bij de keuze vooral te laten leiden door de weersomstandigheden. De meeste auto’s die je passeren op de N525 zijn echt lokaal verkeer. Er passeert jou zowat één auto elke 10 minuten.
Vlak voor de tunnel op de N525 komen beide trajecten opnieuw samen. Opnieuw dien je te kiezen tussen de CS en de N525. In 2013 lag er sneeuw op de pas Puerto de Padornelo en was de keuze snel gemaakt ;-). In 2025 deed ik hetzelfde om mezelf wat te sparen.
Zowel in de gids als uit verklaringen van andere pelgrims begreep ik dat er toch wel problemen zijn met erg drassige passages op de CS.
De tunnel is recht en 435m lang. Er is een voetpad en langs beide zijden, ca 60 cm breed. Tijdens de passage door de tunnel passeerde mij in 2025 geen enkel voertuig. Het tunneldak is niet helemaal waterdicht, wat bij vriesweer resulteert in ijsplekken op het trottoir en ijspegels aan het plafond.
Aciberos:
Net voorbij het dorp Pardonello is er een tankstation met hotel-restaurant.
Omstreeks 13.30 uur staat de parking hier vol. Het restaurant is gekend bij truckers en mensen die werken of wonen in de buurt. Menu del dia.
Een weinig voorbij het tankstation houdt de klassieke N525 op te bestaan en moet je langs de oude N525 een tamelijk smalle en bochtige weg langs de dorpen Aciberos en Lubian. Het eerste deel verloopt langs de grote N525, daarna naar rechts langs de smalle N525 in de richting van Aciberos. Op een bepaald ogenblik gaat de CM naar links door de kom. Dit traject is korter, maar af te raden bij regenweer. Op een bepaald ogenblik loopt de CM langs een mini aquaduct dat bij serieuze regenval overloopt op de CM, die dan verandert in een beek. Heel gezellig. Verder gaat de CM door het dorp Aciberos.
Lubian:
Verder langs een pad dat heel veel draait en keert naar Lubian. Het eerste huis dat je tegenkomt op de CM is de albergue.
Tel: 0034604129159 (2025)
Albergue: (CSR3500) tafel met 6 stoelen, keuken met beperkt gerei, microgolf, douche boven buiten dienst. Douches beneden met warm water, WC met toiletpapier, lavabo met warm water, 12 bedden boven, elektrisch radiators zowel boven als beneden. 5€! (2025)
Wie langs de weg gekomen is, wat ik aanraad bij regenweer, volgt de pijlen naar Casa Irene en loopt dan nog iets verder door om zo aan de albergue te komen. De winkel langsheen de CS heeft klassieke openingsuren tijdens de week . Op zaterdag is hij open in de voormiddag en ook nog een uur tussen 18 en 19u. Op zondag is hij open van 18 tot 19u (CSR3502).
Aan de eerste wegwijzer met kalebas ga je naar rechts tot de hoofdweg. Hier vind je een bar Jave (CSR3504) alwaar je enkel ’s middags een Menu del dia kan eten. Het publiek bestaat hier overwegend uit locals. Menu del dia incl. koffie. Vrij ruime keuze. Zijn geld meer dan waard. ’s Avonds vermoedelijk ook Platos Combinados. De uitbaters van Bar Javi, zijn ook de uitbaters van de Casa Irene.
De aanpalende zaak (CSR3505) lijkt minder in trek te zijn. Ze adverteert met een Menu Peregrino.
13-14) Dag 24-35: Lubian – A Gudina (23,3 km – 6u15):
Villavella:
In 2013 lag er ’s ochtend sneeuw rond de albergue (985m). De beslissing om langs de weg te lopen was dan ook snel gemaakt.
Je volgt de CS tot aan de eerste wegwijzer met kalebas, alwaar je hem verlaat. Hier gaat het naar recht tot de hoofdweg door het dorp. Je volgt deze naar links en verlaat Lubian via de oude. De weg maakt een bocht ronde de kom van de rio Tuela.
Op een bepaald ogenblik zie je het Santuario de la Tuiza vlak naast de A52 autosnelweg. Je volgt de oude N525 tot de afslag naar las Hedradas.
In 2025 volgde ik de CS tot aan het Santuario de la Tuiza. De CS gaat hier naar links. Naar rechts loop je richting N525. Onderweg kom je een voetgangersbrug tegen die enkel bedoeld is voor de bedevaarders naar het Santuario de la Tuiza vanuit Lubian. Op weg naar A Gudina loop je beter verder door langs de toegangsweg tot aan de rotonde op de N525.
Vanaf de rotonde, vind je de ‘grote’ N525 terug. De wegwijzer met aanduiding 14km tot A Gudina is fout. 17km zal eerder stroken met de werkelijkheid. Je blijft de N525 volgen tot A Canda. Reken op 1 auto per gewandelde kilometer. De tunnel op de N525 is 440m lang, heeft een bocht en is dan ook verlicht. Tijdens mijn doortocht van de tunnel in 2025 passeerde er geen enkele auto door de tunnel. De tunnel is heden minstens even nat als die onder de Puerto de Padornelo. Alleen is het trotoir en vooral de afwateringsgoot voor het insijpelingswater in slechte staat. Gezien het infrequente gebruik is de motivatie tot herstelling eerder laag en heeft men kegels langs het trottoir en de goot geplaats.
Nota 1: de CM gaat via een kleine weg over de pas en dat betekent dus meer klimmen en meer horizontale afstand! Leuk bij mooi weer en korte dagetappes.
Nota 2: vanaf de bergpas ben je in Galicia en duiken de betonnen mijlpalen met schelp in faience en kilometeraanduiding naar Santiago op. Zowel de schelpen als de kilometeraanduidingen zijn vaak gestolen door souvenirjagers. De opgegeven kilometers verschillen een achttal kilometers met die in de Rother gids, gezien daar voor de omweg via het Monasterio de Oseira gekozen wordt, daar waar de kilometerpalen de afstand langs de rechtstreekse route meten.
Aan de andere zijde van de tunnel is de verkeerssituatie verwarrend. De N525 is de weg naar rechts, die de eerste paar honderd meter in zeer slechte staat is. Verder via de N525 tot het dorp Vilavella,
A Gudina:
Vanaf Vilavella kan je in normale omstandigheden terugkeren naar de CM. In O Pereiro vind je een hotel-restaurant.
Vlak Voor de brug over de A52 komt de CM terug op de N525. Je volg de N525 tot in het centrum. Het restaurant Oscar aan de linker kant van de N525 lijkt op dit ogenblik de beste plaats om ’s middags te gaan eten. Veel locals, werklui en vertegenwoordigers. Altijd een goed teken! Menu (2025): 15€ + 1,60€ voor koffie
In de bar El Peregrino hebben ze enkel Platos Combinados, maar in de meeste gevallen vind ik dat oplichterij.
In de Calle Mayor vind je een bakkerij en 2 voedingswinkels.
De albergue bereikt je door in het centrum de CM te volgen tot aan de splitsing tussen de varianten naar Laza en via Verrin. Om de herberg te bereiken neem je de richting Verrin tot aan de N525, alwaar je deze oversteekt en een beetje naar links gaat om aldaar een natuurstenen gebouw te vinden met lichtblauwe raamprofielen. Dit is de herberg.
Albergue: (Ingehuldigd in augustus 2021) zithoek, tafeltjes met 8 stoelen, 1 WC met douche voor gehandicapten 3 WC’s en 3 douches, 3 lavabo’s, zowel voor mannen als voor vrouwen, 44 bedden, keuken zonder gerei, verwarming. 10€ inclusief wegwerp matrasbeschermer en kussensloop. Open van 13 tot 22u. ’s ochtends kijk je maar beter uit dat je niets vergeten bent, want in principe kan je niet meer terug binnen, tenzij er nog een andere pelgrim is om je terug binnen te laten.
14-15) Dag 25-36: A Gudina – Laza (33,9 km) (8u30):
Campobecerros:
Je verlaat de Albergue en keert terug naar de hoofdweg. Hier ga je schuin rechts via de autoluwe Rua Maior. Op een pleintje vind je de splitsing tussen de variante via Verrin (links – ruim 30km langer) en de meer alpiene variante via Laza. Deze laatste is korter en in normale omstandigheden ook rustiger.
Voor het traject van A Gudina tot Campobecerros volgt de CM een traject dat ofwel heel erg dicht tegen de asfaltweg loopt, ofwel ermee samenvalt. Ik heb hier systematisch de weg gevolgd tot aan het gehucht A Venda (CSR3603) dat op een hoogte links van de weg ligt. Hier gaat de CM links omhoog om dan aan het einde van de weg door het dorp terug te keren naar de asfaltweg. Wie langs de weg blijft doorlopen, moet aan de T-splitsing naar links om de CM terug te vinden.
Bij een volgende splitsing sturen de pijlen jou deze keer verder langs het asfalt, daar waar dit vroeger langs de graadroute was. Deze laatste is iets korter, maar maakt meer hoogtemeters. De asfaltweg maakt meer bochten, maar blijft meer op gelijke hoogte.
Aan het pleintje in a Gudina ga je dus naar rechts. Je volgt steeds dezelfde asfaltweg tot vlak voor A Venda de Teresa. In A Venda de Teresa gaat de CM over de berg, de markeringen van de asfaltweg gaat er rond. Bij mooi weer zeker over de berg gaan, mooi uitzicht op het stuwmeer. Na het dorp gaat de verharde weg over in gras en vind je een aantal drassige plekken, maar alles blijf binnen het redelijke. Na de heuveltop kom je terug op de weg en ga je naar links (rechtdoor) naar Venda Capela. Ook daar vervolg je via een weg naar Venda Bolano. Aan een bord dat je opmerkzaam maakt op een mooi uitzichtpunt op het bovenste deel van het meer, gaat de historische CM omhoog de heuvel op. Enkel uit te voeren bij mooi weer en als je niet te moe bent.
De afdaling is namelijk redelijk steil en gevaarlijk om je enkels te verstuiken. Heel veel los gesteente. Via de weg en heden de officiële CM, kom je er met minder moeite, ondanks het feit dat die langer is. Je gaat door het dorp van Campobecerros. De laatste is een bar en Merendeiro (visrestaurant met specialiteit: forel). De enige winkel is hier een rondrijdende lichte vrachtwagen, die rond de middag het dorp aandoet en groenten verkoopt (vermoedelijk niet elke dag…)
Voorheen was de albergue gevestigd in het oude treinstation. Heden bevindt de private herberg zich in het dorp. Hij is aangeduid vanop de CM. Alleen blijkt ook deze “tijdelijk gesloten!”
Op het einde van het dorp vind je een paar zitbanken langs de weg. Indien je te vroeg bent voor het restaurant kan je hier picknicken.
Porto Camba:
Na Campobecerros gaat het omhoog. Over de weg tot Porto Camba,
As Eiras:
Tot aan het kruis loopt de CM over asfalt. Aan een zeer groot houten kruis verlaat je de rijbaan naar links voor een steenslagpiste. Eerst ga je steeds langs dezelfde weg, die begint te dalen tegen de flank van de vallei. Wanneer je het dorp AS Eires recht tegenover je in het vizier hebt, moet je er nog naartoe afdalen. Het laatste deel verloopt in een boog tegenwijzerzin.
In het dorp is een picknickplaats met afdaken. Er staat een Cola automaat waaruit blikken Cola komen met de vermelding in het Duits “Enkel voor export!” en een koffieautomaat.
Laza:
Vanaf As Eiras gaat het opnieuw via de weg bergaf naar Laza. Wanneer je de rijbaan een haakse bocht naar links maakt met zicht op Laza, sla je rechts af en daal je nog wat verder af naar de rivier die je dwarst om op de OR 112 te komen. Deze moet je nog één kilometer volgen. Aan het begin van de bebouwde kom,verlaat je de OR112 op een soort tweesprong naar rechts. Met een GP en een bordje naar de albergue wordt je afgeleid van de hoofdweg via een achterafstraatjes. Je bereikt een plein en passeert langs het Casa do Consello, alwaar je langs de kant van de apotheek de Protection Civil (eerste gebouw – CSR3700) aantreft. Hier worden je gegevens genoteerd en krijg je een sleutel en je stempel. De albergue bereik je door op het plein naar rechts te gaan, richting albergue, die aan het sportcentrum ligt. ’s Morgens dien je de sleutel terug te brengen en in de brievenbus van de Protection Civil te steken.

In Laza zijn twee bars. In de ene, Taberna do Ardillas (CSR3705), kan je ’s middags en ook ’s avonds (iets duurder) eten. ’s Middags: menu met koffie en een zelfgestookte likeur, ’s avonds (soep, spaghetti, koffie en schnaps). In de andere bar kan je ’s ochtends ontbijten.
Albergue (CSR3701): keuken met gerei, koelkast en microgolf, 4 WC’s, 4 douches, 24 bedden, tafel met 10 stoelen, zithoek, slotvaste droogplaats en fietsenberging. Bij het intreden van de duisternis gaat het licht automatisch aan. Het gaat ook ’s nachts automatisch uit. Tussen ca middernacht en 08.00 uur is er enkel licht op de hoofdgang. Na 06.00 uur enkel nog licht in de keuken. In het toilet gaat het licht en de ventilatie aan met een sensor. Hier heeft men de automatisering tot in het belachelijke doorgetrokken. Voor de rest goede herberg, pure luxe.
15) Dag 26: Laza –Xunqueira de Ambia (32,2km) (ca 8u00) :
16) Dag 37: Laza – Vilar de Barrio (19,5km) (ca 5u30) :
Soutelo Verde:
Eerst ga je terug naar de Protection Civ1l om je sleutel af te geven. Vervolgens ga je via de achterafstraatjes van Laza langs de bars naar de dorpsrand en dan naar rechts verder via de OR 113. In een bocht van de OR 113 verlaat je deze naar rechts via een zijweg om aan het eerste kruispunt terug naar links te gaan en dan terug op de OR113 naar rechts richting Soutelo Verde. De Rother tracklog keer echter niet terug naar de OR113, maar blijft via het smalle asfaltwegje evenwijdig aan de OR113 lopen. Heden is dit terug een goede keuze.
Je passeert via Vilamea en Castro om zo verder te gaan naar Tamicelas. Hier steek je een beekje over, alwaar je een park en picknickplaats (CSR3712) met Camino symbolen vindt. Je loopt richting kerk, alwaar je terug de officiële CM aantreft (CSR3713).
Wie via de OR113 bleef lopen, verlaat deze nog eenmaal voor ca. 200m vlak voor Soutelo Verde. In Soutelo Verde word je via achterafstraatjes door het dorp geleid om dan terug te keren naar de OR113. 150m verder verlaat je deze naar rechts voor een grindweg richting Tamicelas.
Albergeria:
Net voorbij Tamicelas klim je via een vrij brute grindweg naar de pas. Onderweg passeer je een paar steenplaten, die bij nat weer glad zijn. In 2025 was het droog, maar haalde ik toch mijn stokken boven. De Italiaanse taxipelgrims (2013) die het gebruik van een regenscherm met 2 wandelstokken trachtten te combineren, kwamen hier onzacht met de bodem in contact. Bij slecht weer kan je dus eventueel voor de OR113 kiezen. Deze is zeer verkeersluw. Minder dan 1 auto per gewandelde kilometer.
Op de pas, bij CSR3719 kom je terug op de OR113. Je kan even halt houden in Bar Rincon del Peregrino (CSR3720) in Albergeria, alwaar veel Jacobschelpen tegen de muur hangen. Voor de prijs van een drankje, krijg je hier een schelp, waar je jouw naam samen met een boodschap kan achterlaten.
In Galicia staan er heel veel bushokjes langs de weg, vooral in de dorpen en bij regenweer of als de andere banken nog nat zijn door de dauw, zijn dat droge zitplaatsen.
Vilar de Barrio:
Nadeel van de route van de CM door het dorp is dat het traject net voorbij het dorp drassig is. Je kan deze plekken passeren via hoge stapstenen. Voorbij het dorp passeer je langs een betoncentrale. De CM dwarst de toegangsweg, maar hier verder de CM volgen, is niet aan te raden bij vochtig weer. Dan kan je beter op de toegangsweg naar rechts gaan en op de hoofdweg naar links. Op die manier loop je evenwijdig aan de CM die verderop toch op de OR113 uitkomt.
Wat verder verlaat je opnieuw de OR113 om te klimmen naar een kruisbeeld. De afdaling vanaf het kruisbeeld terug naar de weg kan drassig zijn. De OR113 zelf gaat linksom de berg. Je blijft een tijdje op de OR 113 lopen tot de weg een bocht naar rechts maakt. Ter hoogte van een paar Britse autowrakken ga je naar links de weg af. Er wordt steil afgedaald via een grindweg. Het horizontale stukje van dit pad was erg drassig gezien er een beekje over liep, gelukkig kon je via een hoge kant van de weg probleemloos verder. Aan het asfalt vind je een stenen picknicktafel. Op het asfalt ga je naar links en dan blijven volgen tot het asfalt een bocht naar links maakt. Hier wordt weer verder gedaald via een veldweg tot aan de baan van Sarreaus naar Villar de Bario. Op de weg ga je naar rechts en volg je deze tot Villar. Via wat achterafstraatjes door het dorp, tot je aan een parkje komt. Op het einde van het parkje op de hoofdweg zie je een wegwijzer naar rechts naar de albergue.
Deze albergue (** – CSR3800 – 24B -10€ – wasmachine en droogkast, elk 3€) is één van de betere op de route. Hier kan je de lichtknoppen nog zelf bedienen. ’s Nachts ramen sluiten in de traphal voor het straatlawaai, zekere tijdens het weekend!)
In de bar Meson Manuel (CSR3802) aan het parkje, kan je eten. Menu del dia. Voedingswarenwinkel in de straat links aan de CM (CSR3801). Op zaterdag dien je hier zeker voor 14u te zijn om je te bevoorraden voor het weekend!
17) Dag 38: Vilar de Barrio – Xunqueira de Ambia –
(13,5km) (ca 4u15) :
Gomareite:
Via asfalt volg je de CM tot voorbij het dorp Gomareite
Bobadela:
Voorbij het dorp Gomareite gaat het naar links op de tweede lange kaarsrechte landbouwweg die je ziet. Je volgt deze tot je ongeveer op gelijke hoogte van het dorp Bobadelo bent en dan neem je een weg naar rechts naar het dorp.
Cima de Vila:
Bobadelo passer je via achterafstraatjes en dan ga je via nogal stenige en sterk overgroeide paden over de heuvel naar Cima de Villa. Bij regenweer kan je dit stuk eventueel omzeilen via de weg. Maar het is wel zonde, want dit is heden nog meer dan voordien bijzonder omwille van de bemoste muren en bomen!!!
Xunquera de Ambia:
Uit te spreken als: Choenkweira de Ambia. Vlak voor Xunquera ligt nog een gehucht. Even voorbij dit gehucht gaat de CM via een kleinere asfaltweg naar rechts langs het sportcomplex, alwaar zich de Albergue (CSR3900) bevindt.
In het dorp zijn twee winkels. De eerste tegenover de kerk is klein. De tweede aan het volgende plein net voorbij de afslag van de Camino is een Spar (CSR3900). De keuze is hier iets ruimer, maar verwacht geen wonderen.
Eten kan enkel nog in Casa Tomas, als ze het niet te druk hebben met het verkopen van drank op Palmzondag na de mis! We hebben er niet op gewacht, maar onze voorraden aangesproken.
De albergue (GPS 2608) is er weer één met geautomatiseerde verlichting. Wanneer je ’s ochtends je wil klaarmaken zonder al te veel je eventuele medepelgrims te storen, moet je dit doen bij de noodverlichting. Je kan trachten het licht in de keuken aankrijgen. Opnieuw een albergue met een 24 slaapplaatsen, een keuken met wat gerei, een zithoek en tafels met stoelen, 4 douches, 3 toiletten en 4 lavabo’s.
Door het “toezicht op afstand”, stelde ik vast dat er laat op de avond 2 auto’s opdaagden, waarvan de inzittenden zich toegang verschaften tot de herberg en in de gemeenschappelijke ruimten overnachtten… Als je bepaalde ramen laat openstaan, vergemakkelijk je natuurlijk dit fenomeen….
16) Dag 27-39: Xunqueira de Ambia – Ourense (22 km) (4u30):
Ourense:
Het makkelijkst keer je terug naar de weg om dan via de weg af te dalen richting Xunqueira.
Via de CM loop je door het dorp tot het plein waar de autobussen vertrekken en waar je de Spar vindt. Hier ga je rechts. Deze weg die je zal volgen tot aan het industriegebied van Ourense. Het eerste uitstapje heb je naar links via het Centro de Salud en het zwembad tot je terug op dezelfde weg komt. Je volgt deze in de richting van het Plana Fluvial een soort rivierstrand. Je daalt af tot de brug over de rivier en vervolgens neemt de CM naar rechts een stenig pad, dat bij droog weer goed te doen is. Je passeert langs een gehucht en verder kom je terug op de weg naar Ourense. Ter hoogte van het dorp Gaspar is er een absoluut irritant en overbodig ommetje van de CM. Beter langs de weg.
De dorpen en dorpjes volgen elkaar op tot het industriegebied van Ourense. Op weekdagen kan je de witte rookpluim reeds van ver zien. Je passeert aan de voet van deze schouw. Aan het begin van het gebied vind je een grote rotonde, alwaar je rechtdoor gaat (gebeeldhouwde pijl op de rotonde zelf).Op een T-splitsing ga je naar links. Aan het volgende wat schuine T- kruispunt ga je links (geen pijl gevonden). Wat verder aan een Y-splitsing ga je recht (gebeeldhouwde pijl). Je volgt de weg omhoog en op het einde ga je naar rechts. Je blijft de pijlen volgen en komt op de N525, die je verlaat voor een weg door het dorp Seixalbo, een oase van rust, met smalle straatje, voor je echt Ourense binnentrekt.
Je komt uit op een grote weg met veel concessiehouders, die je naar links volgt, achter de metalen stootband aan de overzijde. Uiteindelijk kom je op een rotonde. Wie naar het centrum en de herberg wil, neemt de arm schuin links. Indien je wil overnachten in Ourense neem je de arm schuin links en volg je de Camino tot in het centrum.
De albergue (GPS2702) wordt bewaakt door vrijwilligers om er ongenode gasten buiten te houden en met de vele zwervers in Ourense is dat wel nodig. Er worden geen groepen toegelaten ondanks de capaciteit de ruime capaciteit aan bedden, toiletten en douches, tafel met stoelen en zithoek. Zeer mooie recente herberg met veel trappen wel. Openingsuren van 13.00 tot 22.00 uur.
Een beetje rechts van de kathedraal vind je de Calle San Miguel (CSR4002) de grootste verzameling restaurants in het centrum. Menu del dia van vanaf 14 EUR (2025).
Gezien de drukte, dienden wij snel te beslissen en kozen we voor restaurant A Brava. Het restaurant Casa Tonita leek nog meer in trek en was daardoor volzet. Ruime keuze van menu. Winkels vind je op de Avenido del Progreso of aan het Monasterio naar rechts. Leuke stad met veel parken.
17) Dag 28-40: Ourense – Cea – Arenteiro-Pinor (26,4 km) (7u30):
Cima da Costa: 
In het centrum van Ourense vind je de faiencetegels met schelp logo in het trottoir, die je de weg moeten wijzen naar de Puente Romano. Vanaf de brug schakelt men over op de Gele Pijlen. Een beetje voorbij de brug vind je de splitsing (CSR4003) tussen de twee wegen naar Cea, zijnde de variante via Amoeir en die via Tamallancos. Ik nam telken de variante via Amoeiro. Deze is namelijk korter, maakt minder hoogtemeters en is bovendien landschappelijk mooier vanaf de Cima da Costa. Vanaf de Cima da Costa ben je ook verlost van druk verkeer, daar waar je via de variante langs Tamallancos niet echt verlost geraakt van het verkeer van de N520.
De variante via Amoeir begint wel met een zeer lelijk stuk via het station voor de treinen en dat voor de autobussen en verder langs de drukke N120 naar Vigo (de stad bij voetbalfans bekend omwille van Celta de Vigo, de voetbalploeg). Bij GPS CSR4005 vind je een Lidl. In Quintela kan je eindelijk van de N120 weg. Je gaat eerst onder de nieuwe brug van de AVE. Vervolgens ga je onder de smalle oude brug van de trein. Hier vind je een licht voor voetgangers om de tunnel te passeren. Dan volgt de klim naar Cima da Costa, die adembenemend is, niet zozeer vanwege de stijging van 19%, maar wel omwille van de vele uitlaatgassen die je te slikken krijgt, gezien er tussen 08.00 en 10.00 uur vrij veel school- en werkverkeer is, en er in Spanje nog steeds weinig elektrische auto’s rondrijden. Men probeert op allerhande manieren de snelheid van de afdalende voertuigen te remmen, echter zonder veel succes.
Mandras: 
Eenmaal boven op de Cima da Costa (CSR4008) ga je via een zandweg naar het volgende dorp Linares. Vervolgens een combinatie van asfalt en landweg tot de kruising met de weg naar Amoeiro. Je dwarst de weg en aanvankelijk loop je via een vrij brede piste, die verder versmalt. Vlak voor de brug is de weg erg drassig. Je dwarst de boogbrug van Mandras en komt in een leuk dorp. Je vindt hier banken om eens wat uit te rusten.
Casasnovas:
Je volgt het asfalt tot Casasnovas. Hier bereik je weer de N520 en dwarst deze. Hier kom je terug bij de andere variant vanuit Ourense.
Cea:
De CM volgt een met veel steengruis opgevulde weg tot Cea, evenwijdig aan de N520. Je gaat via een tunneltje onder de N525 en passeert de school. Vanaf hier ben je in de Rua do Matadeiro. De Albergue vind je in de Rua San Cristobal. De albergue (CSR4018) was niet slotvast.
Albergue: 38 bedden, zithoek, tafels met stoelen, keuken met wat gerei, koelkast, elektrische verwarming, verlichting gaat aan met bewegingssensor in de badkamer en blijft eindelijk eens voor een normale duur branden. De verlichting met 2 bewegingssensors en 2 krachtige spots ter hoogte van de trap was niet werkzaam in 2013. Het problematische aspect van deze Albergue was in 2003, dat hij van binnenuit niet afgesloten kon worden, en dat was storend (zie hieronder).
Verslag 2003:
In de loop van de middag dook er een nep-pelgrim op die in Orense geweigerd was. Hij begon als een gek al zijn kleren te wassen. Na de avondronde om 23.00 uur van de opzichter die je credential afstempelt, doken er een 6-tal ongure figuren in twee auto’s op die er de handel en wandel goed bleken te kennen en die de herberg door het gebrek aan toezicht als een goedkoop hotel bleken te gebruiken.
Alle herbergen die ik in 2025 in Galicië bezocht waren heden voorzien van een exit-only type deurslot, wat uiteraard niet uitsluit dat andere pelgrims niet-geregistreerde “pelgrims” binnenlaten, zoals ik kon vaststellen in Xunquera de Ambia.
Als je de gele pijlen volgt kom je op het dorpsplein dat je dwarst. In de straat aan de overzijde van het plein vind je tegenover de post een restaurant.
Menu del dia: biefstuk, ensalada mixta, goede wijn, water brood en dessert.
Brood vind je in de winkel Claudio in de hoofdstraat (CSR4021) of bij de bakker (CSR4022) (enkel zeer grote broden).
Nota: Gezien de gemeentelijke herberg in Castro Dozon in 2025 gesloten was en de private herberg volzet was, mogelijks omwille van de vele 100km pelgrims gedurende de Goede Week, dienden wij uit te wijken naar de nieuwe herberg van de Xunta in Arenteiro, wat 5,5km toevoegt aan de etappe tot Cea. Wie uiteraard doorloopt to Laxe heeft daar geen last van.
18) Dag 29: Cea – Castro Dozon – Laxe (32,6km) (6u30 – 7u45) (Direct)
Monasterio de Oseira (2003 – 2025) (+8km):
Gezien de herberg in Oseira sinds 2022 beheerd wordt door de Xunta, ga ik er ook vanuit dat de bewegwijzering ook onder het beheer van de Xunta valt en dus zo goed als foutloos is. Aan de splitsing staat ook netjes het verschil in afstand tot Santiago aangegeven. Aan u de keuze!
Je volgt de GP over het dorpsplein tot aan de splitsing tussen beide varianten aan de hoofdweg door het dorp (CSR4020). Aan de splitsing vervolg je rechtdoor en loopt vervolgens achterlangs het voetbalterrein. Je verlaat het asfalt naar rechts via een goede bosweg steeds rechtdoor door het bos. Op een Y-splitsing ga je links en steeds rechtdoor tot je aan een paar groentetuinen komt en een kaal stuk met meerder sporen. Hier volg je de muur naar links om alzo op de asfaltweg te komen en dan deze in dezelfde richting te volgen tot het dorp Silvaboa. In het dorp ga je naar rechts. In Pieles ga je nogmaals rechts, en volg je de hoofdweg naar het Monasterio de Oseira.
Je kan het klooster bezoeken om 10.00, 11.00, 12.00, 15.30, 16.30, 17.30 en 18.30 uur. Groepsbezoeken kosten hier minder dan voor individuele bezoeken (pelgrims dus 😦 ). Gezien ik alleen was…) . Het bezoek duurt zowat een half uur, maar van het bewoonde deel krijg je niets te zien. Het bezoek betreft vooral de kerk en de binnentuinen.
Er is hier heden een Albergue, die volledig vernieuwd werd in 2022 en nu uitgebaat wordt door de Xunta: (*** – 42B – wasmachine en droogkast tegen betaling (3€ elk)
O Outeiro (2003):
Aan de abdij ga je links het wegje in dat in zigzag vrij stijl omhoog loopt. Aan het eerste kruispuntga je naar links in een grindweg. Eenmaal je het hoogste punt bereikt hebt en je zicht hebt op de andere vallei, daal je af richting de asfaltweg OU-0452, die je naar links (rechtdoor) volgt. Na 250m verlaat je hem naar rechts en steekt de Camino een bocht van de weg af. Je gaat het dorp Vilarello niet in, maar vervolgt op de OU-0452. 250m voorbij het dorp verlaat je hem naar rechts voor een grindweg, die daalt richting het gehucht Carbailedina. Hier dwars je de hoofdweg en ga je rechtdoor het dorp in, dat je verlaat in noordwestelijke richting. Je vervolgt het asfalt dat zigzagt in westelijke richting naatr het gehucht O Outeiro.
Castro Dozon (2003 – 2025):
Bij het binnenkomen van het dorp aan de eerste boerderij ga je rechts omhoog en terug omlaag, alwaar je asfalt bereikt nabij het gehucht A Gouxa. Hier ga je naar links. Na 120m sla je vlak voor een asfaltweg, een grindweg naar rechts in, die je naar de EP6101 leidt. Je dwarst deze en vervolgt aan de overzijde in een grindweg, die klimt en daalt evenwijdig aan de EP6101. Je bereikt opnieuw asfalt, dat je volgt naar links om het na 100m opnieuw te verlaten naar rechts voor een achteraf grindweg rond het gehucht Bidueiros.
Eenmaal terug op het asfalt, volg je dit naar rechts tot het dorpje San Martino aan de N525, die je naar rechts volgt tot Castro Dozon.
Sommige pelgrims steken hier door onder de A53 om zo de verbinding te maken met de directe variante uit Cea.
Aan het einde van het dorp vind je de sportvelden en een openluchtzwembad aan de N525. Aldaar vond je de
Albergue: Bij mijn eerste passage in 2003 bestond de herberg hier uit de kleedkamers van het zwembad. Er was geen bruikbare douche, wel WC, lavabo en 2 bedden met matras en nog een aantal bijkomende matrassen voor op de vloer. Het geheel vertoont een paar typische sporen van slordige Spaanse afwerking en wordt nog weinig gebruikt en zal snel in verval geraken (spijtig). In 2007 werd dan een nieuwe echte stedelijke herberg opgericht, die bij mijn passage in 2013 ook gesloten was. In 2025 was deze alweer gesloten, nu mogelijks voorgoed…
In Castro Dozon vind je tegenwoordig langs de N525 aan het begin van het dorp de Casa Bubela, maar die is prijzig gezien het geboden comfort. Uitwijken naar de herberg van de Xunta in Arenteiro, blijkt dan ook de enige verstandige oplossing.
Castro Dozon (Direct – 2025):
Aan het kruispunt met de pijl naar de albergue, volg je de gele pijlen naar rechts. Je bereikt het dorpsplein en dwarst dit. In de winkelstraat van Cea, vind je de splitsing tussen beide varianten. Je gaat hier naar links door de winkelstraat. In een bocht ga je naar rechts. Daar vind je de weg naar het Monasterio de Oseira en ook een ‘S’. Je volgt deze weg tot Cotelas en dan ga je naar links verder via Pinor & Arenteiro.
Albergue: (** – 36B – Douches – toiletten – zithoek en eetzaal met lichtknoppen!!! – microgolf – koelkast – paardenstallen – voor de weinige pelgrims te paard) (Wasmachine en droogkast gepland volgens de verantwoordelijke.) Alle provisie zelf aan te voeren vanuit Cea!!!
18) Dag 41: Arenteiro-Pinor – Estacion de Lalin (22,3 km) (7u30):
Je verlaat de herberg en vervolgt langs de weg in noordelijke richting. Net voorbij het gehucht A Ponte verlaat je hem naar rechts en dwars je vervolgens de OU-154. Na een bocht naar rechts, keer je terug richting N525. Vervolgens word je naar rechts afgeleid om via een tunnel onder de N525 door te gaan. Na de tunnel ga je naar links en onmiddellijk voorbij een huis ga je naar rechts in een grindweg. Opgelet: je loopt hier snel voorbij deze afslag!!!!
350m verder dwars je een oprit naar de A53. Je vervolgt rechtdoor en keert in Carballeda terug naar de N525, die je volgt over een lengte van 450m om dan af te zwenken naar links richting A53. Je dwarst de A53 via een brug en dan volgt de CM een traject door een mooi woest stuk landschap. Alles is goed aangeduid. Je komt terug aan de A53, die je opnieuw dwarst via een brug om dan terug te lopen naar Castro Dozon. Op de N525 ga je naar links. Wat verder dwars je hem. Via achterafstraatjes, keer je terug naar de gesloten Albergue van Castro Dozon aan de N525. Deze variant is een kleine 8km korter dan deze via het Monasterio de Oseira.
Pontenoufe:
Je loopt grotendeels langs de N525 tot de Alto de Santo Domingo. Gezien er vlak voorbij Castro Dozon een oprit is naar de A53, is de N525 niet erg druk. Vanaf de hoogte tot KP 280 zijn er een paar korte uitwijkingen via een oud stuk weg. Voorbij KP 280 maakt de N525 een bocht naar rechts en ga je rechtdoor. Je passeert het gehucht Puxallos en zwenkt langzaam naar links richting A53 om deze te dwarsen. Ter hoogte van Pontenouf, loop je een kort stukje langs de oude spoorlijn.
Estacion de Lalin:
In A Xesta dwars je na een klim de PO902. Je daalt af richting Estacion de Lalin onder de nieuwe spoorwegbrug van de AVE, die reeds operationeel is als hoge snelheidstrein tussen A Coruna en Ourense. Vlak voor Estacion de Lalin kom je op de N534. Je gaat naar links tot aan de rotonde.
Wie aan de rotonde naar links gaat vindt hier restaurant Paradilla La Estacion (CSR4111). Menu del dia. Spaanser dan dit vind je niet. Gemengde sla, grote hoeveelheid gegrild vlees en dessert, brood, wijn en gaseosa (Sprite voor bij de wijn, als je nog verder wilt stappen). Voor kamers word je tegenwoordig doorverwezen naar een verder anoniem gebouw (CSR4200) tegenover het restaurant, alwaar je een kamer kan huren voor 40€/2p.
19) Dag 42: Estacion de Lalin – Silleda (15,5 km) (5u00):
Laxe:
Aan de rotonde ga je naar recht en sla je een klein wegje in. Je passeer de hoge peiler van de brug van de AVE. Vervolgens gaat het omhoog tot je naast de AVE loopt in het gehucht Botos. Je klimt nog verder tot het kruispunt met de EP6001. Vervolgens gaat het op en af, hoofdzakelijk door bos tot Laxe. Vlak voor Laxa kom je terug bij de A53. Je daalt af naar de N525 vlak voorbij een rotonde aan de oprit van de A53. Je dwarst de N525 en loopt via een klein wegje richting A53 en de albergue (CSR2407). Gelukkig staan er hier geluidsschermen, zodat je niet al te veel last hebt van de A53.
Als je langs de N525 blijft lopen vind je het restaurant Maria José (CSR2408) met menu del dia.
Het betreft een zeer groot en modern gebouw dat in scherp contrast staat met de vlakbij gelegen traditionele boerderij. Naast de herberg is er hier ook een ontmoetingsruimte voor de plaatselijke gemeenschap ondergebracht. Zo komt hier o.a. de kantklosclub samen.
28 bedden in 2 slaapruimtes, 2 badkamers met warme douches en toiletten, eetzaal met aanpalend een zeer grote keuken met zo goed als geen bruikbaar keukengerei, 2 drankautomaten, die veel lawaai maken, salon, terras, fietsenstalling, wasplaats voor kledij, geen werkzame verwarming (de stookkosten zijn te groot voor zo een groot en weinig energievriendelijk gebouw, met veel hoge plafonds).
’s Avonds gaat de deur dicht om 21.00u. In de zomer is dit 22.00u. Absolute rust.
19) Dag 30: Laxe – Outeiro (A Vedra) (33km) (7u00 – 9u00)
Silleda:
De CM verlaat de N525 aan het reeds genoemde restaurant Maria José (CSR2408) en steekt aldaar een bocht af in de N525. In Prado keer je terug naar de N525 om hem aan het einde opnieuw te verlaten. Je keert terug tot vlak aan de N525 om hem dan opnieuw te verlaten en af te dalen naar de historische brug van A Ponte Taboada. Na de brug klim je terug naar het niveau van de N525. De CM is hier dus langer, mooier, maar lastiger!
Na deze grote afdaling kom je terug op de N525. Na 100m verlaat je deze alweer aan een kapel aan een parking voor een heel mooi stukje CM tot Silleda. Onderweg raak je nog eventjes aan het industriegebied van Silleda om dit onmiddellijk weer te verlaten voor een bosweg. In het centrum van Silleda moet je aan een parkje naar rechts via de winkelstraat tot de N525, die je naar links volgt.
De albergue van Silleda Santa Olaia , Avenida do Parque, 17, Silleda, is heden voor individuele trekkers het volledige jaar open. Het is de eerste die je langs de CM tegenkomt, langs de CM zelf, voor je de N-525. (*** – 60B in 18 kamers -10€ incl onderlaken en sloop – wasmachine en droogkast beschikbaar – airco en verwarming)
Alle andere herbergen zijn duurder…. Let dus goed op…..
Hostal Casasnovas tegen de rotonde heeft een vrij dure menu van 20€
20) Dag 43: Silleda – Bandeira (7,2 km) (2u30):
Bandeira:
Opnieuw zijn de eerste stukjes CM te mijden Je blijft hier beter op de N525 lopen tot aan de graansilo’s. Pas vanaf de graansilo’s mag je terug de CM volgen. Je dwarst de N640 door een tunnel met ‘S’ symbolen in het beton van de wand. Verder dwars je de A53.
De CM draait richting N525, die je bereikt voor de bebouwde kom van Bandeira. Je volgt de N525 door Bandeira. Er zijn hier meerder winkels, restaurants en een hostal.
Sinds juli 2013 is er in Bandeira zelf een albergue van de Xunta die zich voordien 2,8km buiten Bandera in het gehucht Medelo bevondt. Deze herberg is in tegenstelling tot de meeste andere nieuwe of vernieuwde herbergen van de Xunta een soort containerdorp, dat we heden kennen van de opvang voor Oekraïnse vluchtelingen. Alleen heeft men er nog een buitenbeplating over aangebracht en zijn de verbindingen tussen de units in het regenrijke Galicië overdekt. Doordat het (in mijn ogen) een tijdelijke constructie is, beginnen de eerste problemen inzake doorsijpelen van vocht zich te manifesteren. Ook het verwarmingssyteem is een oude versie van de aircoverwarming, die zeer lawaaierig is en vermoedelijk niet erg energieëfficiënt.
Albergue: (wegwijzer langs de CM) (* – 36B – microgolf – koelkast – aircoverwarming – mogelijks zeer warm in de zomer!!! – geen wasmachine noch droogkast – je kan hier zelf de lichtknoppen bedienen. ;-))
21) Dag 44: Bandeira – Outeiro (17,3 km) (4u30):
Dornelas:
Aan het einde van de bebouwde kom van Bandeira ga je naar rechts. Net voorbij deze afslag vind je een bron met niet-drinkbaar water en 2 smalle bankjes. Je passeert een alleenstaand huis met een zeer laag metalen bushokje er tegenover. Vanaf hier gaat het grotendeels in rechte lijn evenwijdig aan de N525. Dan volgt een bochtig stuk door bossen. Na het bos kom je weer op asfalt en loop je weg van de N525 richting Dornelas, alwaar er zich een private herberg bevindt aan de inkom van het gehucht.
Puente Ulla:
Na 750m sla je weer af naar links richting N525. Vlak voor de N525 sla je af naar rechts. De weg verwijdert zich langzaam van de N525. Vanaf hier volgt een zeer mooi stuk door bossen met veel eucalyptusbomen. Je passeert het dorpje Castro, vanwaar je zicht (CRS4404) hebt op zowel de oude als de nieuwe spoorwegbrug over de rivier Ulla. Vanaf hier daal je probleemloos af tot Puente Ulla. De afdaling naar Puente Ulla is zeer steil. Je gaat over de Romeinse brug, die wat tegenvalt door zijn ligging naast de nieuwe.
Net over de brug vind je een restaurant (CRS4405), alwaar je s’ middags een menu del dia vindt (ruime porties, veel groenten),
Je vervolgt je weg door het dorp. Vlak voor de hoofdweg, vind je een bakkerij met koffiebar. Hier ga je naar links tot aan een parkje met podium. De CM gaat net voorbij dit parkje rechts omhoog via een steile holle weg.
Wie inkopen wil doen voor zijn avondmaal in Outeiro en de volgende dag naar Santiago, vindt een grote Carrefour (CRS4406) voedingswinkel, zonder middagsluiting, net voorbij de boog van brug van de N525.
Private herberg en hostal O Cruceiro da Ulla.
Outeiro (A Vedra):
Voorbij het parkje ga je via een middeleeuwse weg naar de N525. Je volgt hem naar rechts en klimt omhoog het dal uit. Je blijft heden steeds rechts van de rijbaan lopen. Eerst is dit een verhoogde grindweg, dan een stukje oude N525 en tot slot loop je achter een betonnen stootband tot je definitief de N525 naar rechts verlaat aan een ‘S’. Je gaat door een tunnel onder de oude spoorlijn. Je gaat hier naar links, naar rechts en vervolgens nogmaals naar rechts. In het bos sla je links af in een kaarsrechte grindweg. Alles is goed aangeduid. Je klimt eerst tamelijk bruusk en dan steeds langzaam door Eucalyptusbossen. Je komt op een asfaltweg, waarop veel verkeer is door vrachtwagens van een nabijgelegen steengroeve. Waar de weg naar links gaat, ga jij rechtdoor. Je vindt een bron met de beeltenis van Santiago en een gesloten kapel. Je gaat rechtdoor tot je de grote Albergue van Outeiro bereikt.
Loop door tot de oprit en loop daar door tot de achterzijde, waar zich heden de overdekte ingang bevindt. Aan de voorzijde bevindt zich de uitgang…
Albergue: (**)
Het betreft een zeer groot en modern gebouw met mooie houtsculpturen.
32 bedden in 2 slaapruimtes (waarvan er één afgesloten is, automatische verlichting van 20 tot 22u en 6.45 tot 7.30u), 2 badkamers met warme douches (warm water eerst aflaten aan een lavabo. Het duurt namelijk zeer lang voor je warm water krijgt aan de douches, type sportclub, zonder tussenscheidingswanden dus ) en toiletten met lichtsensor, die niet detecteert in het toilethokje en zeer kort staat afgeregeld, waardoor een groot toiletbezoek niet mogelijk is zonder meename van eigen verlichting!!!! Opnieuw automatische verlichting, die tot in het belachelijke is doorgedreven.
Wasmachine en droogksat tegen betaling (3€ per machine).
Eetzaal & keuken hebben automatische verlichting van 20 tot 23u en van 6.45 tot 7.30u), salon met stalamp (zonder timer ;-)), maar je moet het stopcontact vinden…) Op de gang blijft de verlichting aan… Absolute rust buiten de Heilig Week….
Natte poncho’s moeten tegenwoordig aan een kapstop aan de buitengevel onder het afdak, maar doornatte rugzakken mogen wel binnen…. Een wat vreemde logica….
22) Dag 31-45: Outeiro – Santiago de Compostela (16,2 km):
Susana:
Je verlaat de albergue naar rechts en vervolgt je weg langs de CM. Je loopt evenwijdig aan de N525. Langzaam zie je de dichtheid van de behuizing toenemen. Vlak voor Susana ga je op een weg met een bushalte naar links. Je steekt de N525 over en verdwijnt in een achterafstraatje achter de huizen van Susana.
Santiago de Compostela:
Je verlaat Susana via een wegje dat via een tunnel onder de N525 gaat. Vanaf Suzana ben je echt in de randstad van Santiago. Na een lange klim over een stenige weg, passeer je onder een viaduct van de AP9. Verderop loop je door een straat met een nog middeleeuws wegdek (Travesía Calzada Do Sar). Vanaf hier heb je zicht op de kathedraal. Je komt feitelijk in de buitenwijken van Santiago met veel appartementsgebouwen.
Je daalt eerst af via de Rua Ponte Do Sar en vervolgens klim je via de Rua de Sar (om het eenvoudig te houden ;-)), Rua do Castro de Ouro en de Patio de Madres tot de binnenring van Santiago. Deze dwars je en vervolgens ga je door de Rúa de Mazarelos, de Praza de Mazarelos, Praza Da Universidade, naar links via de Travesa Da Universidade en naar rechts in de Rúa Caldeirería (winkelstraat). Op het einde hiervan vind je een pijltje met Pilgrims Office. Hier daal je af naar links en op een tweesprong, ga je naar links. Wanneer je weer vlak staat ga je naar links in de Rua do Villar (toeristische winkelstraat).
Het pelgrimsbureau bevindt zich niet meer in de Rúa do Vilar 1, maar in de Rúa das Carretas 33, aan de zijkant van het Hostal dos Reis Católicos. Hiertoe neem je de trap omlaag aan de linker kant van het hotel bij vooraanzicht. Hier bereik je de Rúa das Carretas, die je naar rechts volgt tot het einde. In het laatste gebouw op de linker kant, bevindt zich heden het Pelgrimsbureau (CSR4601 Oficina del Peregrino).
Tegenwoordig moet je jezelf ofwel online, owel op een PC terplaatse registreren, waarna je een volgnummer krijgt en je jezelf kan aanbieden voor het afhalen van een Compostelanum. Gezien de enorme file voor de ingang van de kathedraal vanwege de Paasmis, zijn wij naar het pelgrimsbureau gelopen voor het afhalen van de Compostelanum. Gezien deze beslissing, verliep dit zeer vlot. Na de Paasmis zou dit vermoedelijk minder vlot gegaan zijn….
Mijn vriendin is om 14.00u teruggekeerd voor een bezoek aan de kathedraal. Na 8 keer heb ik ze al voldoende gezien. Ik heb mij gedouched en ben gaan eten…. Bij een stevig glas miswijn… ;-)))

Om 12.00 uur is er op normale dagen de pelgrimsmis in de kathedraal alwaar de aankomst van de pelgrims wordt afgeroepen.
Als het grote wierookvat (Botafumero) boven het altaar hangt, heb je geluk.
Dan zal er op het einde van de mis mee gezwaaid worden. Na zes aankomsten in Santiago was het eindelijk zo ver :-). Met Pasen was dit voor de mis…

De beste en goedkoopste plek om te slapen in Santiago blijft vooral voor solowandelaars de Residencia de Peregrinos San Lazaro, (CSR4610) beheerd door de Xunta en dus kost een bed hier slechts 10€. Je vindt deze herberg langs de Camino Francés, vlak na de ring rond Santiago, achter het Museo Pedagogico, Rua San Lazaro 107.
Het Collegio Menor is ondertussen zwaar gecommercialiseerd. Een bed kost hier tussen de 22 en 26€ in de slaapzaal of op een individuele en zelfs dubbele kamer.
Hotel San Lázaro (CSR4607):
Hotelkamer met eigen badkamer: 39€/1p/n (www.booking.com 55€) (2024) HP 72€/1p/n (2025) (Eigen hotel website)
Ontbijt: 8€ (buffet, goed)
Avondmaal 12-15€ (goed, zeker voor de prijs)
Taxi luchthaven: 21€ (standaardtarief, eerste bus (1€) vanaf 6u busstation, 6.45u luchthaven)
Hostal de los Reyes Catolicos (CSR4610):
Volgens de oude traditie geeft het hotel aan 10 pelgrims gratis te eten in een zaaltje nabij de personeelskeuken.
Dit kan elke dag om 9, 12 & 19 u. Hiervoor dien je je aan te bieden in de garage van het hotel. Vroeger was deze poort open en zat er hier een bewaker, waardoor je toch uit de regen kon schuilen. Tegenwoordig is de poort afgesloten en dien je dus buiten te wachten. Je dient in het bezit te zijn van je IK en je maximaal 3 dagen oude Compostelanum. Bij vooraanzicht bevindt deze zich in een straatje links bergaf, tegenover het politiecommissariaat. De voorwaarden hangen uit tegen de gevel naast de drankautomaat (binnen in de nu afgesloten garage ;-)).
Je moet een beetje geluk hebben met het aantal kandidaten dat zich hier aanbiedt. Als je zeker wil zijn kom je een uurtje op voorhand. Ikzelf ben 2 keer geweest voor het avondmaal. Wat er op het menu staat is onbekend. De ene dag is dat beter dan de andere. Je mag maximaal 1 uur binnen zijn.
Na het noteren van je gegevens ontvang je een bonnetje voor de keuken. Je loopt via de hoofdingang binnen en gaat rechtdoor en dan links door de glazen deur naar een binnenplaats, die soms bezet is met tafels voor een feest. Hier ga je rechts over de lengte van de binnen plaats en ga je door een tweede glazen deur naar een tweede binnenplaats. Hier ga je links in de hoek een deur binnen.
Vervolgens ga je links een trap met middenleuning op en vervolgens naar links. Je neemt een dienblad en geeft het bonnetje af. Vervolgens wordt je bediend. Je gaat terug de trap af en aldaar vind je de Comedor Peregrinos. Na de maaltijd breng je je dienblad terug naar de keuken.
Restaurant Casa Manollo, (CSR4603)
(Praza de Cervantes, 3 15704 Santiago de Compostel). Vroeger was dit restaurant gelegen in de Rua Travesa 1. Gekend bij alle globetrotters, gezien het vermeld is in de reisgids Lonely Planet Spain. ’s Middags vooral autochtonen, ’s avonds pelgrims en globetrotters. Niet alleen het restaurant zelf is gemoderniseerd qua inrichting. Ook de keuken is lichter en iets minder traditioneel geworden. Mineraalwater is standaard inbegrepen in het menu del dia. Bier en wijn zijn bij te betalen. Het blijft een absolute topper prijs-kwaliteit.
Restaurant Bicoca, (CSR4604) Rua de Etremuros 6: moderne, frisse keuken, één menu, elke dag anders, staat op een bord geschreven samen met de prijs. Iets duurder dan de voorspelbare menu del dia.
Restaurant Tafona, (CSR4605) (Ik bezocht dit restaurant in 2013. Dit restaurant heeft sinds 2018 één Michelin ster, waardoor de prijs misschien buiten het budget van een pelgrim valt ;-)) ) (125 – 155€ (2025), Ruela do Tafona, onderdeel van een hotel in de hoofdstraat: verzorgde, moderen, frisse keuken, kleinere porties maar smaakvol, idem voor de rode wijn (2013) (Bewijst dat ik er wat van ken… ;-))) ) .
Nota: vergeet je inkopen voor de terugreis niet te doen. Het winkelcentrum As Cancelas is hiervoor de beste plaats (Mega grote Carrefour) (CSR4611)
21) Terugreis (2025):
Om 10.00u nam ik bus 6A richting Luchthaven. Die doet er een half uur over en rijdt om de 20 minuten
De Check-in voor bagage begint op het ticket aangegeven tijdstip!!!
Op hetzelfde ogenblik was er nog de check-in voor een tweede Ryanair vlucht richting Barcelona.
De security check verliep hier probleemloos. Na de security kan je lege waterflessen terug opvullen aan een daarvoor voorziene drinkfontein. Het voordeel van een gereserveerde stoel en ingecheckte bagage is dat je voor de boarding tot het laaste ogenblik kan blijven zitten. De vlucht zelf verliep probleemloos.
Indien je in Charleroi Airport na aankomst het toilet wenst te bezoeken, dien je daarvoor te betalen…
Te voet naar de longterm parking 3 en terugrit naar huis.
22) Eindconclusie:
Valabel alternatief voor de te drukke Camino Francès. Vermijd de week voor Pasen. Geschikt voor mensen met een goede fysieke conditie en een beetje zin voor avontuur of een GPS ;-))). Basiskennis van Spaans is noodzakelijk.











































































